Auswitsch

 

Inhoud

- button lijst met namen van bewakers van Auswitsch

- button Buitenkampen Auswitsch

- algemeen

- lijst Nederlandse slachtoffers

 

Concentratiekamp Auschwitz is het meest beruchte vernietigingskamp van de nazi’s uit de Tweede Wereldoorlog. In geen enkel ander concentratiekamp werden zo veel mensen vermoord. Hoe groeide Auschwitz uit tot het symbool van de Holocaust?

Het kamp Auschwitz werd opgericht als kamp voor politieke gevangenen en krijgsgevangenen, vlakbij het Poolse dorpje Oświęcim (Auschwitz in het Duits). Op 5 mei 1940 kreeg Rudolf Höss het commando over het kamp, twee weken later arriveerden de eerste gevangenen: Duitse criminelen. Samen met Joden afkomstig uit Oświęcim moesten zij het kamp opbouwen, onder bewaking van SS’ers. Al snel groeide het kamp. In juni 1940 kwamen er nog eens bijna 750 gevangenen bij en in augustus werd het totaal aantal gevangenen in het kamp opgevoerd naar 3200. De gevangenen werden ondergebracht in bakstenen barakken. Daarnaast kwam er een ziekenhuis en een kampgevangenis. Een oude bunker deed dienst als crematorium voor overleden gevangenen.

 

Het aantal gevangenen zou snel oplopen. Höss kreeg van Heinrich Himmler de opdracht het kamp uit te breiden zodat er 30.000 mensen opgesloten konden worden. Vlakbij, bij Birkenau, moest Höss plek maken voor nog eens 100.000 Russische krijgsgevangenen. Uiteindelijk groeide Auschwitz uit tot een cluster van drie kampen: Auschwitz I, ook bekend als het Stammenlager. Dit was het eerste kamp dat in 1940 werd geopend. Auschwitz II-Birkenau werd het meest beruchte deel van het kamp, waar de meeste mensen werden omgebracht. Auschwitz III werd vlakbij het plaatsje Monowitz gebouwd als werkkamp voor een aantal grote Duitse fabrieken. De kampen kenden vaak allerlei subkampen. Vooral Auschwitz III kende veel subkampen die verbonden waren met de verschillende fabrieken waarvoor de kampen dwangarbeiders leverden.

 

Auschwitz is vooral berucht als vernietigingskamp, waar mensen op industriële wijze werden vermoord in gaskamers. Toch was dat de eerste jaren niet de hoofdfunctie van het kamp. Wel werden er in Auschwitz I medische experimenten op mensen uitgevoerd, ook met Zyklon B, het gas dat later in veel gaskamers gebruikt zou worden. Uit die experimenten bleek al dat Auschwitz I niet geschikt was voor de grootschalige moordpartijen. De meeste executies in het kamp vonden plaats met een vuurpeloton, anderen werden naar kampen overgebracht waar al wel op grote schaal vergassingen plaatsvonden, zoals Treblinka.

Toch groeide het aantal mensen dat in Auschwitz werd vergast gestaag. Toen in Auschwitz II in 1942 twee gaskamers werden opgeleverd, nam het aantal mensen dat vermoord werd snel toe. Om nog meer mensenlevens te beëindigen, werden vier crematoria toegevoegd. Daarmee veranderde Auschwitz II in de perfecte massamoordmachine. Talloze mensen, vooral Joden, Sinti en Roma werden vanuit goederentreinen rechtstreeks de gaskamers ingevoerd en vermoord. In 1944 perfectioneerden de nazi’s hun moordfabriek nog verder, toen er een perron voor treinen bijna naast de gaskamers werd aangelegd. Zo konden mensen rechtstreeks vanuit de treinen waarmee ze naar het kamp vervoerd werden, de gaskamers in. Honderdduizenden mensen zijn zo meteen vermoord, wellicht al voordat ze goed en wel doorhadden waar ze terecht waren gekomen.

 

Vaak vond er voor de vergassingen nog een selectieproces plaats. De nazi’s selecteerden mensen die na de dagenlange reis zonder eten, drinken, sanitair of frisse lucht er nog enigszins krachtig uitzagen voor dwangarbeid. De zwakkeren, vaak ouderen, kinderen en zieken of gehandicapten, gingen vrijwel direct de gaskamer in. Toen de perrons nog niet in het kamp lagen, werd de selectie vaak uitgevoerd onder het voorwendsel dat de nazi’s keken wie er nog naar het kamp kon lopen en wie vervoerd moest worden. Een groot deel van de selectie was echter niet gebaseerd op de fysieke kracht van de gevangenen, maar op de behoefte aan werkkrachten. Als er geen dwangarbeiders nodig waren, gingen alle gevangenen zonder pardon de gaskamers in.  

 

Het enorme kamp stond onder strak bewind van de SS’ers die het kamp bewaakten. Daarvoor zette de SS duizenden mensen in, waaronder ook een aantal vrouwen. Deze bewakers hadden de opdracht gekregen om de gevangenen extra ruw te behandelen, omdat zij staatsvijanden zouden zijn. Dat maakte het leven in het kamp extra ellendig. Wie toe kon treden tot het Sonderkommando, of een van de muzikale groepen die door de Duitsers in leven werden gehouden, had het iets beter dan de meeste medegevangenen.

 

Het Sonderkommando was een speciale groep binnen het kamp. Deze groep bestond uit gezond ogende mannen, die de SS hielpen met verschillende klussen in het kamp. Vaak moesten ze medegevangenen naar de gaskamers begeleiden, helpen bij het delven van graven of het verbranden van de lijken in de crematoria. Door hun uitzonderingspositie hadden de leden van het Sonderkommando het iets beter in het kamp, maar uitzicht op een goed leven hadden zij evenmin. Doordat de nazi’s hun praktijken geheim wilden houden, werden veel leden het Sonderkommando vaak na een aantal maanden vermoord.

 

De leden van het Sonderkommando hadden iets meer vrijheid dan hun medegevangenen. Hierdoor hadden ze ook letterlijk meer bewegingsruimte. Dat gaf hen de mogelijkheid om tot actie over te gaan tegen de kampbewaking. Een aantal leden van het Sonderkommando probeerde een verzetsbeweging op te zetten. In oktober 1944 probeerden de leden van het Sonderkommando van Auschwitz II de gaskamers en crematoria op te blazen. De opstand in Auschwitz liep echter uit op een drama. Hoewel een van de crematoria daadwerkelijk onherstelbaar beschadigd raakte, werd de opstand al snel in de kiem gesmoord door de SS. De Joodse brandweerlieden die werden opgeroepen om de branden te blussen, moesten toekijken hoe honderden leden van het Sonderkommando door de SS’ers werden geëxecuteerd.

 

In het najaar van 1944 stopten de massale transporten van mensen en de massamoorden in de gaskamers op bevel van Himmler, waarschijnlijk omdat Himmler probeerde de sporen van de massamoorden uit te wissen. Zijn onderhandelingspositie ten opzichte van de geallieerden zou in dat geval verstevigd zijn geweest. De crematoria en gaskamers werden vernietigd; tienduizenden gevangenen werden te voet overgebracht naar andere kampen. Bij deze dodenmarsen vielen duizenden slachtoffers.

Toen Auschwitz op 27 januari 1945 werd bevrijd door de Sovjets, waren er nog "maar" 7000 gevangenen over in het kamp.

 

Hoe veel mensen er in Auschwitz-Birkenau zijn vermoord, is niet helemaal duidelijk. In een poging de sporen uit te wissen, vernietigden de nazi’s de nauwkeurige administratie die ze hadden bijgehouden. Het geschatte aantal mensen dat in Auschwitz omkwam, ligt op 1,1 miljoen. Dat is inclusief het aantal mensen dat omkwam door alle ontberingen in het kamp. Slechts 200.000 van de in totaal 1,3 miljoen gevangenen keerden levend terug.

 

 

Adolf Hitlers enorme concentratiekampen konden niet onopgemerkt blijven voor de geallieerden. Al in 1943 wisten de geallieerde opperbevelhebbers van het bestaan van enorme kampen, waaronder Auschwitz. Een infiltrant die zich vrijwillig in Auschwitz liet opsluiten en weer wist te ontsnappen wist het Poolse verzet van een uitgebreid rapport over het kamp te voorzien. In 1944 bereikten meer rapporten de Amerikanen. Daarin werden ook al vergassingen gemeld. Toch gebeurde er weinig. 

 

Zelfs nadat het Rode Leger Auschwitz in januari 1945 had bevrijd, werd de ontdekking van het vernietigingskamp nog geen wereldnieuws. Dit kwam gedeeltelijk omdat de Sovjets de bevrijding van het concentratiekamp als “bijvangst” zagen: het echte doel van Josef Stalins troepen was de inname van Berlijn. Zo schreef Pravda - het propgandadagblad van de Russische communistische partij - in februari 1945 over de bevrijding van het kamp zonder te wijzen op de talloze Joodse slachtoffers. In plaats daarvan repte de krant over gegeneraliseerde “slachtoffers van het fascisme”. Het zou duren tot de bevrijding van andere concentratiekampen - zoals Buchenwald, Bergen-Belsen en Dachau - voordat de gruwelijke geschiedenis van Auschwitz doordrong tot de internationale massamedia.

 

Na de oorlog is een deel van de kampbewaarders en commandanten van het kamp opgespoord en berecht, een groot deel tijdens de processen van Neurenberg, anderen werden later tijdens het Auschwitzproces berecht. Rudolf Höss moest in Neurenberg getuigen voor de genocide in Auschwitz. In apart proces werd Höss ter dood veroordeeld. In 1947 werd hij in Auschwitz opgehangen. Toch werden veel oorlogsmisdadigers pas laat voor het gerecht gebracht. Oskar Gröning, die werd gezien als 'accountant van Auschwitz' werd pas in 2015 veroordeeld. 

 

Nevenkampen van Auswitsch:

1.Harmense (Geflügelfarm) Harmęże december 1941 - januari 1945 ongeveer 150 gevangenen voor het concentratiekamp

2.Budy (Wirtschaftshof) Brzeszczeapril 1942 - januari 1945 700-800 gevangenen voor het concentratiekamp

3.Babitz (Wirtschaftshof) Babice bij Oświęcim maart 1943 - januari 1945 ongeveer 340 gevangenen voor het concentratiekamp

4.Birkenau (Wirtschaftshof) Brzezinka bij Oświęcim 1943 - januari 1945 meer dan 200 gevangenen voor het concentratiekamp

5.Raisko (Gärtnerei) Rajskojuni 1944 - januari 1945 ongeveer 300 vrouwelijke gevangenen voor het concentratiekamp en onderzoek van de SS

6.Plawy (Wirtschaftshof) Pławydecember 1944 - januari 1945 ongeveer 200 gevangenen voor het concentratiekamp Buitencommandos bij fabrieken

7.Golleschau Goleszówjuli 1942 - januari 1945 ongeveer 1,000 gevangenen Ostdeutsche Baustoffwerke GmbH

8.Jawischowitz Jawiszowiceaugustus 1942 - januari 1945 meer dan 2,500 gevangenen Reichswerke Hermann Göring

9.Chelmek (Aussenkommando) Chełmekoktober 1942 - december 1942 ongeveer 150 gevangenen Ota Schlesische Schuhwerke ("Bata Schoenen")

10.Monowitz Buna-WerkeMonowice bij Oświęcim oktober 1942 - januari 1945 10,223 gevangenen op drie locaties bij IG Farben vanaf 17 januari 1945.–11.Eintrachthütte Świętochłowicemei 1943 - januari 19451,374 gevangenen Berghut

12.Neu-Dachs Jaworznojuni 1943 - januari 1945 meer dan 3,500 gevangenen Energieversorgung Oberschlesien Aktiengesellschaft (EVO)

13.Fürstengrube Wesoła bij Mysłowice september 1943 - januari 1945 700-1,200 gevangenen IG Farben

14.Janinagrube (Gute Hoffnung) Libiąż september 1943 - januari 1945 877 gevangenen IG Farben

15.Lagischa Łagisza, later Będzin september 1943 - september 1944 ongeveer 1,000 gevangenen Energie-Versorgung Oberschlesien AG

16.Günthergrube Lędzinyfebruari 1944 - januari 1945 300-600 gevangenen IG Farben

17.Gleiwitz IG liwice maart 1944 - januari 1945 ongeveer 1,300 gevangenen Reichsbahn ausbesserungswerk

18.Laurahütte Siemianowice Śląskie maart/april 1944 - januari 1945 1,000 gevangenen Rhinemetall Borsig AG

19.Blechhammer Sławięcice bij Blachownia Śląska april 1944 - januari 1945 609 gevangenen O/S Hydrierwerke AG

20.Bobrek Bobrek bij Oświęcim mei 1944 - januari 1945 ongeveer 50-213 gevangenen en ongeveer 50 vrouwelijke gevangenen Siemens-Schuckert

21.Gleiwitz II Gliwicemei 1944 - januari 1945 meer dan 1,000 gevangenen Deutsche Gasrusswerke

22.Sosnowitz II Sosnowiecmei 1944 - januari 1945 ongeveer 900 gevangenen Ost Maschinenbau GmbH (Berghüte)

23.Gleiwitz III Gliwicejuli 1944 - januari 1945 450-600 gevangenen Zieleniewski - Maschinen und Waggonbau GmbH - Krakau

24.Hindenburg Zabrzeaugustus 1944 - januari 1945 ongeveer 400-500 vrouwelijke gevangenen en ongeveer 70 gevangenen Vereinigte Oberschlesische Hüttenwerke AG (Oberhütten)

25.Trzebinia Trzebionka bij Trzebinia augustus 1944 - januari 1945 600-800 gevangenen Erdölraffinerie Trzebinia GmbH

26.Tschechowitz I Bombensucherkommando Czechowice-Dziedzice augustus 1944 - september 1944 ongeveer 100 gevangenen Reichsbahn

27.Althammer Stara Kuźnia bij Halemby, now Ruda Śląska september 1944 - januari 1945 ongeveer 500 gevangenen

28.Bismaartckhütte Chorzówseptember 1944 - januari 1945 ongeveer 200 gevangenen Berghütte

29.Charlottengrube Rydułtowyseptember 1944 - januari 1945 ongeveer 1,000 gevangenen Reichswerke Hermann Göring

30.Neustadt Prudnikseptember 1944 - januari 1945 ongeveer 400 vrouwelijke gevangenen Schlesische Feinweberei AG

31.Tschechowitz II Vacuum Czechowice-Dziedzice september 1944 - januari 1945 ongeveer 600 gevangenen

32.Hubertshütte Łagiewniki, now Bytom december 1944 - januari 1945 200 gevangenen Berghütte-Königs und Birmaartckhütte AG

33.Freudenthal Bruntal1944 - januari 1945 ongeveer 300 vrouwelijke gevangenen Emmerich Machold

34.Lichtewerden Světlá (now Czech Republic) november 1944 - januari 1945 ongeveer 300 vrouwelijke gevangenen G.A. Buhl und Sohn Buitencommando’s met diverse functies

35.Sosnitz Sośnica bij Gliwicejuli 1940 - augustus 1940 ongeveer 30 gevangenen voor het concentratiekamp

36.Porombka (SS-Hütte) Międzybrodzie Bialskie oktober/november 1940 - januari 1945 ongeveer 50 gevangenen en ongeveer 10 vrouwelijke gevangenen voor de SS

37.Altdorf Stara Wieś bij Pszczyna oktober 1942 - 1943 ongeveer 20 gevangenen Oberforstamt Pless (Pszczyna - bosbouw)

38.Radostowitz Radostowice bij Pszczyna 1942 - 1943 ongeveer 20 gevangenen Oberforstamt Pless

39.Kobier (Aussenkommando) Kobiór 1942 - september 1943 ongeveer 150 gevangenen Oberforstamt Pless

40.Brünn Brno oktober 1943 - april 1945250-150 gevangenen voor de SS

41.Sosnowitz (I)Sosnowiec augustus 1943 - februari 1944 ongeveer 100 gevangenen

42.Gleiwitz IV Gliwice juni 1944 - januari 1945 ongeveer 500 gevangenen voor de SS

43.Kattowitz (Sonderkommando) Katowice januari 1944 - januari 194510 gevangenen Gestapo

44.Bauzug (2 SS) Karlsruhe, na Stuttgart september 1944 - oktober 1944 ongeveer 500 gevangenen die in een trein woonden SS-WVHA

 

Naschrift

De grondbeginselen van de nazistische ideologie waren: haat tegen joden, democratie, communisme én de overtuiging van superioriteit van het Duitse volk boven andere. De Duitse nazi’s, strevend naar een maatschappij, bestaand uit één zuiver ras hadden als doel de vernietiging van joden en ook Slaven, Roma (zigeuners) en andere volkeren. Eén van de oorzaken van de Duitse agressie en het uitbarsten van de Tweede Wereldoorlog, was de drang van Nazi Duitsland om nieuwe territoria te veroveren, die ze op het oog hadden, om daar Duitse bevolking te vestigen. Adolf Hitler, de in 1933 aan de macht gekomen leider van Het Derde Rijk en tevens stichter van de Nazi Partij (NSDAP), maakte in november 1937 de doeleinden van de geplande oorlog als volgt kenbaar: “In ons geval gaat het niet om het veroveren van mensen, maar uitsluitend om het veroveren van ruimte, die geschikt is voor landbouwdoeleinden”. “JODEN ZIJN EEN RAS, DAT VOLLEDIG UITGEROEID MOET WORDEN.” Hans Frank – Gouverneur-generaal – in het bezette Polen. “WIJ MOETEN HET DUITSE VOLK VERLOSSEN VAN POLEN, RUSSEN, JODEN EN ZIGEUNERS.” Otto Thierack – minister van Justitie – in het Derde Rijk. “DE ALLERBELANGRIJKSTE OPDRACHT IS, HET OPSPOREN VAN ALLE POOLSE LEIDERS, […] OM HEN ONSCHADELIJK TE MAKEN […] ALLE VAKMENSEN VAN POOLSE AFKOMST MOETEN IN ONZE OORLOGSINDUSTRIE VOLLEDIG UITGEBUIT WORDEN. VERVOLGENS VERDWIJNEN ALLE POLEN VAN DE AARDBOL.” Heinrich Himmler – Reichsführer SS. Nazi Partijcongres in Numberg in 1937. De leden van de Hitlerjugend begroeten Adolf Hitler, die onder andere beweerde: “Wij voeden de jeugd op, voor wie de hele wereld zal beven. Ik wil een jeugd die tot geweld in staat is, machtig, onbuigzaam en wreed is.” 

 

Na de aanval op Polen op 1 september 1939 en haar bezetting door het Duitse leger, met daarna op 17 september eveneens de inval door het Sovjetleger, ontstond er een verdeling van Poolse gebieden. Een deel daarvan, waar zich ook de stad Oswięcim bevond, werd ingelijfd bij het Derde Rijk. In het middelste deel van Polen werd, volledig onderworpen aan Duitsland en bestuurd door het nazistische administratieve politie apparaat, dat de naam van General Gouvernement kreeg. Oostelijke gebieden werden, conform het Duits-Sovjetverdrag van augustus 1939, bij de Sovjet Unie ingelijfd. Na het uitbarsten van de oorlog tussen Duitsland en de Sovjet Unie in juni 1941, kwamen ook deze gebieden onder Duitse bezetting. In april 1940 viel het Duitse leger Denemarken en Noorwegen binnen, in mei België, Nederland, Luxemburg en Frankrijk. In april van het jaar daarop, viel Duitsland Joegoslavië en Griekenland aan, in juni gevolgd door een aanval op de vroegere bondgenoot, de Sovjet Unie. In het najaar van 1941 bevond het grootste deel van Europa zich onder Duitse bezetting.

 

Auschwitz lag bijna in het hart van het bezette Europa. Vanaf 1933 werden in Duitsland concentratiekampen gesticht. Daar werden mensen gevangen gehouden die, als “ongewenste elementen” werden beschouwd, bijvoorbeeld: politieke tegenstanders van het nazi regime, criminelen en joden. Na het uitbarsten van de Tweede Wereldoorlog begon Duitsland ook met het stichten van kampen, in door hen bezette landen. Concentratiekamp KL Auschwitz, zoals ook de andere nazi concentratiekampen, was een Overheidsinstelling, die bestuurd werd door de Centrale Machtsorganen van het Duitse Rijk. Het viel onder toezicht van het Hoofd van de Economisch Administratieve Dienst van de SS (WVHA) Voor deportatie van mensen naar kampen en hun vernietiging, was de Rijksveiligheidsdienst (RSHA) verantwoordelijk.

 

Het Duitse nazi concentratiekamp Auschwitz, werd voor de wereld het symbool van Holocaust, terreur en volkerenmoord. Medio 1940 werd het door de Duitsers aan de rand van de stad Oświęcim, een door de nazi’s tot het Derde Rijk ingelijfde Poolse stad, gesticht. De stad kreeg de Duitse naam “Auschwitz”, welke naam ook de naam van het kamp werd: Konzentrationslager Auschwitz. Directe aanleiding tot het oprichten van het kamp, was het groeiende aantal gearresteerde Polen door de Duitse politie, met overvolle gevangenissen als gevolg. Aanvankelijk zou dit één van de concentratiekampen worden, volgens het nazistische terreursysteem, welke vanaf de begin jaren ‘30 waren gesticht. Dit kamp vervulde trouwens deze functie gedurende de hele periode van zijn bestaan, zelfs – vanaf 1942 – werd het langzamerhand het grootste massa vernietigingscentrum van joden. De kampbemanning van KL Auschwitz bestond uit leden van de SS-organisatie (Schutzstaffeln, de Beschermstaf). Deze eenheden werkten als elitaire garde, die aanvankelijk als voornaamste taak hadden de vergaderingen van de nazi partij te beveiligen. Na verloop der jaren groeide de invloed van de SS aanzienlijk in het Derde Rijk. Zij groeide uit tot een organisatie, die veel functies van de landelijke overheidsadministratie, van politie en leger overnam. Deze eenheden vormden ook de bewaking van de concentratiekampen.

 

Het eerste transport van hen kwam naar het kamp uit de gevangenis vanTarnów op 14 juni 1940. De kampbemanning van de SS. Tijdens het bestaan van het kamp doorstroomden meer dan 8.000 SS’ers het kamp. Evacuatie van de Poolse bevolking uit de plaatsen in de buurt van het kamp. De foto werd tijdens de oorlog gemaakt.

 

In de periode 1940-1941, hebben de Duitsers de bevolking uit een van de wijken van Oświęcim, evenals de bewoners van acht in de omgeving liggende dorpen, verdreven van de plaats, waar het kamp werd opgericht. Alle joden, die ongeveer 60% van de vooroorlogse bevolking van Oświęcim vormden, werden naar getto’s getransporteerd en veel Polen werden naar het Derde Rijk gedeporteerd, om dwangarbeid te verrichten. In de stad en in de omgeving daarvan, werden 1.200 huizen gesloopt. Op het terrein, dicht bij het kamp, werd het achterland in de vorm van werkplaatsen, magazijnen, kantoren en kwartieren voor de kampbemanning ingericht. Een gedeelte van de huizen, na de evacuatie van de bevolking, werd bestemd voor officieren en onderofficieren van de SS, die hier regelmatig met hele families verbleven en eveneens voor de Duitse families van overgeplaatste ambtenaren en politieagenten. Bestaande vooroorlogse industriebedrijven op dit terrein werden door de Duitsers overgenomen. Sommige bedrijven werden uitgebreid en anderen werden geliquideerd. In plaats daarvan werden nieuwe fabrieken gebouwd, die verbonden waren met de oorlogsproductie van het Derde Rijk. Om in die bedrijven te werken, vooral in de grote chemische fabriek IG Farben, hebben Duitsers ongeveer 11.000 dwangarbeiders, vooral Polen, Russen en Fransen, te werk gesteld.

 

SS’ers, vormden het leidend kader en de bewakersbemanning van het kamp. Ze namen ook deel aan de massale vernietiging van joden en executies van gevangenen. In het begin bestond de bemanning van de SS’ers alleen uit Duitsers. Later werden ook zogenaamde Volksduitsers gerekruteerd. Dat waren staatsburgers uit andere landen, die hun Duitse afkomst konden bewijzen, en de zogenaamde Volksliste ondertekend hadden. Gedurende de hele periode van het functioneren van het kamp, werd dit door meer dan 8.000 SS’ers, en voor de SS werkende toezichthoudsters doorlopen.

 

De plaats voor het kamp – bijna in het centrum van het door de Duitsers bezette Europa – met heel goede communicatieverbindingen – veroorzaakte, dat de Duitse machthebbers het kamp tot grote schaal uitbreidden en mensen uit bijna het hele continent, hiernaar toe deporteerden. Op het hoogtepunt van zijn bestaan bestond kamp Auschwitz uit drie hoofdkampen: - Het eerste en het oudste is Auschwitz I, het zogenaamde Stammlager (het moederkamp, het aantal gevangenen bedroeg van 12.000 tot 20.000) en werd in de eerste helft van 1940 opgericht, op het terrein en in de gebouwen van vooroorlogse Poolse kazernes, die in de loop der tijd, ten behoeve van het kamp werden uitgebreid. - Het tweede gedeelte is het kamp Auschwitz II-Birkenau, het grootste in het complex van de kampen Auschwitz (in 1944 telde dit kamp meer dan 90.000 gevangenen). In het najaar van 1941, begon men met de bouw hiervan op het terrein van het dorp Brzezinka, dat drie kilometer van Oświęcim lag. De Poolse bevolking was uit dit dorp geëvacueerd en werden hun huizen gesloopt. In Birkenau ontstonden de grootste apparaten voor massale vernietiging in bezet Europa -gaskamers- waar de nazi’s een groot deel van de naar het kamp gedeporteerde joden vermoordden. - Het derde gedeelte – het kamp Auschwitz III-Monowitz, ook bekend als Buna (in de zomer van 1944, verbleven meer dan 11.000 gevangenen in dit kamp). In het begin was het één van de satellietkampen van Auschwitz, dat in 1942 in Monowice was ontstaan, 6 kilometer van Oświęcim af, naast de bedrijven van synthetisch rubber en benzine BunaWerke, die tijdens de Eerste Wereldoorlog gebouwd waren door het Duitse concern IG Farbenindustrie. In november 1944 werd het satellietkamp Buna zelfstanding en kreeg het de naam KL Monowitz. Onder dit kamp vielen de meeste satellietkampen van Auschwitz.

 

Ondanks de buitengewoon zware leefomstandigheden in het kamp en constante terreur, probeerden de gevangenen hun eigen waardigheid te handhaven. Eén van de verschijnselen hiervan was, het zowel spontaan, als georganiseerd verzet. De strijd van gevangenen in het kamp was vooral geconcentreerd op het redden van de dood van lotgenoten in tegenspoed. Het verzet van gevangenen nam ook andere vormen aan zoals: politieke, culturele en kerkelijke activiteiten. De eerste organisaties van het verzet in het kamp, ontstonden al in de tweede helft van 1940. Ze werden voornamelijk door Poolse politieke gevangenen georganiseerd, die toen de grootste groep gevangenen vormde. Onafhankelijk van de Poolse groepen, ontstonden tussen eind 1942 en begin 1943, organisaties van gevangenen van andere nationaliteiten. Op 7 oktober 1944 organiseerde een groep gevangenen, uit een Sonderkommando, een paar SS’ers dodend, een opstand, en vernietigden één van de crematoria. Van essentieel belang voor het kampverzet, was informatie aan de buitenwereld over misdaden, die door de nazi’s in KL Auschwitz werden gepleegd. Dat was mogelijk dankzij contacten met het actief verzet, werkzaam buiten het kamp en was tussenschakel, om informatie aan de buitenwereld te verstrekken. Vanaf het moment van het oprichten van het kamp door de Duitsers, hebben Poolse bewoners van Oświęcim en omgeving, met gevaar voor eigen leven, gevangenen geholpen met het geven van eten en medicijnen, en met het organiseren van ontsnappingspogingen.

 

Alle kampen en satellietkampen van het complex Auschwitz, werden door de Duitsers overal met torens en schuttingen met prikkeldraad omringd. Een of ander contact van gevangenen met de buitenwereld was verboden. Het geïsoleerde terrein had echter een grotere oppervlakte dan het terrein dat zich binnen de schutting bevond; het nam een extra oppervlakte van ongeveer 40 vierkante km in beslag (het z.g. Interessengebiet) - belangstellingsgebied- en strekte zich uit tussen de kampen Auschwitz I en Auschwitz II-Birkenau. 

 

Er werden ongeveer 200.000 joden geregistreerd. Politieke gevangenen – circa 160.000, de meeste waren Polen, die tijdens represaille acties, of deelname aan het verzet, waren gearresteerd. A sociale gevangenen – tot deze categorie telde men vooral boven 21.000 geregistreerde Roma (zigeuners). SU Sovjet – krijgsgevangenen – circa 15.000, hiervan waren er 12.000 geregistreerd. EH Opvoedingsgevangenen – deze werden in het kamp gezet, wegens feitelijke of vermeende overtreding van de werkdiscipline. Hun aantal wordt geschat op 11.000. PH Politie gevangenen – dit waren uitsluitend Polen. Als gevolg van overvolle Gestapo gevangenissen in Katowice en Mysłowice, werden zij naar het kamp gestuurd, waarin ze hun standrechtelijk vonnis, welk hen vrijwel altijd tot executie door de kogel veroordeelde ondergingen. Hun aantal schat men op enkele duizenden. Criminele gevangenen – dit waren enkele honderden gevangenen van Duitse afkomst. Uit deze groep zocht de kampmacht gevangenen met functies, die de SS’ers hielpen met het handhaven van het kampregiem. Jehova getuigen – deze werden in het kamp gevangen gehouden vanwege hun gedrag en houding, die uit hun religieuze overtuiging voortkwam. In deze categorie werden zeker 138 personen van Duitse afkomst geregistreerd. Homosexuelen – enkele tientallen, vooral Duitsers.

 

Gedurende de hele periode van het bestaan, vervulde Auschwitz de functie van concentratiekamp en na verloop van tijd werd het het grootste Duitse kamp. De heersende bezetters stuurden, in de eerste periode van het bestaan van het kamp, vooral Poolse politieke gevangenen die als bijzonder gevaarlijk werden beschouwd, hier naar toe. Dat waren vooral maatschappelijke en geestelijke leiders, vertegenwoordigers van Poolse intelligentie, cultuur en wetenschappen, deelnemers aan het verzet en officieren. Het eerste transport van 728 Poolse politieke kwam op 14 juli 1940 naar het kamp, met daarin enkele Polen van joodse afkomst uit de gevangenis van Tarnów. Deze dag wordt als het begin van het functioneren van het kamp beschouwd. De nazi’s zetten tijdens het hele bestaan van het kamp, Polen gevangen. Ook werden er mensen naar het kamp gestuurd, die tijdens razzia’s door de Duitsers werden gearresteerd. Er kwamen ook hele families, die vanwege de door de Duitsers uitgevoerde evacuaties, zoals uit de regio Zamość en mensen uit Warszawa, die tijdens de opstand in 1944 gearresteerd waren, naar het kamp. Na verloop van tijd stuurden de Duitse machthebbers ook groepen gevangenen uit andere bezette landen, ook Roma (zigeuners) en Russische krijgsgevangenen naar Auschwitz. Zij werden geregistreerd en kregen nummers. Vanaf 1942 werden ook joden uit de massale transporten, die voor vernietiging waren bestemd, in het bestand van het kamp opgenomen. Deze joden werden tijdens selecties door de artsen van de SS gekeurd of om te werken, óf om te dienen voor hun misdadige medische experimenten. Van minimaal 1,3 miljoen mensen, die naar KL Auschwitz werden gedeporteerd, werden circa 400.000 personen geregistreerd en in het kamp geplaatst; circa 200.000 joden, circa 150.000 Polen circa 23.000 Roma (zigeuners) circa 15.000 Russische krijgsgevangenen en 25.000 gevangenen van andere nationaliteiten. Meer dan 50% van hen stierf aan honger, te zwaar werk, executies en ook als gevolg van de vernietigende leefomstandigheden, ziektes en epidemieën, straffen martelingen en misdadige medische experimenten. Ongeveer 200.000 gevangenen deporteerden de Duitsers naar andere concentratiekampen, waarbij een groot gedeelte omkwam. Tijdens de bevrijding van het kamp, bevonden zich ongeveer 7.000 gevangenen in het kamp.

 

Vanaf 1942 kreeg het kamp ook een tweede functie te vervullen – het werd het centrum van massale vernietiging van Europese joden. Ze stierven alléén vanwege hun afkomst, ongeacht leeftijd of geslacht, beroep, nationaliteit of politieke voorkeur. Na selectie werden grote aantallen mensen uit nieuwe transporten, welke door SS artsen als ongeschikt om te werken werden beschouwd; zieke personen, oudere en zwangere vrouwen en kinderen in de gaskamers vermoord. Deze personen werden niet in de evidentie van het kamp ingevoerd. Dat betekende, dat ze geen nummer kregen en niet geregistreerd werden.

 

LIJST MET AANTALLEN MENSEN EN  UIT WELK LAND ZE NAAR AUSCHWITZ GETRANSPORTEERD WERDEN 

Hongarije 438.000

Polen 300.000

Frankrijk 69.000

Nederland 60.000

Griekenland 55.000

Tsjechië en Morawy Theresienstadt 46.000

Slowakije 27.000

België 25.000

Duitsland en Oostenrijk 23.000

Joegoslavië 10.000

Italië 7.500

Letland 1.000

Noorwegen 690

Concentratiekampen en onbekende Plaatsen 34.000 

 

Aan het einde van 1944, in het zicht van het komende offensief van het Rode Leger, begonnen de kampleiders alle sporen van hun misdaden uit te wissen. Er werden documenten vernietigd, sommige objecten werden gesloopt, andere werden verbrand of opgeblazen. De gevangenen die nog in staat waren deel te nemen aan een mars, werden vanaf 17 tot 21 januari 1945 diep in het Derde Rijk geëvacueerd, op het moment toen Sovjet soldaten zich op 60 kilometer van het kamp bevonden, en Krakov bevrijdden. Circa 7.000 gevangenen die door de Duitsers in het kamp waren achtergelaten, werden op 27 januari 1945 door soldaten van het Rode Leger bevrijd. Birkenau. De lijken van vergaste joden worden in de open lucht verbrand. Bevrijde gevangenen verlaten het kamp Birkenau. Behalve joden, Polen, Roma (zigeuners) en Sovjet krijgsgevangenen, hebben de nazi’s ook zeker 7.000 Tsjechen, 6.000 Wit Russen, 4.000 Fransen, 2.500 Duitsers en Oostenrijkers, 1.500 Russen 800 Slovenen en 600 Oekraïners naar het kamp gestuurd. Een kleiner aantal, tot enkele honderden belandden uit bijna alle Europese landen in het kamp. Tussen de op 27 januari 1945, bevrijde 7.000 gevangenen, bevonden zich bijna 500 kinderen.

 

Een paar maanden na het einde van de oorlog en de bevrijding van de nazi-kampen, begon een groep toenmalige Poolse gevangenen publiekelijk aandacht te vragen, om de slachtoffers van Auschwitz te herdenken. Toen dat mogelijk werd, kwam een gedeelte van hen met het plan de objecten en overgebleven ruïnes van het kamp te beschermen. Ze waren de motor achter de oprichting van de zogenaamde vereniging “Vaste Bescherming van het Kamp Oświęcim” en ondersteunden de duizenden pelgrims, die massaal hiernaar toe kwamen, om de sporen van hun naasten te zoeken, te bidden en eer te brengen aan de vermoorden.

 

Voormalige gevangenen bereidden, nog vóór de officiële oprichting van Het Museum, de eerste expositie op het terrein van het kamp voor, dat op 14 juni 1947 werd geopend. 

 

Bunker 1

Bunker 1, ook wel het Kleine Rode Huis genoemd, werd in maart 1942 als gaskamer in gebruik genomen. De kampleiding van Auschwitz had besloten om de systematische volkerenmoord naar Birkenau te verplaatsen vanwege de vele Jodentransporten uit Europa. De plaatselijke bevolking en hun woningen moesten daarvoor verdwijnen, maar twee landbouwhuizen bleven bestaan. Eén daarvan was het Kleine Rode Huis oftewel Bunker 1. Er werden twee gaskamers in gemaakt. De lijken werden door het Sonderkommando in grote kuilen begraven. Bunker 1 was tot de zomer van 1943 in gebruik en werd gesloopt. Nieuw gebouwde gaskamers en crematoria namen het werk over.

Bunker 2 Auschwitz-Birkenau

Bunker 2, ook wel het Witte Huis genoemd, werd in juni 1942 als gaskamer in gebruik genomen. De kampleiding van Auschwitz had besloten om de systematische volkerenmoord naar Birkenau te verplaatsen vanwege de vele Jodentransporten uit Europa. De plaatselijke bevolking en hun woningen moesten daarvoor verdwijnen, maar twee landbouwhuizen bleven bestaan. Eén daarvan was het Witte Huis oftewel Bunker 2. Er werden vier gaskamers in gemaakt. De lijken werden door het Sonderkommando in grote kuilen begraven. In de zomer van 1943 namen nieuw gebouwde crematoria het werk over, maar Bunker 2 werd in 1944 tijdelijk weer in gebruik genomen voor het vergassen van Joden uit Hongarije.

 

Auschwitz-Birkenau, ofwel Auschwitz II, gelegen in het op drie kilometer van Auschwitz gelegen Birkenau (Pools: Brzezinka) was het grootste van de drie subkampen van Auschwitz. Auschwitz II was een vernietigingskamp. In de herfst van 1941 begonnen Russische krijgsgevangenen met de bouw van het kamp, vanaf de zomer van 1942 werd het kamp, met vier gaskamers, steeds belangrijker in de grootschalige vernietiging van Joden en Sinti en Roma.

Crematorium II Auschwitz-Birkenau

Crematorium II werd tussen augustus 1942 en maart 1943 door de gevangenen gebouwd en was operationeel vanaf maart 1943 tot november 1944. Eind 1943 werd de gaskamer in tweeën gesplitst voor kleinere transporten. Er konden maximaal 2500 personen per 24 uur worden verwerkt. In november 1944 werd crematorium II gesloopt en op 20 januari 1945 werden de restanten door de SS opgeblazen.

Crematorium III Auschwitz-Birkenau

Tussen maart en juni 1943 werden de industriële crematoria in Auschwitz-Birkenau in gebruik genomen. Crematorium III was van juni 1943 tot november 1944 in gebruik. Het gebouw bevond zich geheel bovengronds en kon 768 mensen verwerken. Later werd de efficiëntie opgeschroefd en kon de gaskamer maximaal 2500 personen in 24 uur verwerken. In november 1944 werd het crematorium gesloopt en op 20 januari 1945 blies de SS de laatste restanten op.

Crematorium IV Auschwitz-Birkenau

Crematorium IV was qua bouw en functie eenvoudiger dan II of III omdat het als vernietigingsplaats werd ontworpen. De bouw begon in november 1942 en op 22 maart 1943 werd het crematorium in gebruik genomen. Het stond dicht bij Kanada III, de plaats waar goederen van gevangenen werden uitgezocht. Hier begon op 7 oktober 1944 de opstand van het Sonderkommando. De Sonderkommando's slaagden erin om crematorium IV in brand te steken en schakelden het daardoor uit.

Crematorium V Auschwitz-Birkenau

Crematorium V was qua bouw en functie eenvoudiger dan II en III omdat het als vernietigingsplaats was ontworpen. Het werd in november 1942 in het aangrenzende berkenbos gebouwd. Crematorium V was vanaf april 1943 tot januari 1945 operationeel. Op 26 januari 1945 blies de SS het crematorium op.

Kanada-Kommando Auschwitz-Birkenau

Het Kanada-Kommando bestond uit een groep aangewezen Joodse gevangenen die in concentratiekamp Auschwitz en Auschwitz-Birkenau de bagage van nieuw aangekomen gevangenen moest sorteren. Het terrein waar dit werd uitgevoerd kreeg de naam Kanada omdat Canada een rijk land zou zijn. Ze waren iets meer beschermd in deze functie, maar leden van het Kommando werden geregeld vervangen en vermoord omdat ze te veel wisten. In Birkenau werd Kanada II ingericht vanwege de grote hoeveelheden bezittingen van vermoorde Joden. Vanaf oktober 1944 werkten er 815 vrouwelijke gevangenen en enkele honderden mannelijke gevangenen in het Kanada-Kommando. Toen de Duitsers in januari 1945 Auschwitz gingen ontruimen werden dertig barakken met persoonlijke bezittingen van vermoorde gevangenen in brand gestoken om deze misdaden te verbergen.

 

Het Kanada-Kommando was een tijdens de Tweede Wereldoorlog in concentratiekamp in Auschwitz I en later ook in Auschwitz-Birkenau ingestelde groep, bestaande uit willekeurig door de SS aangewezen - vooral vrouwelijke - Joodse gevangenen. Hun taak bestond er uit om de bagage van nieuw toegekomen gevangenen te doorzoeken op geld en juwelen. Deze moesten ze dan in een afgesloten doos met gleuf steken. De bezittingen werden verder verwerkt in aparte barakken.

Het kampgedeelte waar deze gevangen woonden kreeg de naam ‘Kanada’, omdat Canada de naam had een rijk land te zijn.


De leden van het Kanada-Kommando kwamen uit alle Europese landen waar Joden uit gedeporteerd waren. Zij hadden een eigen barak en daardoor een relatief beschermde functie. Het haar van de vrouwen werd niet afgeschoren, ze droegen een normaal uitziend uniform (wellicht om de aangekomen transporten niet te verontrusten) en tussen de bagage van de net gearriveerde gevangenen vonden ze dikwijls voeding. Doordat ze deze voeding meestal mochten houden, waren de meeste gevangenen die in Kanada werkten relatief gezond. De SS-bewakers vonden het wel goed dat zij de aangetroffen voedingsmiddelen opaten, maar vervoer naar de andere gevangenen van Auschwitz was verboden.

Bij het werk werden af en toe dode baby's aangetroffen tussen de kleding. Ook troffen ze soms eigendommen aan van familieleden. Vanuit de barakken hadden ze, met name in Kanada II, zicht op een van de crematoria, zagen ze de gedeporteerde Joden daar heen lopen en hoorden ze de wanhoopskreten.

Het deel van het Kanada-Kommando dat op het perron in Auschwitz aanwezig was, had als taak, de gedeporteerden tot spoed aan te manen, alle bagage die zij bij zich hadden, op wagens te laden (daarbij werd gezegd, dat elk zijn bezittingen terug zou krijgen), en behulpzaam te zijn bij het instappen in de auto’s (meestal vrachtauto’s, soms autobussen) waarmee diegenen die voor de onmiddellijke vergassing bestemd waren, afgevoerd zouden worden. Die bestemming - de gaskamers - was alle leden van het Kanada-Kommando bekend. Soms gaven zij weleens waarschuwingen door in de zin van: ‘U moet niet met de auto’s gaan’, of (tegen jonge mensen): ‘Zeg straks dat je achttien bent’, soms zeiden ze tegen jonge moeders die een zuigeling of een kleuter droegen: ‘Laat uw kind door een oudere vrouw dragen’, maar verder gingen zij niet. Wie dat wel deed, werd, als het gemerkt was, terstond gearresteerd, gemarteld en gedood.

Soms werden mannelijke leden van het Kanada-Kommando opgeroepen om het perron van aankomst lijken uit te laden, als er tijdens de treinreis in de goederenwagons veel mensen waren overleden.

Verder werd in de barakken alle kleding en schoeisel verzameld en opgeslagen. Alle onderdelen die naar de oorspronkelijke eigenaar verwezen werden verwijderd, en ook de jodenster.

In de loodsen werd de kleding voor het verdere transport gesorteerd en verpakt. Op die loodsen stond de naam Kanada geverfd.

Leden van het Kommando werden van tijd tot tijd vervangen en vermoord, omdat ze te veel wisten van de massavernietigingen.

 

Koffers van Joden die ingenomen werden bij aankomst en verwerkt door het Kanada-Kommando
De gevangenen, meestal Joden, die niet geselecteerd werden om te werken in het concentratiekamp Auschwitz moesten hun bagage inleveren zodra ze aankwamen met een transport. Nadat deze in de gaskamers waren vermoord, onderzochten andere gevangenen, namelijk die van het Sonderkommando, de kleding voor kostbaarheden. Zij doorzochten ook de lichaamsopeningen van de vermoorde mensen. Gouden tanden werden uitgebroken. Het eigendom van de vermoorde persoon werd in beslag genomen door het Kanada-Kommando, waar het werd gesorteerd en tijdelijk opgeslagen.

De waardevolle spullen en kleding werden vervolgens naar nazi-Duitsland getransporteerd voor verder gebruik. Edele metalen en geld gingen rechtstreeks naar de Reichsbank. Luxegoederen zoals cacao en alcohol werden opgeëist door de SS van het kamp.

Het geld en de juwelen werden naar Berlijn getransporteerd voor de oorlogsinspanning en de kleding werd uitgedeeld aan de Duitse bevolking.

Zowel de SS'ers als de gevangenen van het Kommando stalen goederen.


Het Kanada-Kommando was aanvankelijk in Auschwitz I ondergebracht, maar werd in januari 1943 naar Birkenau verplaatst, naar barakken vlak naast de grote crematoria.[5]

Kanada I, bestaande uit verschillende barakken, bevond zich ten noordwesten van het hoofdkamp van het concentratiekamp Auschwitz . Het werd van 1942 tot 1943 gebruikt met twee ploegen van in totaal 1.600 concentratiekampgevangenen. Na de ingebruikname van Kanada II werkten er in Kanada I slechts 210 gevangenen.


Omdat Kanada I niet meer toereikend was om de grote hoeveelheid bezittingen van vermoorde Joden te verwerken werd in Auschwitz-Birkenau een nieuw complex met 30 barakken met magazijnen gebouwd en geopend in december 1943, Kanada II, ook wel Effektenlager genoemd. De barakken lagen tussen Crematoria III en IV in. Voor het grootste deel werden deze barakken gebruikt voor de opslag en het sorteren van de bezittingen van de slachtoffers van de Holocaust, die zij hadden meegenomen naar het concentratiekamp. De bezittingen van de niet-joodse geregistreerde gevangenen werden daar ook heen gebracht. De gevangenen van het Kanada-Kommando waren daar gehuisvest en er waren eveneens kantoren van de SS op de locatie. In dit gedeelte van het kamp bevond zich ook de "Centrale Sauna", waar nieuwe gevangen werden ontluisd en gedesinfecteerd. Ook hun kleding werd afgenomen en vervangen door kampkleding. In Kanada II werkten bijna 600 gevangenen in juli 1944 Na de aankomst van duizenden gedeporteerde Hongaarse Joden werd het aantal vrouwen verhoogd naar 1000 gevangenen. Vanaf begin oktober 1944 werkten er 815 vrouwelijke gevangenen en enkele honderden mannelijke gevangenen. De Holocaustoverlevenden Kitty Hart-Moxon en Krystyna Żywulska werkten in het Kanada-Kommando.

Toen de barakken in Kanada I en II niet meer groot genoeg waren om de vele geplunderde goederen te huisvesten, werden de bezittingen van de slachtoffers van de Holocaust tijdelijk opgeslagen in andere delen van het kamp of zelfs in de open lucht.

 

Als onderdeel van de " evacuatie " van het concentratiekamp Auschwitz op 23 januari 1945, staken SS'ers dertig barakken vol persoonlijke bezittingen van vermoorde gevangenen in brand. De loodsen waren na enkele dagen volledig afgebrand. Dit was onderdeel van de pogingen om de sporen van de grootschalige misdaden van de nazi's te verbergen. Bovendien wilden de nazi's voorkomen dat de kostbaarheden in handen zouden vallen van het oprukkende Rode Leger. Nadat het kamp was bevrijd, waren er nog steeds tienduizenden kledingstukken en alledaagse voorwerpen in twee van de zes barakken van Kanada I die niet waren verbrand. Daarnaast stonden er zeven treinwagons met kleding en beddengoed op de railhelling van het concentratiekamp Auschwitz-Birkenau.

Transporten Auschwitz-Birkenau

Westerbork - Auschwitz-Birkenau

  • Eerste Transport van Westerbork naar Auschwitz-Birkenau
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 02-02-1943 - 04-02-1943
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 02-10-1942 - 03-10-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 02-11-1942 - 04-11-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 03-08-1942 - 04-08-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 04-09-1942 - 05-09-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 04-12-1942 - 06-12-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 05-04-1944 - 07-04-1944
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 05-10-1942 - 07-10-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 06-11-1942 - 07-11-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 07-08-1942 - 08-08-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 07-09-1942 - 08-09-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 07-09-1943 - 09-09-1943
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 08-02-1944 - 10-02-1944
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 08-12-1942 - 10-12-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 09-02-1943 - 11-02-1943
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 09-10-1942 - 11-10-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 10-08-1942 - 11-08-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 10-11-1942 - 12-11-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 11-01-1943 - 13-01-1943
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 11-09-1942 - 12-09-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 12-10-1942 - 14-10-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 12-12-1942 - 14-12-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 14-08-1942 - 15-08-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 14-09-1942 - 16-09-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 14-09-1943 - 16-09-1943
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 16-02-1943 - 18-02-1943
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 16-07-1942 - 17-07-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 16-10-1942 - 18-10-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 16-11-1942 - 17-11-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 16-11-1943 - 17-11-1943
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 17-08-1942 - 18-08-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 18-01-1943 - 20-01-1943
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 18-09-1942 - 20-09-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 19-05-1944 - 21-05-1944
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 19-10-1942 - 21-10-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 20-11-1942 - 21-11-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 21-07-1942 - 22-07-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 21-08-1942 - 22-08-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 21-09-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 23-01-1943 - 24-01-1943
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 23-02-1943 - 25-02-1943
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 23-03-1944 - 25-03-1944
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 23-10-1942 - 25-10-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 24-07-1942 - 25-07-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 24-08-1942 - 25-08-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 24-08-1943 - 26-08-1943
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 25-01-1944 - 27-01-1944
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 25-09-1942 - 26-09-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 26-10-1942 - 27-10-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 27-07-1942 - 28-07-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 28-08-1942 - 30-08-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 28-09-1942 - 30-09-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 29-01-1943 - 31-01-1943
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 30-03-1944
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 30-10-1942 - 01-11-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 30-11-1942 - 02-12-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 31-07-1942 - 01-08-1942
  • Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 31-08-1942 - 01-09-1942
  • Laatste Transport Westerbork - Auschwitz-Birkenau, 03-09-1944

 

Apeldoorn - Auschwitz-Birkenau

  • Transport Apeldoorn - Auschwitz-Birkenau, 22-01-1943 - 24-01-1943

 

Auschwitz-Birkenau - Buchenwald

  • Transport Auschwitz-Birkenau - Buchenwald, 01-08-1944 - 03-08-1944

 

Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau

  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 01-09-1942
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 04-08-1942
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 08-09-1942
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 10-10-1942
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 11-08-1942
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 12-09-1942
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 15-01-1943
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 15-01-1944
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 15-08-1942
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 15-09-1942
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 18-08-1942
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 19-04-1943
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 19-05-1944 - 21-05-1944
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 20-09-1943
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 24-10-1942
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 25-08-1942
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 26-09-1942
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 29-08-1942
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 31-07-1943
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 31-07-1944
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 31-10-1942
  • Transport Dossinkazerne - Auschwitz-Birkenau, 4-04-1944 - 7-04-1944

 

Kamp Vught - Auschwitz-Birkenau

  • Transport Kamp Vught - Auschwitz-Birkenau, 15-11-1943 - 17-11-1943
  • Transport Kamp Vught - Auschwitz-Birkenau, 18-10-1943 - 21-10-1943
  • Transport Kamp Vught - Auschwitz-Birkenau, 20-09-1943 - 23-09-1943
  • Transport Kamp Vught - Auschwitz-Birkenau, 3-06-1944

 

Hitlers oorlog verliep via het spoor
De Reichsbahn was cruciaal voor de nazi’s. De treinen zorgden voor snelle successen, maar maakten ook de weg vrij voor het donkerste hoofdstuk. Alleen met de Reichsbahn kon de Holocaust worden uitgevoerd. De Reichsbahn was van vitaal belang voor het Duitse leger tijdens de Tweede Wereldoorlog. Tijdens de oorlog vervoerde de Duitse Reichsbahn miljoenen tonnen voorraden voor Hitlers oorlogsmachine. Het spoorwegnet in Duitsland en de bezette landen is cruciaal voor de troepen aan het front. Daarom proberen de geallieerden en het verzet voortdurend de treinen te stoppen, want alles valt of staat bij een goed werkend spoor – net als tegenwoordig. Eindeloze Duitse treinen vervoerden miljoenen troepen en materieel naar het front.

 

‘Bouw niet meer forten, maar spoorwegen!’ had de beroemde generaal-veldmaarschalk Helmuth von Moltke al in 1843 gezegd.

 

Dus toen Frankrijk en Rusland in 1891 een militaire alliantie vormden, begon Duitsland aan een ambitieus infrastructuurproject. In plaats van stationaire forten bouwden Duitse generaals het meest efficiënte spoorwegnet van Europa, om ongekend veel troepen en materieel te vervoeren. En dat bleek een goede zet. Slechts 12 dagen na het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog hadden Duitse treinen al 2,1 miljoen soldaten en 600.000 paarden naar de fronten vervoerd.



Ondanks de efficiënte spoorwegen verloren de Duitsers de Eerste Wereldoorlog, maar ze vergaten niet hoe belangrijk het railnet was geweest. Met de Tweede Wereldoorlog in het verschiet nam Adolf Hitler in 1937 volledige controle over de spoorwegen, die hij omdoopte tot Deutsche Reichsbahn. Tijdens de oorlog functioneerde het als ruggengraat van het Derde Rijk: soldaten, uitrusting en munitie werden naar het front vervoerd, en grondstoffen uit bezet gebied gingen op de trein terug. Op het hoogtepunt in 1942 had Hitler maar liefst 180.000 kilometer rails, 63.700 locomotieven, 264.000 passagierswagons en 1,6 miljoen goederenwagons.

 

Er werkten meer dan 2 miljoen mensen bij de Reichsbahn – nog naast de soldaten die in de genie dienden. En de duizenden treinen bewezen hun waarde vanaf het allereerste begin van de Tweede Wereldoorlog.

 

Reichsbahn had een eigen logo. Na zijn machtsovername in 1933 begon Hitler met een uitgebreide centralisatie van de Reichsbahn, die ook een nazi-logo kreeg.


De eerste grote oorlogsmissie van de Reichsbahn was de verovering van Polen.

Vanaf augustus 1939 werden er door meer dan 200 locomotieven troepen vervoerd en in de dagen vóór de invasie op 1 september werden 1700 treinen ingezet.

De invasiemacht zat verstopt in 13.800 passagierswagons en 171.600 goederenwagons. Met behulp van de Reichsbahn konden de 1,6 miljoen soldaten binnen een maand het westen van Polen innemen, terwijl de Sovjet-Unie later het oostelijke deel innam. Al na een paar dagen krijgt het treinpersoneel de plannen te horen van hun baas, directeur Julius Dorpmüller.

‘Duitse mensen van het treinwiel! We staan allemaal standvastig – en met onwrikbare loyaliteit – achter de Führer in de strijd voor de toekomst van ons grote rijk,’ zei Dorpmüller, tevens Hitlers minister van Transport.

 

De Poolse spoorwegen waren echter doelwit van vele bombardementen, eerst door de Duitsers, die de Poolse troepen tegen wilden houden, en daarna door de Polen om te voorkomen dat de Duitsers de sporen zouden benutten. Er kwamen 25.000 meldingen binnen van schade aan Poolse rails en treinstations. Maar de Reichsbahn kon wel duizenden Poolse locomotieven en wagons overnemen, evenals een ultramodern spoorwegnetwerk.

 

Het zou een belangrijk onderdeel worden van Hitlers grote plan. Pijlsnelle verovering per trein Met de bezetting van Denemarken, Noorwegen, Nederland, België en Frankrijk in 1940 werd het spoorwegnet van de nazi’s gigantisch. Bijna heel Europa was gedekt, waardoor de eigen treinen van de Reichsbahn en de vele buitgemaakte treinstellen ongehinderd door het Derde Rijk konden rijden. Maar Hitler had nog veel grotere ambities. In de herfst van 1940 gingen 30.000 spoorwegarbeiders in het geheim aan de slag om de capaciteit in het Duitse deel van bezet Polen te verdubbelen.

Toen dat in juni 1941 klaar was, reden er dagelijks 220 treinstellen met soldaten via zes verschillende spoorlijnen helemaal tot aan de grens met het Sovjetdeel van Polen.

 

Operatie Barbarossa wordt op Hitlers bevel in juni 1941 in gang gezet Operatie Barbarossa overrompelde Stalin Op 22 juni 1941 stormen 3,7 miljoen soldaten de grens over naar de Sovjet-Unie in de grootste militaire operatie ooit. Het Rode Leger is totaal onvoorbereid, maar Hitler heeft zijn tegenstander onderschat. In de eerste vijf maanden van 1941 werden 3 miljoen Duitse soldaten, 3000 tanks en 7000 stuks artillerie vervoerd in ruim 33.000 treinstellen – de grootste opmars per spoor in de geschiedenis. De treinen leken gewone passagierswagons, zodat Stalins spionnen niets zouden vermoeden. Toen de nazi’s op 22 juni 1941 de Sovjet-Unie aanvielen, kwam dat als een complete verrassing, en gedurende de zomer rukte het Duitse leger snel op.

 

‘De vijand is al verslagen.’
Adolf Hitler in een toespraak in oktober 1941.
Het Duitse plan was om eerst de belangrijke steden in te nemen. Daarna zou de Wehrmacht de succesvolle tactiek van het Oostfront uit de Eerste Wereldoorlog kopiëren – Duitse troepen zouden met veroverde treinen naar de Russische steden reizen en ze bezetten. Maar in 1941 was er een groot probleem: de bijna 90.000 kilometer lange Sovjetspoorlijn was in de tijd van de tsaren gebouwd met breedspoor. Tussen de rails zat 1524 mm, in plaats van 1435 mm, zoals elders in Europa.

Om onhandig gedoe te voorkomen, begon de Duitse genie aan het aanpassen van duizenden kilometers spoor. Het was een precies werkje. Spijkers moeten eruit getrokken worden, verplaatsten van de rails 89 mm naar binnen, en dan de spijkers weer in de dwarsliggers,

 

In een toespraak in oktober 1941 pochte Hitler dat de genietroepen erin geslaagd waren om meer dan 15.000 kilometer Sovjetspoor opnieuw te leggen:

‘De vijand is al verslagen,’ concludeerde de Führer.

Maar de Russen waren helemaal niet verslagen. De breedte van het spoor was lang niet het enige probleem voor de Duitsers. De Duitsers bouwden duizenden nieuwe locomotieven, onder meer van het type Kriegslok 52.

 

De Kriegslok 52-locomotief van 100 ton werd het meest geproduceerd tijdens de oorlog.  De Duitsers moesten speciale oorlogstreinen maken die goedkoop te produceren waren en de extreme Russische kou aankonden. Tijdens de winter van 1941-1942 beseften de Duitsers dat ze nieuwe treinen nodig hadden voor het Oostfront. De oude modellen waren niet bestand tegen de vrieskou. Hun oplossing was de nieuwe supertrein Kriegslok 52, die was ontworpen om de kou te weerstaan. De stoom- en waterleidingen van de oorlogslocomotief werden dichter bij de ketel geplaatst en de cilinders konden niet bevriezen. De Kriegslok 52 moest ook goedkoop en snel te produceren zijn. De hoeveelheid benodigd staal werd verlaagd en de aandrijfstangen op de wielen werden in massa geproduceerd.

 

‘De bouwtijd is met 6000 arbeidsuren teruggebracht,’ vermeldde het militaire tijdschrift Die Wehrmacht. Tot 1945 werden er 6303 Kriegslok 52-locomotieven gemaakt, die elk 1200 ton konden trekken met een snelheid van 65 km/h. Kriegslok 52 was de vaakst gebouwde oorlogslocomotief van nazi-Duitsland. In minder dan drie jaar bouwden de Duitsers meer dan 6000 Kriegslok 52-locomotieven, het meest geproduceerde type van de oorlog. Alleen al in 1943 bouwden Duitse fabrieken in totaal 4533 locomotieven. In 1941 waren de Duitsers in de veroverde Sovjetgebieden druk bezig om de oorlogsbuit per trein terug naar Duitsland te sturen. In de loop van het jaar bereikten maar liefst 140.000 ton graan, 290.000 ton aardappelen en 20.000 ton vlees de Duitse keukens met behulp van lange goederentreinen.

 

Maar het transport werd gehinderd door het verouderde spoorwegnet van de Sovjet-Unie, waar de spoorwegbedding – de ballast – op veel trajecten zo slecht was dat de rails de zware goederentreinen niet konden dragen. Tot slot was er vaak alleen enkel spoor, waardoor er veel wissels nodig waren om treinen elkaar te laten passeren.

 

‘We kunnen de oorlog niet verliezen door transportproblemen.’
Adolf Hitler tegen de directie van de Reichsbahn in 1942.
De vertragingen maakten Hitler woedend. ‘We kunnen de oorlog niet verliezen door transportproblemen. Ze moeten worden opgelost!’ zei Hitler in mei 1942 tegen de directie van de Reichsbahn.

 

De straffen voor nalatigheid waren genadeloos. Datzelfde jaar nog liet Hitler twee ambtenaren van het treinverkeer in Oekraïne executeren wegens inefficiëntie. De Duitse pioniers moesten de klok rond werken. In de late zomer en herfst van 1942 stond het Duitse leger oog in oog met Stalingrad, maar dat was 2500 kilometer van Berlijn.

 

 

‘Omdat men onder enorme tijdsdruk stond, moesten de burgers die bij de spoorweg in de buurt woonden ook een bijdrage leveren,’ en in 1942 werden dwangarbeiders ingezet om een brug over de Donets te voltooien zodat Stalingrad met de trein bereikbaar was.

 

Door die enorme afstand was het moeilijk om voldoende te bevoorraden – ook omdat er massaal gesaboteerd werd. Eind dat jaar hadden de Duitsers 41.000 kilometer Sovjetspoor, maar ondanks hun inspanningen konden ze niet overal patrouilleren. Tijdens de oorlog moesten steeds meer Duitse soldaten patrouilleren langs de openliggende spoorlijnen – vooral in het oosten.


In plaats daarvan zaten op elke trein geniesoldaten die beschadigde onderdelen snel konden vervangen. In één nacht in augustus 1943 vernielden partizanen bij Minsk de rails op maar liefst 8522 plekken. Ook treinstations waren een doelwit. In 1943 plaatste het verzet magnetische mijnen onder een tankwagen in Asipovitsjy, ten noorden van Minsk. De explosie veroorzaakte een kettingreactie die 33 tankwagens, 65 munitiewagons, acht Tiger-tanks en vijf locomotieven verwoestte.

‘Voor het eerst voerden de partizanen een operatie van ongekende omvang uit om Duitse voorraden te vernietigen,’ constateerde Legergroep Midden geschokt.

 

Partizanen vielen de Duitse treinen dag en nacht aan Het Duitse spoorwegnet was de hele oorlog een populair doelwit voor partizanen en vijandelijke troepen. Duizenden Duitse soldaten moesten patrouilleren bij de rails, maar bewaking en terechtstellingen konden de sabotage niet voorkomen.

 

Joodse transporten creëerden chaos
In 1943 had het Derde Rijk in totaal 180.000 kilometer aan spoorwegen. De intensieve dienstregeling werd op de proef gesteld door de jodenvervolging die de nazi’s uitvoerden. Eind 1941 waren 3,5 miljoen joden per trein naar de getto’s vervoerd, en het jaar daarop begonnen de nazi’s met de genocide. Op dat moment waren de treinen in het oosten al extreem druk, maar Hitler had de Reichsbahn nodig voor zijn plan.

De Reichsbahn profiteerde financieel gezien behoorlijk van de joodse transporten, die samen met de SS en het transportministerie werden gecoördineerd. In het begin, toen er veel derdeklas rijtuigen werden gebruikt voor de deportaties, moesten de joden de reis zelf betalen. De nazi’s hielden ze voor dat ze ‘voor werk werden overgeplaatst naar het oosten’.

De prijs van een enkele reis was voor een volwassene 4 pfennig per kilometer. Kinderen tussen 10 en 12 jaar reisden voor de helft van de prijs, en kinderen onder de 4 jaar mochten gratis mee. De Reichsbahn en de SS deelden de inkomsten.

Het jodentransport nam toe en in januari 1943 wilde SS-chef Heinrich Himmler nog verder versnellen.

 

‘Als we de zaak snel willen afhandelen, hebben we meer transporttreinen nodig. Help me er meer te verkrijgen,’ schreef Himmler aan de Reichsbahn.


De Holocaust werd gefaciliteerd door de Reichsbahn. Vanuit alle hoeken van het Derde Rijk vervoerde Hitlers dodentransport ongeveer 3 miljoen joden. Zo’n 1,1 miljoen joden en anderen werden rechtstreeks naar het grootste nazi-vernietigingskamp, Auschwitz, gebracht.

 

Treinladingen tot 55 veewagons konden de locomotieven maar net aan – want de wagons zaten stampvol.

‘Er zaten meer dan 100 mensen in de wagon en de enige toiletvoorzieningen aan boord waren twee emmers. Het was ondraaglijk heet en er was te weinig zuurstof

De joden hoefden zelf geen kaartje te kopen, maar de Reichsbahn had niets te klagen. Het naziregime betaalde voor de reis een tarief dat gelijkstond aan dat voor joden die derde klas reisden. En met tot wel 5000 passagiers per trein, verdiende de Reichsbahn goud geld aan de Holocaust.

Het zou een kostbare aangelegenheid worden voor de Duitse oorlogsmachine. Hoewel de jodentransporten de laagste prioriteit hadden in de orde van het treinverkeer en vaak dagenlang op een zijspoor moesten wachten, liepen ook belangrijke treinen met nieuwe voorraden vertraging op. En net toen de situatie al bijna niet chaotischer kon, openden de westerse geallieerden een nieuw front toen ze op Sicilië landden.


De Reichsbahn vervoerde miljoenen joden naar de Duitse vernietigingskampen – en werd daar goed voor betaald.


Met de landing in juli 1943 wilden ze de Sovjet-Unie ontlasten, en dat lukte. Hitler moest ineens troepen en materieel naar het zuiden sturen. Maar zelfs uitgebreid Duits spoorweggeschut, zoals Krupp K5 met 283 mm-granaten, kon niet voorkomen dat de geallieerden in de herfst van 1943 het Italiaanse vasteland bereikten.

 

Al snel stonden de Duitsers onder grote druk – ook op het spoor.

 

‘Bommenwerpers vielen bruggen, tunnels, stations en alle vrije lijnen aan, terwijl gevechtsvliegtuigen treinen en locomotieven achtervolgden,’ verklaarde Reichsbahn-medewerker Karl Eugen Hahn.

 

Toen de geallieerden op 6 juni 1944 in Normandië landden, werd het Duitse spoor verder gebombardeerd. Willy Reinshagen – die van het Oostfront naar West-Frankrijk was gestuurd – was getuige van de aanval op een brug in L’Aigle, waarbij zeven van zijn kameraden omkwamen.

 

Duitse treinen waren het doelwit tijdens de landing in Normandië.
De geallieerde bombardementen in Frankrijk in 1944 eisten een zware tol van de Duitse bevoorradingstreinen.


Geallieerden verklaarden Hitlers trein de oorlog
Kort voor de landing in Normandië bombardeerden de geallieerden de Franse spoorwegen, waardoor de Duitsers geen versterking konden aanvoeren.

Onderdeel van D-day bedachten de Britten en Amerikanen het ‘transportplan’ om te voorkomen dat de Duitsers versterking naar Noordwest-Frankrijk konden sturen.

In de lente van 1944 vlogen geallieerde bommenwerpers naar spoorwegstations, rangeerterreinen en depots in steden als Le Mans, Laon en Amiens.

In totaal vielen er 76.200 ton bommen op Duitse spoorwegfaciliteiten in de aanloop naar D-day op 6 juni 1944, toen er nieuwe aanvallen volgden op stations bij de kust en op bruggen en spoorwegknooppunten verder landinwaarts. En het plan werkte, zo blijkt uit een Duits verslag van 13 juni 1944:

‘De aanvallen (...) hebben alle hoofdlijnen uitgeschakeld, en de kustverdediging is nu afgesneden van alle bevoorradingsbases in het achterland’.

Ook de geallieerden beschreven het effect van het transportplan op de Duitse mobiliteit als aanzienlijk. ‘De troepen werden gedwongen om grote omwegen te maken en moesten vervoerd worden met vrachtwagens, paardenkarren, fietsen en zelfs te voet vanuit het gebied rond Parijs,’ aldus een verslag.

 

Het beroep van geniesoldaat, ingenieur en treinbediende was ineens heel gevaarlijk.

Toch voerden ze hun taken uit, schreef de oorlogscorrespondent van de Reichsbahn in 1944:

‘We zagen dezelfde vechtlust als in het oosten. Ondanks zware bombardementen die de rails verscheurden en locomotieven en wagons diepe kraters in stuurden, en ondanks beschietingen met machinegeweren uit laagvliegende vliegtuigen, bleven de treinen rollen.’

 

Dat jaar vervoerde de Reichsbahn, ondanks alle tegenslagen, maar liefst 3,7 miljard passagiers en 625 miljoen ton vracht.

Maar de Duitse spoorwegen bleven niet ongeschonden. Laagvliegende geallieerde jachtvliegtuigen richtten een kogelregen op de locomotieven. Die werden voortaan uitgerust met pantserplaten, en het personeel werd ook beter beschermd.

Er werd ook luchtafweergeschut ingezet om de treinen te verdedigen. Maar het mocht niet echt baten – de Reichsbahn stond op instorten. Gevaarlijkste vijand van de spoorwegen kwam uit de lucht Om de spoorwegen tegen vijandelijke vliegtuigen te verdedigen, zetten de Duitsers luchtafweergeschut in.

 

Reichsbahn-treinen met soldaten, voorraden, voedsel en brandstof waren van vitaal belang voor de nazi-oorlog. Het was voor geallieerde vliegtuigen een fluitje van een cent om het spoor te volgen tot ze een trein tegenkwamen.

 

Daarom moesten de Duitsers hun kostbare lading verdedigen door zogeheten flakwagens aan de trein te bevestigen. De Duitsers plaatsten meestal drie flakwagens in het hoofdgedeelte van de trein – één achter de locomotief, één in het middengedeelte en één achteraan.

 

Aan één kant van de flakwagens zaten meestal 20-mm kanonnen, en aan de andere kant wachtte de bemanning. Uitkijkposten voor en achter in de trein hielden de wacht.‘Al het luchtafweerpersoneel moet voortdurend paraat zijn,’ vermeldde een Duits handboek.

De Duitsers gebruikten ook speciale flaktreinen met krachtigere kanonnen, maar deze konden niet rijdend worden afgevuurd. Daarom werden deze flaktreinen geplaatst bij spoorwegknooppunten en stations waar zich belangrijke vracht bevond.

Overblijfselen van de Reichsbahn gingen verloren
De Duitsers verloren elke dag terrein in 1945. Door het oprukkende Rode Leger in het oosten hadden de spoorwegen grote moeite om Duitse troepen en burgers naar het westen te brengen.

In totaal werden zo’n 5 miljoen Duitse burgers per trein geëvacueerd, onder wie de 12-jarige Engelbert Köhler, die in maart 1945 met zijn familie een plekje kreeg in een overvolle vluchtelingentrein in Silezië.

‘Bijna alle stations stonden vol met wachtende mensen,’ herinnerde Engelbert zich.

‘De trein stopte en we moesten vluchten door een kogelregen.’
De 12-jarige Engelbert Köhler over aanvallen op vluchtelingentreinen.
De treinen reden stations voorbij omdat er geen plaats meer was. In de buurt van Praag werd de trein aangevallen door Amerikaanse bommenwerpers.

Köhler: ‘De trein stopte en we moesten vluchten door een kogelregen.’ Zijn familie overleefde de aanval.

De Duitse treinen hadden geen schijn van kans tegen geallieerde jachtvliegtuigen.
Bekijk hoe Amerikaanse jachtvliegtuigen Duitse treinen achtervolgen tijdens de Tweede Wereldoorlog.

 

Hitler vond het minder belangrijk om de Reichsbahn overeind te houden dan om te voorkomen dat de vijand profiteerde van zijn treinen.

‘Alle locomotieven, passagiers- en goederenwagons moeten volledig worden vernietigd,’ luidde het Nero-bevel op 19 maart 1945.

Maar lang niet iedereen gaf er gehoor aan. De geallieerden bemachtigden 9000 Duitse locomotieven en 100.000 goederenwagons. Halverwege april stortte het transportministerie in – voor de Reichsbahn het einde van de oorlog.

75 procent van de Duitse treinen en spoorwegen werden vernietigd.

Zigeunerkamp

In het Zigeunerkamp van Auschwitz, Barak 18 is het 'Holländerblock', werden de opgepakte Sinti en Roma opgesloten. Families werden, in tegenstelling tot de rest van het kamp, niet van elkaar gescheiden. De Duitsers hadden gemerkt dat het teveel chaos veroorzaakte bij de Sinti en Roma, bij wie familie een heilig begrip is. Het Zigeunerkamp werd daarom het 'Familienlager' genoemd. In de nacht van 2 op 3 augustus 1944 werden alle Sinti en Roma die toen nog in dit barak verbleven, zo'n 4200 mensen, uit het Zigeunerkamp vergast.

 

Kamp in opstand: Roma wilden niet sterven in Auschwitz
In de Tweede Wereldoorlog vermoordden de nazi’s circa 500.000 Roma, maar in de lente van 1944 werd er zand in de moordmachine van Auschwitz-Birkenau gestrooid.

Op 16 mei 1944 marcheert een groep SS’ers naar het zogeheten Zigeunerlager in Auschwitz-Birkenau. De rook van het crematorium 120 meter verderop stijgt op tegen de voorjaarslucht, als een lugubere herinnering aan het lot dat de gevangen Roma te wachten staat.

In de barakken zitten 6000 Roma. Meerdere van hen zijn gewapend met ijzeren pijpen, hamers en hakken, die ze ’s nachts uit een werkschuur hebben gestolen. De uitgehongerde gevangenen zijn niet van plan om gewillig met de soldaten mee te gaan.

‘Het zigeunerprobleem kan alleen worden opgelost als de voortplanting van deze bevolkingsgroep voorgoed een halt wordt toegeroepen.’ Robert Ritter, hoofd van het Onderzoekscentrum Rassenhygiëne


‘We komen niet naar buiten. Komen jullie maar naar binnen! Wij wachten hier! Als je iets van ons wilt, moet je binnenkomen!’ roept een man vanuit een van de barakken.

Het verzet van de gevangenen verrast de SS-commandant, die besluit om zijn mannen terug te trekken. De Roma hebben een zeldzame overwinning behaald op de nazi’s. Helaas is het slechts uitstel van executie – letterlijk.

Nazi’s haten de Roma
Vervolging en discriminatie waren de Roma niet vreemd. Het nomadenvolk trok tussen de 6e en 11e eeuw vanuit het noorden van India naar Europa en verspreidde zich in de middeleeuwen over het hele continent. De Roma waren echter zelden welkom en werden vaak vervolgd.

In Duitsland was er vooral na de Eerste Wereldoorlog veel weerstand tegen de Roma. In meerdere deelstaten mochten ze niet meer in parken en zwembaden komen en vanaf 1927 werd een identiteitskaart met foto en vingerafdrukken verplicht.

Toen Hitler in 1933 aan de macht kwam, nam de discriminatie sterk toe in Duitsland en Oostenrijk, waar zo’n 30.000 Roma leefden. In november 1935 werden de Roma opgenomen in de rassenwetten van Neurenberg, waarin ‘zigeuners’ werden beschreven als ‘vijanden van de op ras gebaseerde staat’.

De Roma werden vooral bekend om hun woonwagens, waarmee ze als nomaden konden rondtrekken.

De nomadische Roma kwamen uit India en emigreerden naar het Byzantijnse Rijk. Van daaruit verspreidden ze zich over het Europese continent.

Het nomadenvolk de Roma trok tussen 500 en 1000 weg uit Noord-India. Ze vestigden zich in het Byzantijnse Rijk, maar toen de Turken in de eeuwen daarop het rijk veroverden, werd het volk over heel Europa verspreid – van Spanje in het zuiden tot Scandinavië in het noorden en van Engeland in het westen tot Rusland in het oosten.

De Europeanen noemden de Roma ‘zigeuners’, wat mogelijk komt van het Griekse athinganoi – een woord dat je kunt vertalen als ‘onrein’ of ‘ketter’. Tegenwoordig wordt de term gezien als racistisch en geeft de etnische groep de voorkeur aan het woord ‘Roma’, dat ‘mens’ betekent in de traditionele taal Romani.

De Roma in Europa delen tradities en talen, maar in de loop der tijd zijn er regionale verschillen ontstaan. Zo duiden niet alle groepen zichzelf aan met de naam ‘Roma’. In Engeland, Spanje en Duitsland noemen lokale Roma zichzelf travellers (reizigers), kalé (zwart/donker) en Sinti. Dat laatste verwijst naar het gebied in Sind – vroeger een deel van Brits-Indië maar nu behorend bij Pakistan – waar de Roma vermoedelijk vandaan komen.

De nazi’s waren er vooral op gebrand Mischlingen te elimineren. Deze Roma van gemengd bloed, die 90 procent van de Roma zouden vormen, werden gezien als een vervuiling van het arische ras.

Robert Ritter, hoofd van het Onderzoekscentrum Rassenhygiëne, formuleerde het als volgt:
‘Het zigeunerprobleem kan alleen worden opgelost als de asociale, onbruikbare zigeuners met gemengd bloed in grote werkkampen worden geplaatst en als de voortplanting van deze bevolkingsgroep voorgoed een halt wordt toegeroepen.’

Op 8 december 1938 ondertekende SS-leider Heinrich Himmler een bevel om de ‘zigeunerplaag’ te bestrijden.

Himmler wilde de ongeveer 1000 ‘raszuivere’ Roma in Duitsland sparen. Deze ‘zeldzame dieren’, zoals Himmler ze noemde, hadden zich sinds hun emigratie uit India niet meer vermengd met andere rassen. Volgens de nazistische rassenleer hadden Duitsers en Roma daarmee iets gemeen, want het arische ras kwam daar ook vandaan.

Terwijl de raszuivere Roma enkele privileges mochten behouden (zoals kinderen krijgen), moesten de ‘bastaarden’ naar werkkampen. De situatie was daar zo vreselijk dat duizenden mensen stierven door honger en ziekte.

In de Tweede Wereldoorlog werden veel Roma in Duitsland als slavenarbeiders gedeporteerd naar het getto van Łódź in het door Duitsland bezette Polen. Van daaruit gingen velen door naar de vernietigingskampen Bełźec, Sobibór en Treblinka. In het oosten van de bezette gebieden schoten SS-doodseskaders ook duizenden Roma dood.

De nazi’s brachten de Roma onder in concentratiekampen, waar ze werden vergast of zwaar werk moesten verrichten.

Op 16 december 1942 vaardigde Himmler een decreet uit dat alle overgebleven ‘onreine’ Roma naar een Zigeunerlager in Auschwitz-Birkenau moesten worden gedeporteerd.

Het waren de Roma in dit deel van het kamp die zich op 16 mei 1944 verweerden tegen de SS-bewakers. Hun verzet viel niet goed bij de nazi’s, en in juli 1944 beval Himmler het zigeunerkamp te sluiten.

Deze keer hadden de nazi’s zich voorbereid en waren de Roma kansloos. Alle mannen en vrouwen die konden werken, werden overgebracht naar de kampen Buchenwald en Ravensbrück.

In Auschwitz-Birkenau waren nu alleen nog 3000 kinderen, zieken en ouderen over, die geen verzet konden plegen. Op de ochtend van 3 augustus 1944 werden ze naar de gaskamers van Auschwitz-Birkenau gevoerd.

In de Tweede Wereldoorlog in Europa zijn 200.000 tot 500.000 Roma vermoord. En van de circa 23.000 Roma die tussen 1942 en 1945 naar Auschwitz-Birkenau werden gedeporteerd, stierf zo’n 90 procent.

Tijdens de Processen van Neurenberg na de oorlog werden meerdere nazikopstukken aangeklaagd wegens misdaden tegen de menselijkheid – waaronder het doden van Roma. Maar de systematische uitroeiing van de Roma werd in Duitsland pas in 1979 als genocide erkend.

Lijst Nederlandse slachtoffers

Telzina Levie (1851-1938)
Martin d' Ancona (1939-1942)
Elsa Margaretha d' Ancona (1932-1944)
Hanna á -Cohen (1935-1943)
Hanna á Cohen (1935-1943)
Elisabeth Aa (1879-1942)
Jaap Aa (1940-1942)
Simon Aa (1911-1942)
Rosa Aalsvet (1913-1942)
Betsy van Aalten (1907-1943)
Jacob Aandagt (1918-1942)
Aaltje Aandagt (1867-1942)
Joseph Aandagt (1880-1942)
Nathan Aandagt (1879-1942)
Jonas Aandagt (1892-1943)
Jacob Aandagt (1934-1942)
David Aandagt (1906-1942)
Moses Aandagt (1877-1942)
Anna Aandagt (1910-1942)
Jacob Aandagt (1901-1943)
Rebecca Aandagt (1911-1942)
Naatje Aandagt (1909-1942)
Marianne Aandagt (1938-1942)
Roosje Aandagt (1883-1942)
Israel Aandagt (1858-1942)
Philip Aandagt (1900-1942)
Mozes Aandagt (1883-1942)
Alida Aandagt (1928-1942)
Asser Aandagt (1935-1942)
Hartog Aandagt (1889-1942)
Esther Aandagt (1927-1942)
Hartog Aandagt (1913-1943)
Rebecca Aandagt (1913-1942)
Elisabeth Aandagt (1933-1942)
Joseph de Leeuw (1910-1943)
Annie Smid ? (1910-1943)
Jacob Andries Aap (1885-1942)
Leendert Aap (1897-1943)
Branca Aap (1910-1943)
Branca Aap (1910-1942)
Samuel Aardewerk (1932-1943)
Joseph Aardewerk (1894-1943)
Ria Aardewerk (1939-1942)
Salomon Beem (1924-1942)
Elisabeth Aardewerk (1920-1942)
Mozes Aardewerk (1896-1943)
Mozes Aardewerk (1896-1943)
Jacob Abraham Abas (1869-1942)
Joseph Abas (1879-1942)
Rebecca Abas (1866-1942)
Philip Benjamin Abrahamson (1890-1942)
Philip Benjamin Abrahamson (1890-1942)
Jacques Samuel Abrahamson (1929-1942)
Jacques Samuel Abrahamson (1929-1942)
Bernardina Joanna Josephina Ahsman (1902-1942)
Benedictus Adelaar (1893-1943)
Mietje Adelaar (1866-1942)
Mietje Adelaar (1866-1942)
Mietje van Adelsbergen (1882-1943)
Simon Agsteribbe (1891-1942)
Elias Agsteribbe (1902-1942)
Clara Agsteribbe (1916-1943)
Salomon Agsteribbe (1908-1943)
John Liebman Agsteribbe (1939-1942)
Rachel Agsteribbe (1905-1944)
Leo Agsteribbe (1934-1942)
Abraham Agsteribbe (1882-1942)
Selma Agsteribbe (1927-1942)
Rebecca Agsteribbe (1908-1943)
Suze Agsteribbe (1934-1942)
Isaac Agsteribbe (1923-1942)
Salomon Agstteribbe (1908-1943)
Elias Agstteribbe (1890-1943)
Selma Agstteribbe (1927-1942)
Jenny Clara Agstteribbe (1914-1943)
Elias Agstteribbe (1902-1942)
John Liepman Agstteribbe (1939-1942)
Pessa Aizenberg (1883-1944)
Abraham Altenberg (1892-1942)
Daniël Altenberg (1894-1943)
Abraham Altenberg (1892-1942)
Abraham Altenberg (1892-1943)
Daniel Altenberg (1894-1943)
David Altenberg (1901-1943)
David Alter (1926-1943)
Alexander Alter (1898-1943)
David Alter (1926-1943)
Aaltje Alter (1903-1943)
Meijer Alter (1907-1942)
Alexander Alter (1898-1943)
David Alter (1926-1943)
Aaltje Alter (1903-1943)
Simon Aluin (1903-1944)
Isaac Aluin (1925-1942)
Simon Aluin (1903-1944)
Esther Aluin (1927-1942)
Soesman Sjouwerman (1887-1942)
Isaac Ii. Judah Alvares-Veiga (1862-1942)
Sophie van Ameringen (1880-1943)
Elisabeth Amerongen (1888-1943)
Victor van Amerongen (1889-1942)
Sonja Ray van Amerongen (1923-1944)
G Hulsteede (1884-1943)
Wilhelmus Johannes Baptist Jackel (1884-1943)
Lea Ancona (1887-1942)
Meijer Henri Andriesse (1925-1943)
Emanuel Andriesse (1902-1942)
Levi Andriesse (1865-1942)
Henri Bernard Andriesse (1927-1942)
Levie Emmanuel Andriesse (1903-1944)
Henriette Kramer (1927-1942)
Naatje Salomon Groenteman (1927-1942)
Henri Bernard Andriesse (1927-1942)
Louisa Andriesse (1868-1942)
Salomon Angsteribbe (1921-1942)
Simon Anholt (1868-1942)
Alexander Appelboom (1902-1942)
Gerda Arbeid (1924-1942)
Mozes Arbeid (1890-1942)
Bloeme Arbeid (1859-1943)
Sara den Arend (1899-1942)
Elias den Arend (1895-1942)
Elias den Arend (1895-1942)
Sara den Arend (1899-1942)
Sara den Arend (1874-1942)
Meijer Aronson (1878-1942)
Suzanne Gabrielle Asbacher (1881-1942)
Susanne Gabrielle Asbacher (1881-1942)
Lea Asscher (1887-1944)
Abraham Asser (1869-1943)
Abraham Asser (1869-1943)
Otto Eugen Kühnle (1879-1942)
Juda Auerhaan (1879-1942)
Rika Augurk (1885-1943)
Jansje Augurkiesman (1893-1942)
Asser Baars (1892-1944)
Nathan Bacharach (1864-1942)
Simon Bacharach (1910-1943)
Meijer Baggers (1874-1942)
Leon Bakker (1923-1943)
Sara Esther Bakker (1928-1943)
Abraham Bakker (1920-1943)
Izak Bakker (1898-1943)
Simon Bakker (1918-1941)
Davied Benjamin Bamberg (1912-1942)
Mozes Bamberg (1886-1943)
Jacobus de Bruijne (1895-1942)
Hindrikje (Hendrikje) Bamberger (1879-1943)
Jozeph Bamberger (1897-1943)
Hans Muller (1925-1942)
Jessica Doris Warren (Workum) (1922-1943)
Jeanette Bannet (1895-1942)
Eduard Bannet (1897-1942)
Eduard Bannet (1897-1942)
Monique Muller (1929-1942)
Joy Francis Workum (1893-1943)
Rosette Caroline Bannet (1925-1942)
Sara Bannet (1873-1944)
Joseph Bannet (1893-1943)
Jeanette Bannet (1895-1942)
Jeanette Josephine Bannet (1929-1942)
Joseph Bannet (1920-1943)
John Henry Bannet (1922-1943)
Bart Krijger (1895-1942)
Marc Jonathan Warren(Workum) (1920-1943)
Alfred Judah Isaac Alvares Veiga(Vega) (1929-1942)
Roosje Barber (1908-1942)
Frederika Barber (1915-1943)
Sellie van Baren (1873-1943)
Sellie van Baren (1873-1943)
Marianne Barend (1892-1942)
Emanuel Barend (1869-1942)
Rachel Barend (1875-1943)
Marianne Barends (1872-1942)
Engeltje Barendse (1904-1942)
Ester Barendse (1913-1943)
Levie Barendse (1873-1942)
Belia Barendse (1907-1942)
Leon Bargeboer (1941-1943)
Moritz Bargeboer (1890-1942)
Lena Aaltje Bargeboer (1896-1942)
Esther Lindeboom (1858-1943)
Willemina Bargeboer (1866-1942)
Willemina Bargeboer (1866-1942)
Willemina Bargeboer (1866-1942)
Femma Barklo (1943-1944)
Jacob Barklo (1897-1943)
Jacob Barklo (1897-1943)
Femma Barklo (1943-1944)
Rita Barmé (1923-1942)
Roza Barmhartigheid (1919-1943)
Maurice Jacques Barnstein (1882-1942)
Jacob Barnstein (1917-1943)
Mozes Barnstein (1877-1942)
Mindel Barsam (1867-1942)
Max Barta (1920-1944)
Klara Barthova (1889-1944)
Aaltje Baruch (1881-1943)
Saartje Baruch (1881-1942)
Betje Baruch (1879-1942)
Gracia Baruch (1891-1942)
Isaac Baruch (1887-1942)
Rachel Barzelaij (1892-1943)
Margaretha Barzelaij (1887-1942)
M(E)Ina Rosina van Stra(a)ten (1896-1942)
Lena Barzelaij (1896-1942)
Laura Cohenno (1904-1942)
Jochem Cohenno (1904-1942)
Luuk Cohenno (1904-1942)
Maurits Barzilaij (1904-1942)
Jozeph Polak (1904-1942)
Isidor Bäck (1885-1942)
Abraham Beckers (1909-1942)
Ellen Beckers (1938-1942)
Jeannette Bed (1904-1944)
Elisabeth Bed (1897-1943)
Louis Beek (1892-1943)
Emanuel Leon Beek (1913-1942)
Jogeva Beek (1909-1944)
Rebecca Elizabeth Beek (1917-1944)
Antje Salomon Beek (1869-1942)
Reine Beek (1876-1943)
Leon van Beek (1898-1943)
Cornelia Otten (1892-1943)
Patrick Anton Herman Waard (1888-1942)
Johanna Sabella (Bella) Beem (1888-1942)
Simon David Beem (1892-1943)
Sipora Zadok Workum (1888-1944)
Leo Beem (1939-1942)
Sabella Johanna (Jo) Beem (1888-1944)
Alida Simon Samson Caun- Cohen (1914-1944)
Marcus de Vries (1920-1942)
Kaatje van Been (1887-1944)
Kaatje van Been (1887-1944)
Abraham de Beer (1887-1942)
Rosette Rebecca Beer (1880-1942)
Clarisse Beer (1906-1943)
Froukje de Beer (1892-1943)
Abraham de Beer (1887-1942)
Israël de Beer (1886-1942)
Grietje de Beer (1894-1943)
Max Seijffers (1882-1942)
Abraham de Beer (1939-1943)
Dina de Beer (1898-1943)
Abraham de Beer (1894-1944)
Ganna de Beer (1918-1944)
Johanna de Beer (1864-1942)
Grietje de Beer (1897-1942)
Simon de Beer (1943-1943)
Martha de Beer (1880-1942)
Levie de Beer (1882-1942)
Joseph de Beer (1915-1944)
Siemon de Beer (1883-1943)
Hertog de Beer (1937-1943)
Eliëzer de Beer (1896-1943)
Max de Beer (1929-1943)
Sara de Beer (1890-1942)
Samuel Beerenborg (1888-1943)
Meijer Beerenborg (1919-1942)
Levie Beesemer (1874-1942)
Rachel Beesemer (1939-1943)
Clara Beesemer (1923-1942)
Jacob Beesemer (1925-1944)
Abraham Beesemer (1919-1944)
Judith Beesemer (1938-1943)
Roosje Beesemer (1921-1944)
Karel Beesemer (1909-1944)
Karel Salomon Beesemer (1930-1942)
Sara Beesemer (1898-1942)
Isaac Beesemer (1924-1942)
Barend Beesemer (1935-1942)
Debora Beetz (1907-1943)
Debora Beetz (1907-1943)
Reina van Beetz (1892-1942)
Betje van Beezem (1880-1942)
Betje van Beezem (1880-1942)
Hartog van Beezem (1907-1943)
Abraham van Beezem (1941-1944)
Isaac van Beezem (1886-1942)
Margaretha van Beezem (1909-1944)
Isaac van Beezem (1933-1942)
Mozes van Beezem (1935-1942)
Margaretha van Beezem (1909-1944)
Abraham Beffie (1914-1943)
Jesaias Samuel Beffie (1879-1942)
Marianna Beffie (1876-1942)
Betje Behr (1908-1944)
Sander Behr (1873-1943)
Annechiena Behr (1902-1942)
Rachel Behr (1900-1942)
Joel Behr (1905-1942)
Matthijs Jansen (1924-1942)
Mietje Behr (1881-1943)
Ignac Beldengrün (1889-1942)
Daniel Klein (1874-1942)
Daniel Aron Belinfante (1893-1945)
Eduard Belinfante (1875-1944)
Clara de la Bella (1877-1942)
Nochem de Beneditty (1883-1944)
Jacques Benima (1916-1944)
Izak Cohen0201 (1870-1943)
Lea Benjamins (1935-1942)
Benjamin Meijer (1942-1943)
Flora van Straten (1935-1943)
Josef Abraham Benjamins (1912-1943)
Lea Benjamins (1935-1943)
Godschalk Stern (1937-1943)
Maurits Jacob Morisco (1904-1943)
Saartje Waterman (1900-1943)
Hartog Benjamins (1878-1942)
Marcel Benjamins (1943-1944)
Jozef Abraham Benjamins (1900-1943)
Simon Benjamins (1942-1942)
Abraham Benjamins (1866-1942)
Rachel Winnik (1904-1943)
Marcus Benjamins (1937-1942)
Catootje Benjamins (1877-1942)
Klaartje Benjamins Levi (1857-1942)
Mozes Benninga (1881-1942)
Jozua Berg (1872-1942)
Saartje van den Berg (1880-1944)
Marcus Elisabeth Helena Anna (1879-1943)
Johanna Berg (1897-1942)
Jozeph Berg (1905-1944)
Meijer Kanteman (1879-1943)
Rosa Berg (1917-1943)
Sara Berg (1876-1942)
Rozette Rebekka ter Berg (1880-1943)
Rebekka ter Berg (1890-1942)
Maurits van Berg (1880-1942)
Heiman van den Berg (1898-1943)
Betje Martha van den Berg (1925-1942)
Betsie van den Berg (1912-1943)
Kaatje van den Berg (1923-1942)
Roosje van den Berg (1904-1943)
Abraham van den Berg (1898-1943)
Abraham Samuel Heiman van den Berg (1933-1942)
Betje van den Berg (1902-1942)
Ruzena Berger (1912-1943)
Zadok van den Bergh (1883-1944)
Chaim Berglas (1879-1942)
Emanuel Samuel Berkelo (1904-1942)
Jacques Emanuel Berkelo (1941-1942)
Celine Berkelouw (1885-1944)
Keetje Berkelouw (1902-1942)
Sientje Berkof (1899-1945)
Rosina van de Giessen (1892-1942)
Joseph Levie Berlijn (1892-1942)
Marie Helena Berlijn (1900-1942)
Roosje Berlijn (1883-1942)
Elisabeth Helena Berlijn (1892-1942)
Leentje van de Giessen (1900-1942)
Riva Bernstein (1881-1943)
Schoontje van Beseme (1880-1942)
Judik Besemer (1896-1943)
Esther Betel (1886-1942)
Simon Betel (1907-1942)
Simon Betel (1907-1942)
Meijer van der Beugel (1862-1942)
Joseph Beugeltas (1932-1942)
Sientje Beugeltas (1905-1942)
Leentje Beugeltas (1888-1942)
Anaatje van Bever (1888-1942)
Frederika van Bever (1909-1942)
Berendje van Bever (1897-1942)
Anaatje van Bever (1888-1942)
Judith van Bever (1889-1942)
Rachel van Bever (1891-1942)
Anaatje van Bever (1888-1942)
Rachel van Bever (1891-1942)
Berendje van Bever (1897-1942)
Berendje van Bever (1897-1942)
Esther 'Meijer' van Bever (1920-1943)
Judith van Bever (1889-1942)
Simon van Bever (1861-1942)
Rachel van Bever (1891-1942)
Judith van Bever (1889-1942)
Simon van Bever (1861-1942)
Simon van Bever (1861-1942)
Elisabeth van Bever (1895-1942)
Hartog van Bever (1895-1941)
Frederika van Bever (1909-1942)
Eveline van Biene (1891-1944)
Abraham van Biene (1873-1942)
Jenny van Biene (1873-1944)
Evelina van Biene (1891-1944)
Mozes van Biene (1877-1943)
Jeth van Biene (1901-1942)
Henriëtte van Biene (1898-1942)
Saul van Biene (1862-1942)
Lea van Biene (1924-1944)
Maurits van Biene (1922-1944)
Henriëtte van Biene (1909-1942)
Jenny van Biene (1896-1942)
Alexander van Biene (1934-1942)
Henri van Biene (1912-1942)
Mozes van Biene (1930-1942)
Henri van Biene (1912-1942)
Carolina Rozette Catharina van Biene (1916-1944)
Alexander van Bienen (1885-1943)
Samuel van Bienen (1915-1942)
David van Bienen (1893-1943)
Meijer Bierman (1889-1943)
Simon Jacob Sammes (1889-1943)
Rebecca Snoek (1889-1943)
Simcha Bierman (1878-1942)
Abraham Bierschenk (1917-1942)
Aaltje Bierschenk (1913-1943)
Coenraad Biet (1882-1942)
Elias Biet (1888-1943)
Lion de Schaap (1888-1943)
Sara van der Bijl (1935-1943)
Gerrit van der Bijl (1870-1943)
Samson Jacob van der Bijl (1927-1942)
Jacob Gerrit van der Bijl (1896-1943)
Leentje van der Bijl (1863-1943)
Godschalk Isaac Bilderbeek (1914-1943)
David Bilderbeek (1875-1943)
Godschalk Isaäc Bilderbeek (1914-1943)
David Bilderbeek (1875-1943)
Carolina Bino (1877-1942)
Pieter Hendrik Posthumus (1877-1942)
Augustus Hendrik Tresstorff (1877-1942)
Betsij Birnbaum (1893-1943)
Foulques Comte d'Anjou (1889-1942)
Anna Blaaser (1899-1943)
Nn Blaaser (1889-1942)
Ursion de Melun (1894-1944)
Esther Blaaser (1868-1942)
Hernandus Scheffelerz (1887-1943)
Samuel Blaaser (1892-1943)
Bouchard de Vendôme vicomte de Melun (1902-1943)
margaretha Blanes (1901-1942)
Marianne Blanes (1902-1942)
Philip van Blankenstein (1886-1944)
Irene Blass (1904-1943)
Leentje Blazer (1885-1942)
Klara van Hoeven (1877-1944)
Marianne Helena Blazer (1917-1942)
Johanna Blazer (1880-1944)
Herman Bleekroode (1903-1942)
Samuel Bleekroode (1873-1943)
Abraham Bleekroode (1898-1944)
Mozes Levie van Blijdenstijn (1924-1943)
Izak van Blijdenstijn (1894-1943)
Judith Rachel van Blijdenstijn (1922-1942)
Abraham Emanuël van Blijdenstijn (1932-1942)
Leentje van Blijdestijn (1910-1943)
Grietje Blik (1900-1944)
Abraham Blits (1902-1943)
Ruben Blits (1904-1942)
Samuel Blits (1879-1942)
Levie Blits (1895-1943)
Wolf Blits (1886-1942)
Hartog Blits (1875-1942)
Willem Blits (1910-1942)
Hartog Blits (1875-1942)
Marianne Blits (1900-1942)
Simon Blits (1880-1942)
Wolf Blits (1886-1942)
Jacob Blitz (1873-1942)
Helena Blitz (1925-1942)
Rosette Blitz (1892-1942)
Mozes Blitz (1910-1942)
Jacqueline Blitz (1877-1943)
Aaltje Blitz (1889-1942)
Isaäc Blitz (1878-1942)
Esther Blitz (1922-1943)
Kaatje Blitz (1885-1942)
Matthea Blitz (1902-1942)
Isaac Blitz (1903-1943)
Aertken van den Block (1875-1942)
Rachel Blitz (1922-1944)
Isaac Blitz (1878-1942)
Marinus de Bruin (1904-1944)
Nathan Blitz (1908-1943)
Selina Flora Blitz (1911-1943)
Sarah Blitz (1888-1942)
Edward Blitz (1932-1943)
Isaac Blitz (1878-1942)
Hartog Blitz (1878-1942)
Natan Bloch (1928-1942)
Jeltje Bloch (1903-1942)
Jacob Bloch (1900-1942)
Jacob Bloch (1876-1942)
Nathan Bloch (1866-1942)
Gertrud Blöde (1890-1942)
Flora Bloemendaal (1910-1942)
Salomon Bloemendaal (1889-1942)
Netje Bloemendal (1897-1942)
Mozes Bloemhof (1888-1944)
Louis Bloemhof (1916-1942)
Rebecca Clarisse Blog (1925-1942)
Isaac Levi Blog (1872-1942)
Gabrielle Blog (1924-1942)
Zacharias Blog (1879-1942)
Aaltje Blog (1878-1942)
Jozef Blok (1891-1942)
Abraham Blok (1885-1942)
Leentje Blok (1875-1942)

Meijer Blok (1884-1942)
Wolf Blok (1893-1944)
Wilhelmina Blok (1888-1942)
Elizabeth Blok (1928-1942)
Duifje Blok (1912-1942)
Israel Blok (1907-1943)
Mirjam Blok (1940-1942)
Marcus Blom (1894-1943)
Rachel Blom (1881-1942)
Willem Blom (1884-1942)
Henriëtte Helena Blom (1899-1942)
Esther van West (1899-1942)
Rachel Blom (1880-1942)
Carla Sippora Blom (1943-1944)
Gerrit Blom (1920-1942)
Elfrida Blomhoff (1898-1943)
Martin Blomhoff (1897-1943)
Marianne Blomhoff (1894-1944)
Isidor (Iedor) Ber Hirsch Blühm (1868-1942)
Henoch Blühm (1893-1943)
Fokje Leentje Blühm (1898-1943)
Wolf Blühm (1895-1943)
Saartje Blühm (1902-1942)
Rachel Boas (1858-1943)
Charlotte Boas (1914-1943)
Simeon Tobias Alfred Boas (1886-1943)
Kaatje Boas (1910-1944)
Samuel Boas (1907-1944)
Silvia Helena Boasson (1897-1943)
Asscher Lazarus Bobbe (1940-1942)
Alida Bobbe (1916-1942)
Josephina Boekdrukker (1917-1942)
Louis Carol Boeken (1929-1944)
Jacques Herman Boeken (1926-1945)
Rachel Boeken (1897-1942)
Marianne Boeken (1883-1943)
Mietje van Bever (1883-1943)
Keetje Boeken (1899-1942)
Carla Jeanette Boeken (1935-1944)
Jesaia Boeken (1867-1942)
Regina Boekman (1867-1943)
Isaäc de Boer (1933-1942)
Levie de Boer (1905-1943)
Natan de Boer (1902-1944)
Eliazer de Boer (1940-1942)
Esriel(2) de Boer (1886-1942)
David de Boer (1877-1942)
Hartog de Boer (1884-1942)
Clara de Boer (1938-1942)
Sientje de Boer (1910-1942)
Rosalie de Boers (1888-1944)
Maurits de Boers (1906-1943)
Johnny de Boers (1933-1943)
Siegfried de Boers (1903-1942)
Sara Boesnach (1882-1942)
Henderika Bohemen (1924-1942)
Mozes Bohemen (1899-1943)
Mirjam Bohemen (1925-1943)
Levie Bolle (1887-1943)
Abraham Bolle (1877-1942)
Matthea Bolle (1912-1943)
Abraham Bolle (1929-1942)
Simon Bolle (1905-1942)
Jacob Bolle (1916-1943)
Saartje Bollegraaf (1912-1942)
Mietje Bollegraaf (1921-1942)
Abraham Jacob Bollegraaf (1874-1942)
Saartje Bollegraaf (1884-1942)
Engelina Bollegraf (1882-1943)
Louis de Bolster (1897-1942)
Louis de Bolster (1897-1942)
Saartje van Emden (1872-1942)
Maria Bonettemaker (1872-1942)
Rozette van Emden (1872-1942)
Maria Bonettemaker (1872-1942)
Hein Abraham van Emden (1872-1942)
Salomon Swalef (1872-1942)
Sipora Bonettemaker (1874-1943)
Johanna Soesman (1896-1944)
Elisabeth Bonte (1899-1942)
Catharina Bonte (1897-1944)
Geesje de Pree (1922-1942)
Jetta Bonte (1929-1942)
Jetta Bonte (1888-1944)
Hans Lodewijk Bonte (1927-1942)
Simson Bonte (1890-1942)
Mauritz Bonte (1922-1942)
Rebecca Bonte (1925-1942)
Jetta Bonte (1929-1942)
Geert van Echten (1890-1942)
Catharina Bonte (1897-1944)
Simson Bonte (1890-1942)
Hans Lodewijk Bonte (1927-1942)
Sigmund Bonte (1933-1942)
Sigmund Bonte (1933-1942)
Rebecca Bonte (1925-1942)
Jetta Bonte (1888-1944)
Elisabeth Bonte (1899-1942)
Aleida Wilhelmina Maria Smit (1922-1942)
Branca Bonte (1889-1945)
Corrie Elisabeth Booij (1920-1942)
Salomon Miechel Boomstra (1903-1942)
Philippus Boomstra (1888-1943)
Komprecht Lion Boomstra (1932-1943)
Louise Bos (1901-1944)
Mietje Bosboom (1879-1942)
Netje Bosboom (1903-1942)
Jesaia Bosboom (1876-1943)
Margaretha ( Greta ) Bosboom (1921-1944)
Kaatje Bosboom (1909-1942)
Netje Bosboom (1903-1942)
Jacoba Cornelia de Vries (1903-1942)
Joseph ten Bosch (1909-1942)
Marie Boutelje (1880-1943)
Judikje Boutelje (1911-1944)
Marianne Boutelje (1877-1942)
Joachim Boutelje (1906-1943)
Diena Boutelje (1896-1943)
Klaartje Boutelje (1870-1943)
Henri Isaac Bouthoorn (1942-1942)
Marcus Bouwman (1891-1942)
Saartje Bouwman (1882-1943)
Celine Donalda Bouwman (1925-1942)
Jacob Bouwman (1924-1942)
Truitje Bouwman (1886-1943)
Dorothea Bouwman (1927-1942)
Sara Braadbaart (1881-1944)
Samuel Braasem (1881-1943)
Betje Braasem (1863-1942)
Rachel Braasem (1891-1942)
Constance Bramson (1868-1944)
Nicolaas Josephus Bramson (1884-1942)
Isidore Bramson (1887-1942)
Henriette Bramson (1882-1943)
Lodewijk Bramson (1889-1944)
Maurits Bramson (1886-1942)
Bertha Brandel (1899-1944)
Emanuel Brandel (1892-1942)
Sara Brandel (1881-1942)
Elias Brander (1922-1942)
Nathan Brander (1915-1942)
Izaäk Brander (1912-1942)
Betje Brander (1917-1944)
Benjamin Brander (1923-1942)
Betje Brandon (1863-1943)
Espéranse Brandon (1901-1942)
Esther Brandon (1908-1942)
Sientje Brandon (1901-1942)
Joseph Brandon (1884-1942)
Mozes Brandon (1876-1942)
Betje Brandon (1879-1942)
Keetje Levie Machiel de Brave (1902-1942)
Jaantje de Brave (1898-1943)
Rika de Brave (1904-1942)
Louis de Brave (1923-1942)
Machiel Brandon Bravo (1928-1942)
David Brandon Bravo (1875-1942)
Jacob Brandon Bravo (1910-1945)
Henriëtte Breebaart (1872-1943)
Hilletje Bremer (1881-1943)
Sophia Bremer (1918-1942)
Hilletje Bremer (1881-1943)
Israel Meijer Bremer (1914-1942)
Sientje Bril (1880-1944)
Israël Bril (1874-1942)
Vrouwtje Brilleman (1868-1943)
Abraham Brilleslijper (1908-1944)
Schoontje Brilleslijper (1878-1942)
Dientje Brilleslijper (1886-1942)
Debora Brilleslijper (1909-1943)
Abraham Brilleslijper (1908-1944)
Hartog Brilleslijper (1889-1944)
Aäron Brilleslijper (1894-1944)
Hartog Brilleslijper (1889-1944)
Lodewijk van Brink (1886-1942)
Selien van Brink (1922-1943)
Hendrika van den Brink (1909-1942)
Reina Rachelina Rosa Broekema (1936-1942)
Rachelina Rosa Broekema (1939-1942)
Fijna Broekema (1876-1943)
Benjamin Heiman Broekema (1904-1942)
Lutkje Harms Edens (1880-1943)
Abraham Eliazer Broekema (1936-1942)
Hendelina Broekema (1880-1943)
Alida Rika Broekema (1934-1942)
Meijer Broekhuijsen (1880-1942)
Aaltje Bromet (1892-1942)
Rachel Bromet (1876-1942)
Isabella Bromet (1881-1943)
Sophia Bromet (1907-1942)
Vrouwtje Bromet (1872-1942)
Sientje Bromet (1889-1942)
Roosje Bromet (1874-1942)
Cornelia Bromet (1913-1943)
Cornelia Bromet (1913-1943)
Philip Bromet (1881-1942)
Esther Bronkhorst (1877-1942)
Alida Helena Bronkhorst (1876-1943)
Thomas Bronner (1937-1944)
Adolfine Schoonenberg (1893-1943)
Hendrika Brouwer (1893-1943)
Martha Bruckmann (1891-1942)
Mietje Izaksdr de Bruijn (1865-1942)
Michel de Bruin (1901-1944)
Isaac Bruinvels (1921-1943)
Isaac Bruinvels (1898-1943)
Jacob Bueno de Mesquita (1886-????)
Pieter Corsse den Broeder (1884-1942)
Esther (Hetty) Buijs (1881-1944)
Betje Buijs (1885-1942)
Bareld Alles Bijma (1929-1942)
David Levie Buijtekant (1904-1943)
Nathan Buijtekant (1902-1942)
Louis Lodewijk Buijtekant (1928-1942)
Levie Buijtekant (1875-1942)
Salomon Buijtekant (1929-1942)
Salomon Buijtekant (1929-1942)
Rachel Levie Buijtekant (1907-1943)
Levie Buijtekant (1875-1942)
Eva Buijtekant (1909-1943)
Eva Levie Buijtekant (1909-1943)
Nathan Buijtekant (1902-1942)
Hendrika Buijtekant (1936-1942)
Levie Buijtekant (1933-1943)
Hendrika Buijtekant (1936-1942)
Egbert Menger (1902-1942)
Nathan Buijtekant (1902-1942)
Elisabeth Buitenkant (1895-1942)
Sara Buitenkant (1894-1942)
Mirjam Buitenkant (1902-1942)
Hadassa Buitenkant (1892-1942)
Käthe Buschke (1892-1943)
Sara Busnach (1913-1942)
Deborah Busnach (1917-1943)
Joseph Busnach (1889-1943)
Hermina Elbert (1917-1943)
Leentje van Buuren (1913-1942)
Bertha Cahn (1874-1942)
Heinrich Cahn (1878-1942)
Rachel Calisch (1856-1942)
Sander Canes (1901-1943)
Abraham Canes (1925-1942)
Heintje Canes (1875-1942)
Vogeltje Canes (1867-1942)
Esther Canes (1890-1944)
Jesaija Canes (1895-1942)
Lion Canes (1917-1942)
Jansje Streep (1911-1943)
Emanuel Canes (1870-1942)
Selina Canes (1918-1942)
Bertha Canes (1911-1943)
Philip Canes (1879-1943)
Mietje Canes (1888-1943)
Bertha Canes (1911-1943)
Aron Canes (1912-1942)
Meijer Canes (1901-1943)
Salomon Canes (1894-1942)
Meijer Canes (1924-1943)
Raatje Canes (1895-1942)
David Canes (1872-1943)
Jansje Canes (1891-1942)
Leman Canes (1888-1944)
Sara Canes (1878-1942)
Gosling Zwart (1911-1943)
Rachel Caransa (1899-1942)
Betje Caransa (vader- Sealtiel) (1934-1942)
"Germaine" Marie Philomène Antoinette de Chabannes (1910-1942)
Henri Lopes Cardozo (1895-1944)
Thérése Cardozo (1897-1942)
Eva Carels (1891-1942)
Jacob Cartoef (1889-1942)
Reina Casseres (1899-1942)
Anna Cassuto (1876-1942)
Rachel Cassutto (1868-1942)
Simcha Cassutto (1874-1943)
Maurits Catz (1864-1942)
Wilhelmina Jacoba Catz (1896-1943)
James Catz (1888-1942)
Samuel Cauveren (1894-1944)
Vrouwtje Cauveren (1897-1942)
Mordechai Cauveren (1864-1942)
Gretha Cauveren (1916-1942)
Betsij Cauveren (1889-1942)
Leib Leon Lucien Chayenko (1906-1945)
Franz Eduard Werner (1883-1944)
Salomon Cijfer (1873-1943)
Jacques David Citroen (1885-1942)
Jeanette Souget (1885-1942)
Abraham Citroen (1885-1942)
Thea Citroen (1921-1942)
Hendrica Johanna Jelline van Soest (1885-1942)
Rachel Clarenburg (1890-1942)
Salomon van Cleef (1900-1944)
Vrouwtje van Cleef (1898-1942)
Frits Salomon van Cleeff (1890-1943)
Sara Coe (1898-1942)
Theresia Elisabeth Coe (1937-1942)
Geertje van Coeverden (1905-1942)
Betsie ( Betsy ) van Coeverden (1915-1942)
Schoontje van Coeverden (1940-1942)
Jeanette van Coeverden (1931-1943)
David van Coeverden (1877-1942)
Albert van Coevorden (1935-1942)
Frederika Mozes van Coevorden (1896-1942)
Louis van Coevorden (1890-1942)
Mauritz Mozes van Coevorden (1886-1942)
Hartog van Coevorden (1885-1943)
Henriette Mozes van Coevorden (1892-1942)
Alitje Mozes van Coevorden (1883-1942)
Louisa van Coevorden (1888-1942)
Nathan Mozes van Coevorden (1898-1943)
Henderina Mozes van Coevorden (1906-1942)
Rachel Mozes van Coevorden (1903-1942)
Abraham van Coevorden (1906-1943)
Rita van Coevorden (1940-1942)
Isaac Itsak (1876-1943)
Johanna Rebecca Cohen (1916-1944)
Sisilia Cohen (1909-1942)
Clara Cohen (1892-1944)
Alexander Cohen (1896-1943)
Simon Cohen (1884-1944)
Jacob Cohen (1890-1942)
Leentje Cohen (1881-1942)
Meta Tine Cohen (1925-1943)
Suzanne Gezina Cohen (1891-1943)
Marcus Cohen (1887-????)
Meijer Cohen (1924-1942)
Leentje Cohen (1871-1942)
Jacob Cohen (1924-1942)
Louis Cohen (1884-1942)
Julius Cohen0201 (1909-1942)
Mina Isodora Eva Cohen (1875-1943)
Jacob Cohen (1922-1943)
Louisa Eva Cohen (1872-1943)
Abraham Cohen (1910-1943)
Saartje Cohen (1901-1942)
Jeanette Alida Cohen (1867-1943)
Herman Cohen (1875-1942)
Ernst Julius Cohen (1869-1944)
Isaac Cohen (1894-1944)
Nathan Cohen (1918-1944)
Hendel Johanna Cohen (1867-1942)
Jonas Benjamin Cohen (1879-1943)
Marcus Cohen (1886-1942)
Rosalina Eva Cohen (1867-1943)
Hanna Cohen (1899-1942)
Regina Cohen (1920-1942)
Salomon Cohen (1888-1942)
Rudolf Cohen (1873-1942)
Simon Nehemia Cohen (1899-1943)
Marieke Cohen (1886-1942)
Hartog Cohen (1919-1943)
Nathan Izak Cohen (1880-1942)
Martha Gezina Cohen (1898-1942)
Margaretha Cohen (1901-1942)
Sisilia Cohen (1909-1942)
Ernest Julius Cohen (1869-1944)
Simon Abraham van Gelder Rofe Amisfoort (1867-1943)
Clärchen - Clärtjen Cohen (1882-1942)
Karel Cohen (1930-1942)
Louis Cohen (1896-1943)
Saartje Cohen (1901-1942)
Rosa Josephine (Ro)-(Reintje) Cohen (1896-1942)
Jeanette Alida Cohen (1867-1943)
Frits Bart Cohen (1899-1942)
rebecca cohen (1920-1943)
Arie Ariesz. Zwart (1901-1942)
Martha Gezina-(Suus) Cohen (1898-1942)
Elias Cohen (1887-1942)
Cosman Cohen (1932-1942)
Cornelia (Virginia) Klaasd Zwart (1896-1942)
Fannij Cohen (1894-1944)
Bloeme Joseph Dayan (1875-1943)
NathanJuda Cohen (1885-1942)
Isaac Cohen (1926-1942)
Juda Simon Cohen (1923-1944)
Nathan Cohen (1901-1942)
Heintje Cohen (1884-1943)
Pierre Joseph Genin (1872-1943)
Salomon Cohen (1857-1943)
Philip Nathan Cohen (1891-1942)
Jozef Cohen (1931-1942)
Henri Cohen (1913-1942)
Seline Frederika Cohen (1891-1944)
Martje Cohen (1917-1944)
Simon Cohen (1884-1944)
Johanna Rosalie Cohen (1893-1944)
Salomon Cohen (1863-1942)
Eveline Eva Cohen (1876-1943)
Kaatje Leviesd Cohen (1896-1942)
Nathan Cohen (1877-1942)
Jacob Cohen (1874-1943)
Naatje Cohen (1865-1942)
Anna Cohen (1889-1942)
Jansje Cohen (1927-1942)
Estella Cohen (1888-1942)
Moses (Moos) Cohen (1901-1942)
Ernst Cohen (1902-1942)
Levie Cohen (1940-1943)
Elkan Cohen (1921-1942)
Saartje Cohen (1901-1942)
Benjamin Gazan (1877-1942)
Henny Cohen (1943-1944)
Meijer Cohen (1888-1943)
Heintje Cohen (1884-1943)
Comprecht Cohen (1922-1942)
Johanna Susanna Cohen (1906-1942)
Kaatje Andries Hijmans (1872-1943)
Aaltje Cohen (1887-1943)
Abraham Cohen (1883-1944)
Levie á Cohen (1940-1943)
Johanna Hoogland (1917-1944)
Aaltje Cohen (1880-1942)
Mozes Cohen (1893-1943)
Nathan Izak Cohen (1880-1942)
Flora Cohen (1916-1943)
Abraham Cohen (1919-1942)
Mozes Cohen (1894-1943)
Ernest Julius Cohen (1869-1944)
Judith Cohen (1898-1942)
Hendel Johanna Cohen (1867-1942)
Emma Cohen (1883-1943)
Maurits Joseph Cohen (1876-1943)
Neeltje Cohen de Lara (1873-1942)
Rika Mariana Cohen van der Berg (1915-1942)
Izaak Cohen van der Berg (1883-1942)
Ingeborg Cohen van der Berg (1927-1942)
Saartje Cohen van der Berg (1874-1942)
Rebecca Cohenno (1880-1943)
Margaretha Cohenno (1875-1943)
Esther Cohenno (1896-1942)
Femmetje Cohenno (1864-1943)
Jetje Cohenno (1876-1942)
Marianne Cohenno (1871-1943)
Hendrika Cohenno (1880-1943)
Mozes Cohenno (1889-1943)
Margaretha Cohenno (1897-1942)
Netje Cohenno (1869-1943)
Elisabeth Cohenno (1907-1944)
Rosette Cohenno (1886-1943)
Marie Cohenno (1910-1942)
Evelina Cok (1915-1943)
Rachel Eleonore Antoinette Colaço Belmonte (1871-1942)
Carla Wilhelmina van Collem (1897-1943)
Eva van Collem (1885-1944)
Betje Colthof (1918-1943)
Abraham Coronel (1873-1944)
Rudolf Zacharias Coronel (1928-1943)
Michel Coronel (1901-1944)
Levie Corper (1866-1943)
Levie Corper (1866-1943)
Nathan Corper (1932-1942)
Betje Eva Corper (1933-1942)
Wolf Jacob Corper (1929-1942)
Rachel Cortissos (1892-1942)
Hansje Cosman (1896-1942)
Samuël Cosman (1882-1942)
Isaac Cosman (1884-1943)
Kaatje Aaron Cosman (1887-1942)
Simon Cosman (1887-1942)
Joël Cosman (1908-1942)
Mozes Cosman (1885-1942)
Rebecca da Costa da Fonceca (1897-1944)
Ephraim Haagens (1887-1942)
Clara da Costa Senior (1894-1942)
Sientje Coster (1882-1943)
Marianne Coster (1897-1942)
Mietje Coster (1887-1942)
Ann Ruth de Leeuw (1885-1942)
Louis Coster (1884-1944)
Louis Coster (1884-1944)
Eva Coster (1877-1943)
Isaäc Coster (1905-1943)
Anna Brouwer (1887-1942)
Eva Coster (1885-1942)
Rachel Costers (1878-1942)
Elias Costima (1882-1942)
Henri Coutinho (1924-1942)
Salomon Cozijn (1919-1942)
Gerrit Reehorst (1908-1944)
Rachel Cozijn (1908-1944)
Rachel Cozijn (1908-1944)
Barend Salomo Noot (1908-1944)
Elizabeth van Crefeld (1861-1942)
Salomon van Creveld (1918-1942)
Geertruida Temming (1878-1942)
Leentje van Creveld (1877-1942)
Rachel Croese (1881-1942)
Aaron Croiset (1909-1942)
Louis Croonenberg (1895-1944)
Hans Cutzien (1921-1944)
Grete Czopp (1910-1942)
Wolf Daglooner (1893-1943)
Hartog van Dam (1870-1942)
Tobias van Dam (1919-1942)
Isaac Simon Roosnek (1943-1944)
Reina van Dam (1864-1942)
Schoontje van Dam (1917-1944)
Sara van Dam (1899-1942)
Samuel van Dam (1915-1943)

Eva van Dam (1914-1942)
Naatje Simon Roosnek (1943-1944)
Mozes van Dam (1889-1942)
Benjamin van Dam (1878-1942)
Rosina van Dam (1910-1942)
Andries van Dam (1899-1943)
Elisabeth Frederika van Dam (1924-1942)
Geertruida van Dam (1891-1942)
Mietje Roosnek (1943-1944)
Ester Magdalena van Dam (1896-1942)
Jacques van Dam (1880-1942)
Abram van Dam (1896-1944)
Marcus van Dam (1890-1942)
Susanna van Dam (1914-1943)
Mietje van Dam (1910-1942)
Dientje van Dam (1880-1942)
Susanna van Dam (1914-1943)
Magdalena van Dam (1899-1942)
Benjamin van Dam (1878-1942)
Elisabeth Eleonora van Dam (1904-1944)
Cato Rosa van Dam (1922-1942)
Elisabeth Frederika van Dam (1924-1942)
Keetje Granaat (1943-1944)
Carolien Isabel van Dam (1909-1944)
Elisa Worms (1896-1942)
Regina van Dam (1921-1942)
Alexander Andries van Dam (1876-1942)
Meijer Simon Roosnek (1943-1944)
Martha van Dam (1887-1943)
Mietje van Dam (1910-1942)
Abraham van Dam (1900-1943)
Elisabeth Eleonora van Dam (1904-1944)
Chiel Idel Behrman (1896-1942)
Ester Aleida van Dam (1893-1942)
Jacob van Dam (1873-1942)
Tobias van Dam (1919-1942)
Helena van Dam (1940-1943)
Cato van Dam (1912-1943)
Andries van Dam (1899-1943)
Alexander Andries van Dam (1876-1942)
Jacob van Dam (1873-1942)
Sylvia van Dam (1943-1944)
Schoontje van Dam (1917-1944)
Carolina Moses Natan (1899-1942)
Cato van Dam (1912-1943)
Salomon van Dam (1940-1942)
Eva van Dam (1914-1942)
Regina van Dam (1921-1942)
Branco van Dantzich (1899-1942)
Anna (Ada) Rosa van Dantzig (1918-1943)
David Machiel van Dantzig (1888-1943)
Paul Herman van Dantzig (1921-1943)
Jenny Louise van Dantzig (1924-1943)
David van Dantzig (1888-1943)
Louise (Lou) van Dantzig (1894-1942)
Albert Joseph van Dantzig (1884-1942)
David Dasberg (1896-1942)
Levie Salomon Dasberg (1923-1942)
Helena Eva Dasberg (1927-1942)
Benjamin van de Giessen (1896-1942)
Sophia Dasberg (1924-1942)
Nathan Levie Berlijn (1927-1942)
Eliazar Dasberg (1926-1942)
Lemans van de Giessen (1923-1942)
Godschalk Berlijn (1926-1942)
Leentje van de Giessen (1924-1942)
Isaac Davids (1942-1943)
Bloeme Davids (1937-1943)
Jacques Davids (1886-1942)
Nathan Davids (1875-1942)
Salomon Davids (1881-1942)
Louis Davids (1940-1943)
Abraham Davidson (1875-1942)
Alida Davidson (1909-1942)
Levie Meijer Davidson (1866-1942)
Hijman Salomon Wegloop (1909-1942)
Isidoor Davidson (1887-1942)
Mozes Marcus Deen (1898-1942)
Helena Mevissen (1894-1943)
Amalia Dekker (1870-1942)
Elisabeth Dekker (1866-1943)
Maria Delden (1887-1942)
Maria Delden (1887-1942)
Salomon Delmonte (1880-1942)
Salomon Delmonte (1880-1942)
Isaäc Delmonte (1887-1942)
Levie Denneboom (1929-1943)
Abraham Denneboom (1916-1943)
Herman Izak Denneboom (1908-1944)
Bertha Denneboom (1921-1942)
Marianna Denneboom (1908-1944)
Joël Denneboom (1883-1944)
Joël Denneboom (1905-1943)
Betje ( Rebecca ) Denneboom (1872-1942)
Esterina Denneboom (1917-1943)
Fredrika Denneboom (1877-1942)
Carolina Denneboom (1902-1943)
Elias Denneboom (1931-1943)
Levi Denneboom (1873-1942)
Noach Denneboom (1898-1943)
Robert Jules Denneboom (1938-1943)
Flora Denneboom (1883-1943)
Abraham Denneboom (1900-1942)
Herman Samuel Dentz (1891-1943)
Grietje Deutz (1882-1942)
Jacob Lopes Dias (1857-1943)
Daniël Lopes Dias (1918-1943)
Alexander Lopes Dias (1915-1942)
Daniël Lopes Dias (1904-1944)
Vrouwtje Lopes Dias (1889-1942)
Kaatje Lopes Dias (1901-1942)
Judith Lopes Dias (1894-1943)
Jacob Lopes Dias (1906-1944)
Samuel Lopes Dias (1885-1943)
Sara Lopes Dias (1887-1944)
Marianne Lopes Dias (1862-1943)
Jansje van Dien (1913-1942)
Emanuel Levie Digtmaker (1885-1942)
Dina van Dijk (1884-1943)
Daniël Dingsdag (1922-1943)
Salomon Alexander Dingsdag (1926-1942)
Levie Dingsdag (1921-1942)
Hartog Doof (1919-1942)
Levie Dooseman (1870-1943)
Margaretha Dooseman (1899-1943)
Henriëtte Dormits (1916-1942)
Sara Dotsch (1922-1943)
Lea Dotsch (1923-1942)
Aäron Dotsch (1892-1943)
Joseph Dotsch (1926-1942)
Saul Drees (1934-1942)
Nathan Drees (1859-1942)
Susanna Drees (1932-1942)
David Drees (1900-1942)
Netje Drees (1887-1942)
Joël Dreese (1897-1942)
Rebecca Dreese (1899-1942)
Marianne Dreese (1896-1943)
Isaac Dreese (1899-1943)
Roelf Drent (1897-1943)
Roelf Drent (1897-1943)
Isaäc Dresden (1896-1942)
Barend Dresden (1908-1944)
Lena Dresden (1923-1942)
Elsje Dresden (1928-1942)
Hartog Dresden (1913-1942)
Sara Dresden (1897-1943)
Esther Dresden (1899-1942)
Grietje Dresden (1918-1942)
Leendert Dressou (1878-1942)
Hessel Drielsma (1874-1942)
Vroukje Drielsma (1877-1942)
Jacob Drielsma (1917-1943)
Mozes Drielsma (1875-1942)
Saartje Drielsma (1891-1943)
Abraham Aron Drielsma (1897-1943)
Hartog Drielsma (1911-1944)
Hessel Drielsma (1917-1943)
Edouard Paul Driessens (1901-1942)
Sophia Julia Drievoet (1897-1943)
Emma Drievoet (1865-1943)
Leonard Adam Drilsma (1937-1942)
Roosje Drilsma (1927-1942)
Betsie Droomer (1900-1942)
Leman Alexander Druijf (1881-1943)
Helena Druijf (1894-1942)
Estherina Druijf (1894-1944)
Anna druk (1888-1944)
Judith Drukker (1873-1942)
Eliazer Drukker (1908-1944)
Abraham Drukker (1910-1944)
Dientje Drukker (1875-1942)
Regina Drukker (1907-1943)
Marcus Drukker (1883-1941)
Frederika Duijzend (1901-1944)
Frederika Duijzend (1901-1944)
Henri Duitz (1906-1942)
Louise Duitz (1904-1943)
Froukje Elisabeth Duitz (1942-1943)
Louis Duitz (1902-1943)
Rosa Duizend (1906-1942)
Jacques Maurice Duizend (1941-1944)
Marcus Duizend (1923-1943)
Gabriel Joseph Duizend (1925-1942)
Hartog Duizend (1921-1943)
Rosette Duizend (1898-1942)
Jacob Duizend (1915-1944)
Herman Duizend (1880-1944)
Philip Duizend (1885-1944)
Samuel Joseph Duizend (1884-1942)
Jacob Duizend (1915-1944)
Joseph Eliazer Duizend (1918-1944)
Elisabeth Duizend (1908-1943)
Willem Hartog Dukker (1933-1943)
Willem Dukker (1890-1942)
Esther Dukker (1879-1942)
Anna Piel (1894-1942)
Hartog Duyzend (1873-1944)
Carla Duyzend (1917-1943)
Mina Dwinger (1874-1942)
Ruchla Dykierman (1878-1943)
Louis D’Oliveijra (1924-1942)
Henri D’Oliveijra (1929-1943)
Martha Hes D’Oliveijra (1922-1943)
Bernard Eger (1944-1944)
Lucie Ilse Eichenberg (1910-1943)
Jenneken Geurts (1918-1943)
Abraham Eijgenraam (1918-1943)
Suzanna Eijl (1904-1942)
Eleazar Eijl (1877-1943)
Michael Eijl (1877-1942)
Isidore Joachim Eijl (1904-1942)
Adriana Eijl (1891-1942)
Rosalia Eijl (1874-1942)
Rebecca Eijsman (1909-1942)
Zacharias Eijsman (1876-1942)
Engelina Eijsman (1908-1942)
Rebecca Eijsman (1906-1942)
Meijer Eijsman (1908-1942)
Zacharias Eijsman (1876-1942)
Léon Eijsman (1937-1942)
Eduard Zacharias Eijsman (1935-1942)
Engelina Eijsman (1908-1942)
Frans Hendrik Dircks (1908-1942)
Mina Eijsman (1902-1943)
Léon Eijsman (1937-1942)
Zacharias Eijsman (1876-1942)
Conrard Eijsman (1883-1942)
Catherine Maria Eijsman (1935-1942)
Saartje Eijsman (1861-1942)
Wolf Jurriën Eijsman (1904-1942)
Eva Eijsman (1898-1942)
Eduard Zacharias Eijsman (1935-1942)
Adelheid Eisendrath (1880-1944)
Aartje Arendse (????-????)
Adrianus Crama (????-????)
Maartje Arends (????-????)
Antonius Barendse (????-????)
Pieter van der Steen (????-????)
Willem Bolstier (????-????)
Johannes Franciscus Dee (????-????)
Petrus Johannes van der Steen (????-????)
Nicolaas Jacobus van der Steen (????-????)
Johanna Maria Lolkes de Beer (????-????)
Markus van Dam (????-????)
Johannes van Putten (????-????)
Samuel van Dam (????-????)
Theobald van Dampierre (????-????)
Margaretha Plaatzer (????-????)
Mina van der Steen (????-????)
Maartje Dee (????-????)
Hendrik Jan Colenbrander (????-????)
Engbert Geurkink (????-????)
Jacobus Dee (????-????)
Maria Johanna van der Steen (????-????)
Catrina Aurelia van den Wijngaart (????-????)
Matthijs van Dam (????-????)
Lamberdina Dee (????-????)
Margje van Dam (????-????)
Lydia van Dam (????-????)
Maria Arendsen (????-????)
Judith Dee (????-????)
Jacobus Arisz de Groot (????-????)
Stephanus van Dam (????-????)
Grada Willemina Arendsen (????-????)
Dorothea Elkan (1896-1944)
Philip Elsas (1879-1942)
Levie Elsas (1876-1942)
Jonas Elsas (1874-1943)
Alexander Elsas (1933-1942)
Salomon Elsas (1887-1944)
Nathan Elsas (1905-1942)
Catharina Elsas (1912-1943)
Mietje Piller (1871-1943)
Alida Elsas (1909-1944)
Maurits Elsas (1910-1942)
Meijer Elsas (1871-1943)
Levie Elsas (1876-1942)
Hijman Elsas (1874-1943)
Salomon Elsas (1899-1943)
Salomon Elsas (1903-1943)
Philip Elsas (1929-1942)
Hartog Salomon Elsas (1936-1943)
David Elsas (1898-1943)
Matthea Elsas (1909-1944)
Levie Elsas (1896-1942)
Aaltje Elsas (1895-1943)
Salomon Elsas (1876-1942)
Simon Elshof (1905-1942)
Racheltje Elshof (1902-1942)
Maurits Elzas (1922-1942)
Gerhard (Harry) Elzas (1923-1942)
Vogeltje (Lientje) Elzas (1917-1942)
Barend van Embden (1912-1943)
Jeannette van Embden (1914-1942)
Hendrica Emden (1917-1944)
Elisabeth Emden [1] (1902-1942)
Elisabeth van Emden (1894-1943)
Mietje van Emrik (1901-1942)
Abraham van Engel (1936-1943)
Mia Sophia van Engel (1932-1942)
Salomon Hartog van Engel (1930-1942)
Meijer van Engel (1903-1942)
Gesina van Engel (1869-1942)
Vogeltje van Engel (1875-1944)
Benjamin van Engel (1895-1943)
Sophia Rebecca van Engel (1932-1942)
Alexander van Engel (1936-1942)
Hartog Meijer Jacob van Engel (1900-1942)
Bep van Engel (1937-1942)
Vrouwtje Engelander (1887-1942)
Marianne Engelander (1909-1942)
Sophia Engelander (1906-1942)
Roza Engelander (1920-1943)
Klaartje Engelander (1886-1942)
Marcus Engelander (1904-1943)
Aaltje Engelander (1935-1942)
Duifje Engelschman (1917-1942)
Wilhelmina Wegloop (1884-1942)
Levie Wegloop (1884-1942)
Femmina Engelsman (1905-1942)
Joseph Engelsman (1880-1943)
Ester Engelsman (1909-1943)
Rebecca Engelsman (1921-1943)
Philip Engelsman (1911-1943)
Benjamin Engers (1887-1942)
Bertha Engers (1942-1942)
Machiel Englander (1897-1942)
David Ensel (1922-1942)
Rachel Ensel (1881-1942)
Hartog Schelvis (1881-1942)
Abraham Ensel (1900-1942)
Jacob Wegloop (1881-1942)
Clara Ensel (1860-1943)
Julie Carolina Enthoven (1886-1944)
Marten Holtman (1886-1944)
Raatje Ephraim (1898-1942)
Martha Ephraim (1934-1942)
Mietje Ephraim (1866-1943)
Alexander Juda Ephraim (1931-1942)
Louise Ephraim (1926-1942)
Clara Ephraim (1928-1942)
Rachel Ereira (1922-1943)
Celine Ereira (1920-1942)
Clara Ereira (1917-1944)
Hendrika Erwteman (1913-1942)
Elisabeth van Esso (1917-1944)
Isaac Evers (1901-1943)
Daniel (David) Farbstein (1877-1943)
Abraham Feitsma (1901-1943)
(3) Izaäk Feitsma (1873-1942)
Jacob Heijmans de Haas (1905-1942)
Jozef Feitsma (1900-1942)
Judith Ferares (1886-1942)
Johanna Fichtmann (1882-1943)
Jansje Fierlier (1872-1943)
Klaartje Fierlier (1878-1942)
Mietje Finsi (1885-1942)
Leentje Finsi (1871-1942)
Salomon Finsi (1888-1942)
Marianne Finsi (1879-1942)
Arnold Finsi (1914-1942)
Roza Finsi (1923-1942)
Alida Finsi (1910-1942)
Sara Finsij (1871-1943)
Benjamin Fles (1896-1943)
Hijman Fles (1917-1943)
Alida Fles (1904-1943)
Hendrika Fles (1942-1942)
Rika Fles (1932-1942)
Aaron da Costa da Fonseca (1912-1943)
David da Costa da Fonseca (1939-1942)
Helena Foyer (Foijer) (1865-1943)
Donald Jan Workum (1865-1943)
Neeltje Jongepier (1880-1943)
Johanna Mirjam Noot (1907-1943)
Siegfried Max (Sieg) Heijmans (1879-1942)
Diena Fredrika Frank (1898-1943)
Sam Frank (1866-1943)
Kenny Vermeulen (1877-1942)
Sedje Frank (1901-1943)
Margaretha Frank (1907-1943)
Henriette Jeanette Frank (1943-1943)
Lea Frank (1881-1942)
Bernard Frank (1877-1942)
Engeltje Frank (1880-1943)
Henriette Frank (1903-1943)
Levenloos Geboren ? (1871-1942)
Nathan Neta Jacob Abas (1925-1943)
Willem Doornheim (1870-1942)
Julchen Frank (1871-1942)
Roosje Reizche Machiel Voorzanger (1924-1943)
Hartog Frank (1915-1944)
Rebecca Joseph Polak (1900-1943)
Bernadina Frank (1905-1943)
Mozes Gerardus Noot (1905-1943)
Roosje Frank (1903-1943)
Jacob Roeper (1904-1943)
Eva Helena Bannet (1907-1943)
Judig Gesiena Frank (1888-1942)
Jacob Sam Frank (1899-1945)
Salomon Frank (1866-1942)
Abraham Franken (1899-1943)
David Franken (1877-1943)
Carolina Franken (1901-1943)
Cato Bertha Franken (1911-1943)
Heijman Karel Franken (1934-1944)
Jacob Franken (1902-1943)
Johanna Henriëtta Franken (1903-1942)
Leopold Adolf Franken (1913-1943)
Estella Frankenhuis (1891-1942)
Samson Frankenhuis (1900-1942)
Bertha Frankenhuis (1884-1943)
Herman Frankenhuis (1882-1942)
Lea Frankfort (1881-1942)
Johanna Frankfort (1885-1943)
Grietje Frankfort (1874-1942)
Abraham Frankfort (1865-1943)
Rachel Franschman (1881-1942)
Mozes Franschman (1933-1944)
Reine Franschman (1922-1942)
Izak Franschman (1898-1944)
Leo Max Franschman (1933-1944)
Mozes Franschman (1882-1942)
Vogeltje Slap (1933-1944)
Rebecca Franschman (1913-1942)
Simon Fransman (1884-1942)
Esther Fransman (1916-1943)
Levie Fransman (1888-1942)
Benjamin Fransman (1882-1942)
Levie Fransman (1888-1942)
Vrouwtje Fransman (1886-1942)
Hijman Fransman (1896-1944)
Willem Kaijk (1888-1942)
Julia Fransman (1892-1942)
Bernard Fransman (1924-1942)
Rebecca Frederikstadt (1913-1942)
Fijtje Frenkel (1907-1942)
Judikje Frenkel (1888-1943)
Hanna Frenkel (1894-1943)
Hessel Frenkel (1891-1944)
Simon Fresco (1881-1942)
Simon Fresco (1881-1942)
Mozes Fresco (1916-1944)
Jacob Haïm Fresco (1938-1943)
Eva Fresco (1891-1942)
Rebecca Fresco (1891-1943)
Jonas Fresco (1887-1943)
Mozes Fresco (1916-1944)
Betje Fresco (1878-1942)
Fanny Fresco (1894-1942)
Ester Maika Fride (1923-1943)
Jonas Fride (1921-1942)
Herman Fride (1920-1942)
Maria Frieser (1894-1942)
Helena Henriques de la Fuente (1891-1944)
Bertha de la Fuente (1921-1942)
Koosje de la Fuente (1920-1944)
Niet publiceren (1920-1942)
Gracia de la Fuënte (1892-1942)
Arnold Israël Nicolaas Fuldauer (1891-1942)
Jannitie Meulemans (1888-1942)
Isidora Davida Fuldauer (1929-1942)
Arend Mooij (1928-1942)
Henriette Fuldauer (1928-1942)
Aeltje Meulemans (1891-1942)
David Isaac Fuldauer (1888-1942)
Klaassien Roelfs Molenberg (1928-1942)
Marretje Meyers (1929-1942)
Maria Mekman (1862-1943)
Isidore Fuldauer (1862-1943)
Sellij (Y) Fuldauer (1928-1942)
Henri Fuldauer (1888-1944)
Fürst (1891-1943)
Hans Walter Fürst (1924-1943)
Branko Fürst (1888-1942)
Baruch Samuël Furster (1878-1942)
Debora Furster (1917-1942)
Elias Edward Slap (1917-1942)
Mietje Zilverberg (1878-1942)
Jozef Simon Furth (1902-1944)
Sonja Gaarkeuken (1942-1942)
Sophia Gaarkeuken (1929-1942)
Louise Gaarkeuken (1936-1942)
Chana Feigel Gaenger (1866-1942)
Jeanette Gans (1940-1941)
Salomon Gans (1920-1942)
Eliazar Moses Gans (1892-1943)
Hartog Gans (1885-1942)
Philip Gans (1908-1942)
Sara Gans (1904-1944)
Simon Gans (1870-1943)
Henriëtte Gans (1915-1943)
Hartog Gans (1885-1942)
Grietje Gans (1870-1943)
Philip Gans (1908-1942)
Josef Garson (1880-1942)
Margaretha Gazan (1904-1944)
Debora Gazan (1886-1944)
Izaäk Gazan (1891-1943)

Debora Gazan (1886-1944)
Betje van Gelder (1884-1944)
Benjamin van Gelder (1894-1943)
Anna van Gelder (1901-1942)
Alex van Gelder (1878-1942)
Roosje van Gelder (1907-1942)
Judith van Gelder (1891-1942)
Frits Aron van Gelder (1913-1943)
Anna van Gelder (1901-1942)
Betje van Gelder (1922-1942)
Abraham van Gelder (1883-1942)
Ester van Gelder (1913-1943)
Betje van Gelder (1922-1942)
Betje (Beppie) van Gelder (1913-1943)
Leentje Antje van Gelder (1931-1943)
Leendert Joseph van Gelder (1917-1942)
Simon Andries van Gelder (1911-1942)
Kaatje Betje van Gelder (1920-1942)
Sophia (Fietje) van Gelder (1918-1942)
Berendina van Gelder (1889-1942)
Benjamin van Gelder (1894-1943)
Rebecca Godfried (1918-1942)
Judith Gesina van Gelder (1920-1942)
Andries (Dries) van Gelder (1916-1942)
Rabeka van Gelder (1883-1942)
Eva van Gelder (1939-1942)
Sara van Gelder (1877-1944)
Betje van Gelder (1884-1944)
Esther de Schaap (1895-1943)
Alfred van Gelder (1907-1943)
Rachel van Gelder (1937-1942)
Izak van Gelder (1875-1942)
Betje van Geldere (1898-1942)
Anna Petronella Naus (1883-1944)
Maria Therese Kaiser (1879-1942)
Engeltje Spetter (1879-1942)
Alexander van Gelderen (1896-1942)
Judith Johanna Bertha van Gelderen (1915-1943)
Abraham Azor van Gelderen (1912-1942)
Jacob Salomon van Gelderen (1874-1942)
Hester Elisabeth van Gelderen (1906-1942)
Peter Meuwissen Me(e)vissen (1893-1943)
Joseph Mozes van Gelderen (1873-1942)
Elizabeth Rosetta van Gelderen (1909-1944)
Evaline van Gelderen (1883-1943)
Sara van Gelderen (1885-1942)
Louis van Gelderen (1893-1943)
Markus Joseph van Gelderen (1914-1942)
Herman Joseph van Gelderen (1917-1942)
Jeannette van Gelderen (1875-1942)
Mozes Geleerd (1879-1942)
Sara Geleerd (1880-1942)
Samuël Gendering (1883-1942)
Hans Johannes Gerber (1898-1943)
Leendert Gerritse (1907-1944)
Jacob Gerritse (1913-1942)
Fijtje Gerritse (1891-1944)
Mozes Gerritse (1895-1944)
Isaäc Gerritse (1882-1943)
Marie Gerritse (1909-1943)
Mozes Gerzon (1861-1943)
Charles van Geuns (1889-1942)
Sara van Geuns (1899-1942)
Levie Ephraim van Geuns (1912-1942)
Louis de Geus (1908-1942)
Sera Jeannetta van Gich (1898-1943)
Henriëtte Elizabeth van der Giesen (1902-1942)
Henriette Isaac Fles (1909-1943)
Duifje Teiche Wolf Voorzanger Chazzan(Schats) (1902-1942)
Elias Samuel de Jong (1868-1942)
Henriette Elizabeth van de Giessen (1902-1942)
Rosette Isaac Levie Vries (1872-1942)
Esther Judels (1875-1942)
Mozes Hartog (Hirsch) Wiener (1904-1943)
Jetje Glasbeek (1903-1942)
Maria Elisabeth Gobes (1931-1942)
Joseph Gobes (1896-1943)
Abraham Gobes (1885-1942)
Andries Gobes (1925-1942)
Lea Gobets (1860-1943)
Zadok Gobets (1879-1944)
Emannuel Gobetz (1900-1942)
Belia Gobits (1859-1943)
Salomon Gobits (1919-1943)
Jacob Israel Gobitz (1921-1942)
Aaron Jacob Gobitz (1904-1943)
Helena Gobitz (1909-1944)
Isidoor Gobitz (1923-1942)
Max Godfried (1916-1942)
Jacob Godfried (1909-1942)
Andries Godfried (1904-1942)
Gonda Godschalk (1871-1942)
Leentje Godschalk (1875-1942)
David Godschalk (1861-1943)
David Godschalk (1861-1943)
Rachel Godschalk (1940-1942)
Sara Godschalk (1910-1944)
Hartog Godschalk (1919-1944)
Judith Godschalk (1922-1942)
Maurits Godschalk (1920-1942)
Rika Godschalk (1881-1942)
Lehman Godschalk (1890-1942)
Leentje Godschalk (1875-1942)
Judith ( Zus ) Godschalk (1911-1944)
Gonda Godschalk (1871-1942)
Rudolf Sajet (1883-1943)
Louis Salomon de Goede (1898-1944)
Philip de Goede (1871-1943)
Branca de Goede (1883-1943)
Isaac Goedeket (1886-1942)
Bernard Goedhart (1890-1944)
Evaline Goedhart (1923-1944)
Rebecca Gokkes (1894-1942)
Eliazer Jacob Gokkes (1888-1942)
Joseph Gokkes (1904-1942)
Sara Goldsmid (1912-1942)
Sophia Goldsmit (1916-1942)
Isidor Polak (1877-1943)
Martha Goldstein (1881-1943)
Isaak Goldwerth (1907-1943)
Hannie Goldwerth (1935-1943)
Jacob Gompel (1886-1942)
Estella Gomperts (1866-1943)
Estela Gomperts (1866-1943)
Helen Gompes (1896-1943)
Henny de Gorter (1891-1944)
Sara Gosler (1915-1942)
Maria Sara Gosler (1911-1942)
Geertje Hoogendoorn (1896-1943)
Peter Vos (1922-1943)
Mina Gosschalk (1873-1943)
Jacob Gosschalk (1885-1943)
Eva Querido (1925-1942)
Esther Gosschalk (1902-1943)
Barend Gosschalk (1864-1942)
Henriëtte Kalker (1893-1943)
Alfred Gosschalk (1874-1942)
Elsje Gosschalk (1897-1942)
Jansje Bosma (1896-1942)
Jacob Gosschalk (1885-1943)
Emanuel Joseph Gosschalk (1893-1943)
Isabella Gotlieb (1892-1944)
Herman Gotlieb (1891-1942)
Arthur Max Gotlieb (1923-1942)
Betsji Gotlieb (1893-1942)
Simon Goudeket (1910-1943)
Branca Workum (1886-1942)
Simon Goudeket (1910-1943)
Abraham Goudeketting (1892-1942)
Mietje Goudeketting (1920-1942)
Levie Goudeketting (1897-1942)
Abraham Goudeketting (1892-1942)
Raphaël Goudeketting (1866-1942)
Mietje Goudket (1873-1942)
Joachim Goudsmit (1911-1943)
Jacob Goudsmit (1927-1942)
Johan Leon Goudsmit (1895-1944)
Leon Goudsmit (1911-1944)
Louis Goudsmit (1931-1943)
Elsa Goudsmit (1923-1942)
Hijman Goudsmit (1877-1942)
Herman Goudsmit (1920-1944)
Louis Frits Goudsmit (1912-1943)
Aron Goudsmit (1907-1943)
Frijda Goudsmit (1927-1944)
Salomon Goudsmit (1908-1943)
Bertha Goudsmit (1921-1942)
Jacob Goudsmit (1936-1943)
Grietje Goudsmit (1921-1943)
Martha Goudsmit (1933-1943)
Iwan Goudsmit (1926-1942)
Esther Goudsmit (1909-1944)
Rika Goudsmit (1887-1942)
Regina (Abraham) Goudsmit (1887-1942)
Eva Goudsmit (1885-1942)
Maurits Henri Goudstikker (1893-1944)
Esther Bannet (1884-1943)
Maurits Henri Goudstikker (1893-1944)
Henri Goudstikker (1891-1942)
Jacques Goudstikker (1925-1942)
Duifje Goudvis (1890-1944)
Betsie Goudvis (1873-1944)
Karel Ottomar Constantijn Anton Raymond Michael Graaf van Lamberg-Greifenfels Vrijheer v (1898-1942)
Flora Gras (1868-1942)
Abraham Grishaaver (1910-1943)
Benjamin Grishaaver (1898-1943)
Leo Joachim Grishaaver (1908-1943)
Marcus Joachim Grishaaver (1893-1943)
Joachim Marcus Grishaaver (1864-1943)
Leo Grishaaver (1908-1943)
Joachim Grishaaver (1921-1942)
Samuel Grishaver (1883-1942)
Izaäk Grobfeld (1862-1942)
Philip Grobfeld (1905-1942)
Izaäk Grobfeld (1862-1942)
Eugidius Mevissen (1891-1942)
Rachel Groen (1876-1942)
Schoontje Groen (1885-1942)
Sara Groen (1884-1943)
Judic Groen (1874-1942)
Louis Groen (1922-1942)
Sara Groen (1896-1942)
Nathan Groen (1920-1942)
Flora Groen (1918-1944)
Mozes Groen (1875-1942)
Sara Groen (1896-1942)
Meijer Groen (1868-1942)
Marcus Levie Nathan (1898-1942)
Salomon Isaac Groenewoudt (1920-1945)
Henriette Groenewoudt (1941-1942)
Louise Josephine Canelle (1865-1942)
Sara Groenewoudt (1898-1942)
Hartog Andries Groenewoudt (1865-1942)
Catharina Sara Groenewoudt (1885-1942)
Rachel Groenstad (1935-1942)
Isaäc Groenstad (1930-1942)
Simon Groenstad (1905-1942)
Jansje Groenstad (1938-1942)
Henny Groenstad (1941-1942)
Jonas Groenteman (1883-1942)
Branca Machiel Groenteman (1868-1942)
Nn Branke (1897-1941)
Hennie Groenteman (1917-1942)
Manus Groenteman (1897-1944)
Abraham Groenteman (1901-1942)
Gerrit Groenteman (1915-1943)
Hennie Groenteman (1924-1944)
Sophia Groenteman (1901-1942)
Salomon Groenteman (1895-1944)
Dina Machiel Groenteman (1872-1943)
Johannes Turkstra (1877-1942)
Betje Groenteman (1889-1942)
Hendrika Sophia Groenteman (1937-1942)
Lydia Groenteman (1941-1943)
Barend Groenteman (1895-1944)
Helena Groenteman (1910-1942)
Louis Groenteman (1913-1943)
Martha de Groot (1889-1942)
Geertruida Wilhelmina de Groot (1929-1943)
Eva de Groot (1869-1943)
Levie de Groot (1862-1943)
Grietje de Groot (1936-1943)
Benjamin de Groot (1860-1942)
Henriette de Groot (1886-1943)
Eva de Groot (1898-1942)
Ida de Groot (1893-1942)
Isodor de Groot (1892-1943)
Hijman de Groot (1907-1943)
Cato de Groot (1916-1944)
Keetje de Groot (1865-1942)
Geurt Cozijnsen van de Groote Flier (1865-1942)
Emanuel de Groot (1876-1942)
Kurt Gross (1928-1943)
Julius Gross (1884-1943)
Abraham Grunwald (1882-1943)
Lenke Grünwald (1912-1942)
Elisabeth Grunwald (1870-1942)
Lenke Grünwald (1912-1942)
Rachel Grushaber (1880-1942)
Esther Gudema (1901-1942)
Gaston Gugenheim (1886-1943)
Adrien Gugenheim (1884-1944)
Regina Gumpert (1891-1943)
Frieda Gumpert (1898-1943)
Lea Haagman (1917-1943)
Rosette Haagman (1924-1942)
Nathan Haagman (1887-1942)
Roosje Haamerslag (1868-1943)
Eliazer Levie de Haan (1856-1942)
Duifje de Haan (1888-1942)
Izaäk Haas (1879-1942)
Mathilda Haas (1913-1942)
Jacob Henry Haas (1928-1942)
Fietje Drievoet (1901-1942)
Louis Haas (1916-1942)
Louis Haas (1901-1942)
David Hakker (1928-1942)
Catharina Lisser (1928-1942)
Hijman de Haas (1890-1943)
Abraham de Haas (1905-1944)
Betsij de Haas (1910-1942)
Hanri Hagens (1875-1942)
Hanri Hagens (1875-1942)
Selma Johanna Hagens (1909-1942)
Eduard Hagens (1878-1942)
Hanri Hagens (1875-1942)
Salomon Eduard Hagens (1909-1942)
Maria Hagens (1899-1942)
Selma Johanna Hagens (1909-1942)
Selma Johanna Hagens (1909-1942)
Erna Rosa Hahn (1925-1943)
Levie Hakker (1910-1944)
Betsie Hakker (1914-1943)
Philippine (Pien) Hakkert (1919-1943)
Salomon Hakkert (1878-1942)
Jacob Wolfgang (Jaap) Hakkert (Geboren Hakker) (1891-1944)
Hartog van der Hal (1902-1942)
Hartog Halberstadt (1888-1942)
Abraham Halverstad (1891-1942)
Judith Halverstad (1914-1942)
Flora van der Ham (1897-1942)
Flora van der Ham (1897-1942)
Flora van der Ham (1897-1942)
Saul Sha'Ul Mozes Coster Shamash (1881-1943)
Ester Mozes Vissel (1890-1943)
Samson Hamburger (1876-1942)
Rachel Hamburger (1897-1942)
Sanne Meijer Hamel (1927-1942)
Meijer Israel Hamel (1898-1942)
Sara Hamerslag (1903-1943)
Hendrika van Essen (1902-1942)
Eva Hammelburg (1912-1942)
Willem Eikendal (1938-1942)
Klara Hangjas (1923-1942)
Carel Hanouwer (1880-1944)
Salomon Haringman (1886-1942)
Sara Harkman (1878-1942)
Sara Harkman (1878-1942)
Philip Harpman (1928-1942)
Martha Harpman (1881-1942)
Betje Alida Harschel (1938-1942)
Salomon Harschel (1938-1942)
Klara Harschel (1930-1942)
Jacob Harschel (1900-1943)
Samuel Harschel (1870-1943)
Jacob Jacques (Roepnaam Leonardus) Harschel (1865-1943)
Abraham Harschel (1886-1944)
Grietje Hart (1890-1942)
Meijard Andries Hart (1878-1943)
Greta Hart (1930-1942)
Rachel Hartlooper (1863-1942)
Virginie Hartog (1894-1942)
Virginje Hartog (1894-????)
Lotje Hartog (1901-1944)
Hendrik Hartogs (ook Hertogs) (1867-1942)
Maria Elizabeth Hartveld (1872-1942)
Grietje Hartz (1876-1943)
(2) Rosalie Hecht (1867-1944)
Hugo Hedeman (1891-1944)
Julia Estella Hedeman (1925-1942)
Elisabeth de Heer (1887-1942)
Eliazer Heigman (1920-1942)
Abraham Heigmans (1898-1943)
Emil Johan van der Heijden (1906-1942)
Albert Heijermans (1886-1944)
Levi Lion van der Heijm (1900-1942)
Naatje van der Heijm (1875-1942)
Hanna Heijman van Blankensteijn (1882-1943)
Herman Heijmans (1893-1944)
Theodoor Heijmans (1930-1944)
Leo Heijmans (1918-1942)
Ernst Bob Heijmans (1926-1944)
Willem Heiligers (1901-1942)
Marcel Heiman (1939-1942)
Selma Heimann (1891-1943)
Carrij Hekster (1933-1942)
Mina Hekster (1895-1942)
Sura Bajle Henechovicz (1908-1942)
Regina Herman (1880-1944)
Mientjen Herschel (1880-1943)
Anna Hertog (1877-1943)
Johanna Hertog (1878-1944)
Karolina Hertz (1884-1942)
Otto Hertzberger (1875-1942)
Sophia Dina Hertzberger (1903-1942)
Margarete Herz (1882-1943)
Menachem Mendel Emanuel Herzl (1876-1944)
Simon Herzl (1890-1944)
Alida Hijman (1898-1943)
Nathan Hijman (1909-1943)
Eduard Maurice Hijmans (1898-1945)
Abraham Hijmans (1899-1942)
Juda Hildesheim (1896-1943)
Johanna Carolina Hildesheim (1900-1942)
Martha Hildesheim (1894-1942)
Douwe Klazes Wedzinga (1908-1944)
Levie Hillesum (1880-1943)
Jacob Hillesum (1863-1943)
Rosa Hillesum (1928-1942)
Martha Hillesum‏‎ (1909-1942)
Sara Hilversum (1926-1942)
Lena Hilversum (1921-1942)
Jentje Hilversum (1933-1942)
Nathan Hilversum (1922-1942)
Josephine Hirschel (1934-1943)
Elisabeth Hirschel (1937-1943)
Suzanne Elisabeth Hirschel (1933-1943)
Saul Hirschel (1932-1943)
Fritz Hirschfeld (1886-1944)
Simon Hoed (1903-1944)
Jacobus Wilhelm van Deijk (1877-1943)
Mietje van der Hoeden (1877-1943)
Sara Hoek (1873-1943)
Johanna van der Hoek (1940-1942)
Esther van der Hoek (1917-1942)
Rachel Morisco (1859-1942)
Rozetta Benjamins (1859-1942)
Sara Hoepelman (1859-1942)
Hermina Bartelink (1859-1942)
Marga Hoffmann (1926-1943)
Robert Hoffmann (1891-1943)
Adriana Hofstede (1856-1942)
Edith Sara Holländer (1900-1945)
Emanuel de Hond (1937-1942)
Max de Hond (1933-1942)
Duifje de Hond (1885-1942)
Meijer de Hond (1933-1942)
Jacob Hondsregt (1874-1942)
Grietje Hoogstraal (1915-1943)
Ephraim Hoogstraal (1905-1943)
Geertje Hoogstraal (1903-1942)
Grietje Schoontje Hoogstraal (1915-1943)
Mietje Hoogstraal (1869-1942)
Cornelis (Crelignies) Engelsz Xxxxxx Zwart (1923-1942)
Engelina Hoogstraat (1923-1942)
Schoontje Hoost (1868-1942)
Flora Hoost (1889-1942)
Roosje Hoost (1891-1942)
Godschalk Hoost (1887-1942)
Sylvain Horn (1883-1942)
Clasina Wilhelmina Hornemann (1880-1943)
Vogeliena van der Horst (1873-1942)
Jetje van der Horst (1875-1944)
Wilhelmina van der Horst (1909-1943)
Jacob van der Horst (1920-1942)
Anna Kerilia Huganowitsch (1895-1942)
Moses Huisman (1864-1943)
Abelia Huisman (1900-1942)
Isaac Huisman (1896-1942)
David de Schaap (1893-1943)
Hermina Ickovic (1910-1942)
Hermina Ickovic (1910-1942)
Hermina Ickovic (1910-1942)
Marietje (Mietje) Ijzerman (1918-1944)
Sigfried Isaäcson (1893-1945)
Simon Benjamin Israël (1897-1944)
Betsij Israel (1880-1942)
Simon Benjamin Israël (1887-1944)
Jacob Israel (1911-1942)
Mourits Israëls (1905-1942)
Blume Israëlsky (1899-1943)
Joseph Italiaander (1889-1942)
Abraham Italiaander (1869-1942)
Joseph Beem (1893-1943)
Carolina Jacob (1921-1942)
Geertruida Jacob (1921-1942)
Jonas Salomon Jacob (1905-1942)
Meijer Jacob (1878-1942)
Goldina Carolina Jacob (1912-1943)
Izaak Jacobs (1892-1943)
Betsy Jacobs (1905-1942)
Rachel Jacobs (1931-1942)
Simon Jacobs (1885-1942)
Jacob Jacobs (1899-1943)
Salomon Jacobs (1901-1944)
Anna Maria van Mameren (1881-1942)
Salomon Jacobs (1942-1942)
Karel Jacobs (1931-1944)
Izaak Jacobs (1892-1943)
Simon Maurits Jacobs (1909-1942)
Jacob Jacobs (1899-1943)
Ester Jacobson (1884-1945)
Jacob Andries Jacques Cune (1879-1942)
Aaltje Jakobs (1872-1942)
Sibilla Jansen (1858-1943)
Jacques Goulard (1869-1943)
Wennemar de Merode (1873-1944)
Abraham (Bram) Jessurun (1887-1943)
Gracia (Graas) Jessurun (1877-1942)
Samuel Jessurun de Mesquita (1868-1944)
Michael Joël (1910-1944)
Strauss Johan (1907-1942)
Levie Johan (1937-1942)
Hilletje Johanna Johan (1939-1942)
Levie Joles (1901-1942)
Johanna Betje Joles (1876-1942)
Simon de Jong (1897-1942)
Joseph de Jong (1888-1943)
Iwan Frank (1866-1943)
Betje de Jong (1866-1943)
Betsie de Jong (1894-1944)
Roosje van Kleef (1874-1943)
Louis de Jong (1933-1942)
Henricus Joannes Leopold Martinus Ledel (1868-1943)
Manus de Jong (1885-1942)
Harry de Jong (1938-1942)
Roza de Jong (1940-1942)
Abraham de Jong (1929-1942)
Marianne de Jong (1935-1942)
Hartog de Jong (1890-1943)
Maaike de Jong (1924-1942)
Beltje de Jong (1888-1942)
Leon de Jong (1873-1943)
David Mozes de Jong (1890-1942)
Hendricus Mevissen (1900-1944)
Simon de Jong (1888-1942)
Emanuel Jacob de Jong (1874-1943)
Marcus de Jong (1883-1943)
Bloemtje de Jong (1896-1942)
Anna de Jong (1865-1943)

Sophia de Jong (1868-1943)
Sientje de Jong (1899-1942)
Sophia de Jong (1885-1943)
Manus de Jong (1860-1943)
Izak de Jong (1886-1943)
Levie de Jong (1876-1943)
Wolf de Jong (1902-1943)
Leendert Tinus de Jong (1919-1942)
David de Jong (1924-1943)
Sara Selina de Jong (1914-1945)
Martin Andries de Jong (1890-1942)
Esther de Jong (1873-1943)
Hermanna de Jong (1912-1942)
Mozes Leendert Augurkjesman (1874-1943)
Sipora de Jong (1925-1942)
Jette de Jonge (1901-1942)
Frederika de Jonge (1865-1942)
Sellina de Jongh (1883-1943)
Simon Miechel Joosten (1901-1944)
Siena Hendrika Joosten (V) (1907-1942)
Aaltje Kaanis (1892-1943)
Emanuel van der Kaars (1909-1943)
Abraham Kaas (1907-1945)
Hans Emile Maurice Kaas (1940-1944)
Hendrika Wijngaards (1940-1944)
Maartje van den Hooven (1878-1942)
Johanna Martina van der Mark (1878-1942)
Johanna Ingetje Knauf (1878-1942)
Gerardus Hugo Vogelezang (1878-1942)
Jozef George de Kadt (1941-1943)
Gérard Louis Arthur Kahn (1909-1943)
Sophia Elizabeth Kalker (1888-1942)
Joseph Emanual Kalker (1900-1943)
Judith 'Andries' Kamp (1876-1942)
Rachel van Kampen (1899-1943)
Mozes van Kampen (1874-1942)
Marianna van Kampen (1902-1943)
Dina van Kampen (1915-1943)
Elisabeth (Betje) van Kampen (1904-1942)
Aaltje Labes (1866-1943)
Mietje Goudeket (1936-1943)
Maurits Kan (1903-1942)
Meijer Kan (1904-1942)
Marcus van Win (1931-1943)
Louis Kan (1921-1943)
Clara Kanes (1912-1942)
Jacob Hendrik Kann (1900-1944)
Johan Kann (1899-1942)
Simon Jacob Kannegieter (1900-1944)
Salomon Jules Jacob Kannegieter (1902-1944)
Simon Kannegieter (1920-1942)
Marianne Annetta Kannegieter (1886-1942)
Samuel Kanteman (1902-1941)
Hendrik Wolzak (1873-1943)
Saliie Kanteman (1875-1943)
Johanna Kanteman (1907-1942)
Marcus Kanteman (1868-1943)
Johanna Kanteman (1907-1943)
Tjerck van Harmana (1873-1943)
Wybecke Jarich Jellama (1873-1943)
Josephina van Duren (1873-1943)
Rika Kanteman (1868-1943)
Maria Margaretha Spee (1875-1943)
Dirk Groen (1873-1943)
Jan George Spee (1873-1943)
Hendrik Kooijman (1875-1943)
Gerrit Jan Ganseij (1907-1942)
Simon Kanteman (1873-1943)
Grietje Zuur (1911-1944)
Abraham Slap (1884-1944)
Jane van de Kar (1902-1942)
Abraham van de Kar (1906-1942)
David van de Kar (1878-1943)
Barend van de Kar (1908-1943)
Betje van de Kar (1913-1942)
Rachel Kaseres (1894-1944)
Rebecca Kat (1883-1942)
Clara Abraham Kat (Kal) (1877-1942)
David Israël Katan (1873-1942)
Samuel Katan (1936-1942)
Joseph Katan (1938-1942)
Milkah Katan (1940-1942)
Barend Josua Katan (1905-1943)
Gretha Kater (1904-1942)
Elias Kater (1903-1944)
Grietje Katoen (1910-1944)
Rozetta Kats (1871-1943)
Henriette Kats (1899-1942)
Rachel Antonette Kats (1897-1944)
Rachel Antonette Kats (1897-1944)
Esther Kats (1904-1942)
Benjamin Kats (1862-1943)
Evalina Grietje Kats (1895-1942)
Evalina Grietje Kats (1895-1942)
Benjamin Kats (1862-1943)
Rachel Kattenburg (1912-1943)
Krisje Katz (1863-1942)
Wilhelmina Katz (1882-1942)
Mientje Eva Katz (1910-1942)
Hennie Irma - Henni Katz (1891-1943)
Carel Albert Kaufman (1920-1944)
Elie Kaufman (1892-1944)
Samuel Kaufman (1886-1942)
Aron Kaufman (1889-1942)
Salomon Keijl (1890-1944)
Engelina Keijzer (1912-1942)
Tobias Manus Keizer (1890-1943)
Catharina Keizer (1921-1942)
Sara Keizer (1900-1942)
Willem Kesner (1899-1942)
Jacob Kesner (1924-1943)
Cato Kets De Vries (1879-1944)
Bertha Kets De Vries (1897-1943)
Jeanette Kets de Vries (1886-1942)
Salomon Henri Kets de Vries (1877-1942)
Leon Keyser (1898-1944)
Hartog Kijl (1911-1942)
Jonas Jacobs (1886-1942)
Pejsach Chaim Kirsztajn (1890-1943)
Srul Wolf Kirsztejn (1928-1942)
Aron Lejb Kirsztejn (1926-1945)
Margot Kiwit (1909-1944)
Magdalena Johanna van Klaveren (1930-1943)
Joseph Adolf van Klaveren (1939-1943)
Klaartje van Kleef (1876-1942)
Johanna Elizabeth Heydenreich (1853-1942)
Klaartje van Kleef (1876-1942)
Rosetta van Kleef (1891-1942)
Mietje van Kleef (1892-1943)
Debora van Kleeff (1916-1943)
Maurits van Kleeff (1887-1942)
Judith Kleerekoper (1908-1942)
Joseph Kleerekoper (1910-1942)
Maria Johanna Roeper (1910-1942)
Jacob Blik (1910-1942)
Joseph Assenheim (1910-1942)
Simcha Blik (1910-1942)
Saartje van der Klei (1877-1942)
Heiman van der Klei (1863-1942)
Sophia van der Klei (1858-1943)
Heiman van der Klei (1863-1942)
Michiel van der Klei (1904-1942)
Sara Mina van der Klei (1908-1942)
Sophie van der Klei (1858-1943)
Aaltje de Jong (1929-1942)
Salomon Roozendaal (1883-1942)
Jozeph Samuel Vromen (Vroomen) (1886-1942)
Betje Levit (1865-1942)
Heinrich Johan Vrielink (1907-1943)
Jacob Bollegraaf (1937-1942)
Levie van der Klein (1867-1942)
Abraham David Bronkhorst (1882-1942)
Naatje de Klerk (1882-1942)
Michel de Klerk (1882-1942)
Leendert Jesaja Mok (1882-1942)
Jacob Jonas van Gelder (1880-1942)
Vrouwtje van Gelder (1882-1942)
Elisabeth de Klerk (1879-1942)
Duifje de Klerk (1880-1942)
Harrij Klijnhoff (1883-1942)
Sara Klijnkramer (1903-1942)
Judith Klisser (1866-1942)
Vrouwtje Kloos (1886-1943)
Sara Kloot (1915-1943)
Mietje Kloot (1905-1942)
Alexander Kloot (1879-1943)
Maria Johanna Jacobs (1908-1942)
Sebilla van der Kloot (1930-1942)
Abraham van der Kloot (1886-1942)
Sara Knap (1883-1942)
Hero de Jager (1931-1943)
Hermina de Jager (1933-1943)
Abraham David Kniebel (1879-1943)
Clara Knoop (1909-1942)
Hartog Knoop (1895-1943)
Esther Knoop (1882-1943)
Helena Sylvia Knorringa (1921-1942)
Margiena Knorringa (1885-1942)
Jacques Koe (1899-1944)
Mathilde Epstein (1875-1943)
Sara Koekoek (1885-1942)
Jacob Koekoek (1871-1943)
Lea Koekoek (1906-1942)
Nn Jägers (1924-1942)
Olga Koevesi (1905-1944)
Josephina Israelina Kohen (1873-1942)
Stefanie Elisabeth Kohn (1897-1942)
Regina Kohn (1903-1943)
Abraham Kokernoot (1888-1943)
Lea Kokernoot (1901-1943)
Sophia van der Kolk (1908-1944)
Sophia van der Kolk (1908-1944)
Leonardus Jansen (1895-1943)
Leo Jansen (1920-1943)
Betje van Kollem (1898-1943)
Barend van Kollem (1890-1942)
Simon van Kollum (1900-1944)
Esther van Kollum (1892-1945)
Mozes Alexander van Kollum (1896-1944)
Simon van Kollum (1900-1944)
Esther van Kollum (1892-1945)
Esther van Kollum (1892-1945)
Mietje van Kolm (1883-1942)
Salomon Kool (1898-1942)
Marianne Kool (1901-1942)
Salomon Kool (1898-1942)
Petronella Kool (1885-1943)
Anna Grishaaver (1924-1942)
Rosette Kool (1897-1942)
Saartje Koopman (1887-1942)
Simon Meijer Roosnek (1904-1942)
Rachel Koopman (1912-1943)
Josef Koopman (1926-1943)
Nico Koopman (1928-1943)
Harry Koopman (1934-1943)
Marcus Koopman (1892-1943)
Samson Koopman (1898-1944)
Marianne Koorn (1934-1943)
Philip Koperberg (1899-1943)
Betje Koperberg (1938-1943)
Levie Koperberg (1911-1943)
Louis Machiel Koperberg (1940-1943)
Hartog Koperberg (1936-1943)
Eva koperenberg (1864-1943)
Marie Koppel (1890-1944)
Esther Kops (1894-1942)
Sara Kops (1866-1942)
Barend Salomon Kopuit (1902-1944)
Rachel Kopuit (1890-1943)
Elisabeth Kornalijnslijper (1932-1942)
Jonas Ephraïm Kornalijnslijper (1926-1942)
Sara Kornalijnslijper (1906-1943)
Nathan Kornalijnslijper (1903-1944)
Evaline Kornalijnslijper (1925-1942)
Elisabeth Kornalijnslijper (1917-1942)
Jacqus Lalome Kornalijnslijper (1891-1942)
Klaartje Kornalijnslijper (1885-1943)
Frederica Kornalijnslijper (1927-1942)
Philip Kornalijnslijper (1887-1942)
Helena Kornalijnslijper (1909-1943)
Maurice Jacques Kornalijnslijper (1925-1942)
Elisabeth Maria Kornalijnslijper (1912-1943)
Jeanette Kornalijnslijper (1937-1943)
Marcus Kornalijnslijper (1889-1942)
Lucie Korngold (1904-1942)
Liebman van Duren (1940-1942)
Wybesdr Jelckema (1903-1943)
Otto Nathan Kornhauser (1903-1943)
Aesghe Hettes Heringa thoe Hoxwier (1940-1942)
Bernhard Julius Kornhauser (1940-1942)
Nicolaas Meijvogel (1940-1942)
Otto Nathan Kornhauser (1903-1943)
Geert Baltus (1940-1942)
Johanna Maria de Lange (1940-1942)
Otto Nathan Kornhauser (1903-1943)
Mietje Korper (1891-1944)
Cornelis Andreas Cinjee (1880-1942)
Clemence Catharine Biber (1880-1942)
Johanna Susanne Catharina Carolina Gondlag (1880-1942)
Johanna Wilhelmina van der Laan (1880-1942)
Frida Charlotte Bertha Kosses (1925-1942)
Frida Charlotte Bertha Kosses (1925-1942)
Rachel Hendrina Kosses (1922-1942)
Salomon Kosses (1887-1942)
Rebecca Selma Kosses (1921-1942)
Emanuel Koster (1933-1942)
Eva Koster (1931-1942)
Israel Koster (1929-1942)
Martina Geerte (Geertje Maartens) Buur (Bruijr) (1902-1944)
Esther Koster (1899-1944)
Jonas Koster (1889-1943)
Jonas Koster (1889-1943)
Hartog Koster (1898-1943)
Siegfried Kraal (1894-1942)
Siegfried Kraal (1894-1942)
Louis Kraal (1869-1942)
Peter Kraal (1935-1942)
Siegfried Kraal (1894-1942)
Levie Kraal (1912-1944)
Siegfried Kraal (1894-1942)
Rosa Kraal (1902-1944)
Anna Kraal (1910-1942)
Martha Krammer (1884-1942)
Martha Krammer (1884-1942)
Dina Krammer (1897-1942)
Simsom Joseph Krant (1910-1942)
Everdina Louisa Maria Mulder (1878-1943)
Lea Krant (1913-1942)
Aaltje Krant (1912-1942)
Elisabeth Krant (1901-1943)
Joseph Krant (1878-1943)
Henriette Krant (1891-1942)
Meijer Krant (1904-1944)
Lena Krant (1934-1943)
Lion Krant (1932-1943)
Susanna Krant (1904-1942)
Joseph Krant (1874-1943)
Hedwig Kratzenstein (1895-1942)
Miriam Krausz (1908-1944)
Berta Krausz (1904-1944)
Rosa Rivka Krausz (1905-1944)
Lena van Kreeveld (1913-1942)
Abraham Kret (1914-1945)
Gerardus Mevissen (1909-1944)
Machiel Kreveld (1872-1943)
Gerrit Kreveld (1899-1942)
Sophie van Kreveld (1913-1943)
Elizabeth Krieks (1887-1942)
Sara Kroet (1898-1942)
Marie Kroet (1912-1943)
Hartog Kroet (1881-1943)
Jacob de Kromme (1905-1944)
Femina Kronenberg (1892-1944)
Godefrida Kronenberg (1897-1942)
Elisabeth Kronenberg (1889-1942)
Juda Kronenberg (1883-1942)
Alida Catharina Schaar (1892-1944)
Hanna Sara Kroon (1923-1942)
Pauline Lea - Pauline Kroon (1929-1942)
Hildegard Kroon (1920-1943)
Leentje Kroon (1885-1942)
Mannes Kroon (1898-1942)
Sara Kroon (1928-1942)
Samuel Kroon (1880-1943)
Abraham Kroon (1893-1942)
Benjamin Kroon (1882-1942)
Jozeph Kroon (1917-1942)
Eliëzer Kroon (1888-1943)
David Kroon (1920-1943)
Marcus Kroonenberg (1916-1942)
Jacob Kroonenberg (1918-1943)
Meijer Kroonenberg (1875-1944)
Willem Kroonenberg (1885-1942)
Juda Kroonenburg (1897-1943)
Hartog Streep (1939-1943)
Grietje Kropveld (1898-1942)
Mendel Kropveld (1868-1942)
Mendel Kropveld (1868-1942)
Marcus Kropveld (1939-1942)
Johanna Kropveld (1881-1942)
Carolina Kropveld (1888-1942)
Abraham Kropveld (1896-1943)
Lida Kropveld (1939-1943)
David Kropveld (1892-1943)
Lehman Kropveld (1889-1942)
Saartje Kropveld (1906-1943)
Elsiene Helena Kropveld (1909-1944)
Lida Kropveld (1939-1943)
C. Snijder (1939-1943)
Sophia Kropveld (1923-1942)
Roosje van der Kruk (1872-1942)
Christina Adriana (Tine, Tineke) van Kuik (1912-1945)
Theresia Kuit (1894-1942)
Duifje Kukenheim (1884-1943)
Bajla Kuperberg (1905-1942)
Nathan Kwetsie (1878-1943)
Betje van der Laan (1883-1943)
Vrouwtje Lagrand (1868-1942)
Aron Lagrand (1897-1942)
Wolf Lagrand (1875-1942)
Hartog Lagrand (1893-1943)
Rachel Sophia Lagrand (1913-1942)
Levie Lagrand (1896-1942)
Rebecca Lagrand (1917-1942)
Isaac Lagrand (1881-1942)
David Lagrand (1889-1942)
Rachel Lagrand (1891-1942)
Hartog Lagrand (1893-1943)
Sophia Lagrand (1923-1942)
Vrouwtje Lagrand (1903-1942)
Rachel Lagrand (1891-1942)
Hijman Lakmaaker (1887-1942)
Rinze van Houten (1872-1942)
Filina Lakmaker (1925-1942)
Sophia Lakmaker (1879-1942)
Mietje Lakmaker (1872-1942)
Hijman Lakmaker (1887-1942)
David Lakmaker (1933-1942)
Rossete Lakmaker (1876-1942)
Hijman Lakmaker (1887-1942)
Joost Lakmaker (1923-1943)
Rossete Lakmaker (1876-1942)
Sara Lakmaker (1934-1942)
Nn Holtman (1887-1942)
Marianne Lakmaker (1909-1942)
David Lakmaker (1891-1942)
Rachel Lakmaker (1926-1942)
Rossete Lakmaker (1876-1942)
Sophia Lakmaker (1898-1942)
Mietje Lakmaker (1872-1942)
Eduard de Schaap (1888-1943)
Johanna Lam (1882-1942)
Karel Salomon Lam (1888-1942)
Anna Lampetje (1925-1942)
Gerrit Lampetje (1900-1942)
Elsbeth Lande (1879-1944)
Naatje de Lange (1889-1943)
Salomon de Lange (1888-1943)
Naatje de Lange (1889-1943)
Sander de Lange (1897-1942)
Louis de Lange (1892-1943)
Louis de Lange (1919-1943)
Jozef Abraham de Lange (1917-1943)
Izak de Lange (1886-1943)
Leman de Lange (1881-1943)
Sinaida Leopoldovna Langer (1932-1942)
Olga Langer (1874-1945)
Margaretha Lap (1895-1942)
Maurits Lap (1916-1944)
Heintje Lap (1884-1942)
Mozes Lap (1863-1942)
Margit László (1898-1942)
Lazarus Lazarus (1870-1942)
Levie Jonas Leeda (1890-1944)
Hendrika Leeda (1899-1942)
Saartje de Leef (1906-1942)
Elize Nanette Jetty Leefsma (1911-1944)
Bertha van Leer (1916-1944)
Alexander Leeraar (1888-1945)
Theodor Tormans (1878-1943)
Samuel de Leeuw (1894-1943)
Abraham Mauritz de Leeuw (1885-1944)
Geertruida de Leeuw (1884-1943)
Henriëtte de Leeuw (1919-1943)
Joseph Levie de Leeuw (1885-1943)
Maurits de Leeuw (1891-1942)
Isaac de Leeuw (1871-1942)
Alex de Leeuw (1881-1942)
Celia (Carla) Levits (1913-1942)
Henriette de Leeuw (1919-1943)
Diena de Leeuw (1891-1942)
Jacob Marcus de Leeuw (1885-1943)
Saartje de Leeuw (1896-1944)
Grietje de Leeuw (1918-1942)
Abraham Mozes Lewijt (1913-1942)
Eva de Leeuw (1913-1942)
Mietje de Leeuw (1889-1942)
Jan de Leeuw (1877-1943)
Duifje de Leeuw (1868-1943)
Betje Levi (1913-1942)
Abraham de Leeuw (1900-1942)
Henriette de Leeuw (1887-1943)
Herman Abraham de Leeuw (1875-1942)
Esther Workum (1863-1943)
Antje de Leeuw (1880-1944)
Heintje de Leeuw (1899-1942)
Samuel de Leeuw (1932-1944)
Eduard de Leeuwe (1882-1942)
Rachel de Leeuwe (1902-1942)
Jacob Leeuwen (1920-1943)
Mozes Leeuwen (1916-1943)
Philippus Leeuwen (1888-1942)
David van Leeuwen (1896-1942)
Abraham van Leeuwen (1872-1942)
Mozes van Leeuwen (1934-1942)
Klaartje van Leeuwen (1879-1943)
Wolf van Leeuwen (1929-1942)
Maria Elizabet Leever (1914-1944)
Heiman Leezer (1856-1943)
Max Leezer (1924-1942)
Jacob Leezer (1884-1942)
Daniël Leezer (1916-1943)
Louis Leijden van Amstel (1887-1942)
Rebecca Leijden van Amstel (1904-1943)
Arnold Leijden van Amstel (1891-1942)
Schoontje Leijden van Amstel (1884-1943)
Israël Leijden van Amstel (1889-1943)
Sara Leijden van Amstel (1893-1943)
Sientje Leijden van Amstel (1902-1942)
Marianne Levie Lelie (1885-1942)
Betje Lelie (1879-1942)
Rosa Levie Lelie (1887-1942)
Ester Levie Lelie (1875-1943)
Rebecca Regina Celine Léon (1900-1942)
Sara Lerner (1878-1942)
Salomon Keizer (1874-1942)
Louis Leuw (1920-1942)
Isaäc Leuw (1885-1942)
Rebecca Leuw (1924-1945)
Daniël Lever (1864-1942)
Sophia Lever (1901-1942)
Rolf Jules Levi (1940-1944)
Jetje Levie (1881-1942)
Hartog Levie (1915-1942)
Abraham Levie (1891-1943)
Elizabeth Levie (1870-1943)
Wolf Levie (1917-1944)
Raymond Penn Warren (1894-1942)
Flora Levie (1880-1942)
Barend Machiel Levie (1882-1943)
Jacob Levie (1877-1942)
Abraham Levie (1891-1943)
Abraham Levie (1891-1943)
Anna Levie (1884-1944)
Elisabeth Levie (1893-1943)
Max Louis Levie (1921-1943)
Jeannette Caroline Josephine J. Levie (1894-1942)
Saartje de Levie (1887-1942)
Jetta Leviet (1877-1942)
Jetta Leviet (1877-1942)

Nathan Leviet (1879-1942)
Sophia Levin (1856-1942)
Eliazer Levit (1879-1942)
Saartje Levitus (1885-1942)
Saartje Levitus (1885-1942)
Rosetta Victoria Levitus (1894-1942)
Rosetta Victoria Levitus (1894-1942)
Saartje Levitus (1885-1942)
Jakob Levitus (1896-1942)
Jakob Levitus (1896-1942)
Johanna Levitus (1928-1942)
Geertje Levitus (1938-1942)
Benjamin Levitus (1892-1942)
Rozetta Levitus (1893-1943)
Jetta Levitus (1881-1942)
Rebekka Levitus (1873-1942)
Rosina Levy (1878-1942)
Renee Ketty Levy (1932-1942)
Helene Levy (1891-1944)
Alfred Isidore Lewijt (1906-1943)
Benjamin Roeper (1906-1943)
Debora Lewijt (1875-1943)
Joseph Isaac Lewijt (1858-1942)
Sophia Lewijt (1873-1943)
Hartog Lewijt (1880-1943)
Lion Lewijt (1879-1943)
Salomon Lewijt (1877-1942)
Arie Pius Lewijt (1912-1943)
Rosette Lewijt (1873-1943)
Rachel Scheffer (1858-1942)
Betje Isaac Lewijt (1858-1942)
Elisabeth Lewijt (1911-1944)
Grietje Lewijt (1870-1943)
Sara Mozes Lewijt (1873-1943)
Sara Lezer (1921-1943)
Freerk Marcus Lezer (1929-1942)
Andries Lezer (1919-1942)
Johanna Lezer (1931-1942)
Levie Freerk Lezer (1926-1943)
Grietje Lezer (1927-1942)
Dientje de Lieme (1874-1942)
Mauritsina Bertha Johanna van Lier (1917-1943)
Louis van Lier (1870-1943)
Felicia van Lier (1902-1943)
Marianne van Lier (1879-1943)
Jetje Lierens (1906-1943)
Andries Lierens (1919-1942)
Rozette Lierens (1910-1942)
Salomon Zalman Meyer Voorzanger Klover (1938-1944)
Henricus van Lieshout (1921-1944)
Siegmond Lievendag (1904-1943)
Clotilde Kaatje Lievendag (1904-1944)
Henriëtte Lievendag (1906-1943)
Eva Lievendag (1877-1942)
Selma Henriëtte Lievendag (1939-1942)
Johan Lievendag (1933-1942)
Jan Groen (1914-1942)
Maria van den Berg (1882-1942)
Deeltje Wachter (1908-1943)
George Spee (1921-1943)
Elizabeth Johanna de Prouw (1907-1942)
Abraham van der Lijn (1921-1943)
Jacob Moerland (1882-1942)
Aagje Zandstra (1908-1943)
Apolonia Gabriëlse (1914-1942)
Jacob Limburg (1879-1943)
Dientje de Lime (1877-1942)
Dientje de Lime (1877-1942)
Dientje de Lime (1877-1942)
Maria Lindeman (1907-1943)
Elisabeth Lindeman (1902-1942)
Rosa Lion (1874-1942)
Clara Lisser (1901-1943)
David Lisser (1871-1943)
Mietje van Tinteren (1911-1942)
Cornelis Gerardus van Tinteren (1913-1942)
Klaas Jacob van Tinteren (1910-1942)
Magdalena van Tinteren (1909-1942)
George Löb (1909-1942)
Hendrika van Tinteren (1908-1942)
Theodora Löb (1911-1942)
Ernst Löb (1913-1942)
Robert Löb (1910-1942)
Lina Löb (1908-1942)
Salomon van Lochem (1907-1942)
Salomon van Lochem (1907-1942)
Mozes Locher (1899-1943)
Abraham Locher (1905-1944)
Benvenida van Loen (1890-1943)
David van Loen (1872-1943)
Benvenida van Loen (1880-1943)
Levie Wegloop (1872-1943)
Jeanne Loewenstein (1928-1942)
Helene Loewenstein (1933-1942)
Naatje Loeza (1901-1942)
Sara Benjamin Graanboom (1901-1942)
Frederika van Loggem (1884-1944)
Judith van Loggem (1879-1942)
Geertruijda van der Loo (1908-1942)
Geertruijda van der Loo (1908-1942)
Geertruijda van der Loo (1908-1942)
Geertruijda van der Loo (1908-1942)
Hendrik van der Loo (1908-1942)
Geertruijda van der Loo (1908-1942)
Rijmpje Bos (1908-1942)
Geertruijda van der Loo (1908-1942)
Clara van Loon (1889-1942)
Sara Loonstein (1930-1942)
Israël Loonstein (1864-1943)
Joseph Loonstijn (1926-1944)
Salomon Loonstijn (1905-1944)
Mozes Looper (1866-1942)
Cornelisje Cornelisd X Kok (1891-1945)
Estella Jacobsd Loopuit (1891-1945)
Sientje Lootje (1877-1943)
Kaatje Lootsteen (1899-1942)
Margaretha Lopes Cardozo (1928-1942)
Sophia Lopes Cardozo (1925-1942)
Elise Lopes Cardozo (1932-1942)
Salomon Lopes Cardozo (1904-1942)
Isaac Lopes Cardozo (1885-1942)
Alida Lopes Dias (1935-1943)
Clara Lopes Dias (1933-1943)
David Lopes Dias (1916-1942)
Daniël Lopes Dias (1904-1944)
Aron Lopes Dias (1911-1944)
Dora Löwenberg (1887-1944)
Leentje Lowenstein (1888-1942)
Rebecca(Brechtje) Luks (1877-1942)
Reintje Luza (1889-1943)
Elisabeth Rosalie Maas (1920-1943)
Jacob Maas (1919-1942)
Esther Maas (1893-1942)
Lea Elisabeth Maas (1924-1942)
Emilie Maas (1924-1943)
Meijer Maas (1888-1942)
Marcel Maas (1922-1942)
Betje Magnes (1897-1942)
Elkan de Magtige (1887-1943)
Dina Maij (1877-1942)
Eugenius Rudolph Manassen (1883-1943)
Isaäc van Gelder (1922-1943)
Sybilla Manheiim (1917-1945)
Flora Manheim (1877-1942)
Betje Lakmaker (1863-1943)
Isaac Marcus (1863-1943)
Victor Emanuel Kropveld (1863-1943)
Dirk van der Mark Aalbertsz (1871-1942)
Malwina Marjasch (1901-1942)
Bertha (Becki) Markreich (1890-1942)
Max Markreich (1890-1942)
Meijer Markus (1883-1942)
Sara Markus (1920-1943)
Mietje Markus (1895-1943)
Clara Hanna Marx (1924-1942)
Leentje Mathijse (1871-1942)
Jacob Matteman (1903-1944)
Henriette Matteman (1881-1942)
Annetje Matteman (1896-1942)
Rika Mechanicus (1922-1942)
Jesaia Meents (1906-1942)
Elisabeth Meents (1935-1942)
Benjamin Meents (1912-1942)
Rachel Meibergen (1903-1943)
Emma Meier (1909-1942)
Adolf Meier (1891-1944)
Adolf Meier (1891-1944)
Daniël Meijer (1892-1943)
Carolina Meijer (1926-1942)
Joseph Meijer (1907-1942)
Else Meijer (1897-1942)
Julchen Meijer (1933-1942)
Esther Meijer (1926-1942)
Bertha Meijer (1908-1943)
Rachel Meijer (1942-1943)
Sara Meijer (1898-1942)
Sientje Ruben Meijer (1901-1942)
Carolina Meijer (1926-1942)
Dina Meijer (1891-1942)
Betje Meijer (1892-1942)
Carolina Saartje Meijer (1942-1943)
Juda Meijer (1886-1944)
Schoontje Meijer (1876-1942)
Mozes Meijer (1883-1942)
Jacob Meijer (1823-????)
Daniël Meijer (1882-1943)
Hendriëtte Meijer (1915-1943)
Saartje Meijer (1937-1943)
Leentje Meijer (1941-1943)
Jacob Meijer (1921-1943)
Abraham Meijer (1887-1942)
Hartog Meijer (1907-1944)
Jacob Meijer (1921-1943)
Sara Meijer (1879-1943)
Charlotte Meijerheim (1883-1942)
Berend Meijering (1892-1944)
Leentje Meijers (1908-1942)
Henri Meijers (1925-1943)
Manuel Meijers (1918-1943)
Rebekka Meijers (1892-1942)
Leentje Meijers (1907-1942)
Ida Jeannette Meijers (1914-1942)
Philip Levie Meijers (1919-1943)
Stella Bertha Meijers (1918-1945)
Bernard Meijers (1886-1942)
Leentje Meijers (1908-1942)
Arnold Luciën Meijerson (1892-1944)
Rosa Sophia Meijler (1942-1942)
Salomon (Salli) Meijler (1908-1943)
Adolf Meijler (1879-1942)
Jacob Meljado (1936-1942)
Bendita Meljado (1915-1943)
Judith Meljado (1872-1943)
Benjamin Meljado (1910-1942)
Engeltje Meljado (1908-1942)
Bendita Meljado (1915-1943)
Benjamin Meljado (1915-1942)
Mozes Melkman (1881-1943)
Esther Menassen (1864-1942)
Rosa Menassen (1862-1943)
Celina Menco (1860-1943)
Celina Menco (1860-1943)
Ruth Mendel (1920-1943)
Sara Mendels (1904-1942)
Pietje Mendels (1882-1943)
Henriëtte Maria Therese Mendelssohn (1905-1944)
Karel Ferdinand Pahud de Mortagnes (1905-1944)
Emmanuelle de Crussol d'Uzès (1905-1944)
Henriette Mendelssohn (1905-1944)
Cornelia Mendes (1915-1942)
Judith Mendes Da Costa (1881-1944)
Meijer Menist (1868-1943)
Jacob Menist (1870-1942)
Jacob Menist (1870-1942)
Sientje Menist (1909-1942)
Esther Menist (1901-1942)
Bertha Rosalie Telza Menko (1883-1943)
Rosalie Mietje Menko (1890-1942)
Judith Truitje Menko (1910-1942)
Henriette Menko (1895-1943)
Isidoor Julius Menko (1875-1943)
Johan Hendrik Menko (1898-1944)
Ernst Menko (1908-1944)
Alida Mesritz (1894-1942)
Rebecca Messcher (1882-1942)
Eva van Messel (1859-1943)
Rosa de Metz (1916-1942)
Herman de Metz (1870-1942)
Benjamin de Metz (1904-1942)
Regina de Metz (1896-1942)
Levie de Metz (1898-1942)
Keetje Metzelaar (1909-1942)
Bertha Metzelaar (1889-1942)
Jacob Metzelaar (1888-1943)
Kaatje (Ribca) Milhado (1865-1943)
Carolina Elisabeth Miller (1901-1944)
Chaja Sura Milsztajn (1912-1944)
Chaja Hudes Milsztajn (1889-1944)
Moszek Aron Milsztajn (1916-1944)
Betje Minco (1919-1942)
Elizabeth Minco (1897-1942)
Henriëtte van Minde (1888-1943)
Eliazer van Minde (1894-1944)
Jacob Jokeb Michael Voorzanger Chazzan (1887-1943)
Mozes Nathan Vissel Lubich (1896-1943)
Sientje Mof (1896-1943)
Martha Moffie (1913-1944)
Heintje Moffie (1859-1943)
Wilhelmina Smit (1907-1943)
Heintje Moffie (1907-1943)
Henriëtta Mogendorff (1908-1942)
Israël Mogendorff (1875-1944)
Jacob Meijer Mogroby (1870-1944)
Jacob Meyer Mogroby (1870-1944)
Abraham Mok (1881-1942)
Jantje Gersons de Jong (1890-1942)
Elisabeth Mok (1912-1943)
Sophie Mok (1890-1942)
Elisabeth Mok (1912-1943)
Catharina Mok (1900-1943)
Hartog Eliazer Hammelburgh (1873-1943)
Rachel Mok (1873-1943)
Sophie Machielsd X Mok (1911-1944)
Anette Rundström (1873-1943)
Rachel Mok (1888-1943)
Abraham Mol (1869-1942)
Abraham Mol (1869-1942)
Meijer Mol (1915-1942)
Antje Mol (1914-1943)
Salomon Mol (1891-1942)
Jaantje Mol (1855-1943)
Abraham Mol (1869-1942)
Salomon Monnickendam (1887-1943)
Geertruida Droogleever Fortuin (1887-1943)
Elisabeth Monnikendam (1906-1944)
Femmie Montanhes (1910-1942)
Hartog Mooij (1873-1942)
Frederika Mooij (1906-1942)
Hartog Mooij (1873-1942)
Mina Mooij (1903-1943)
Rebecca Mooij (1917-1943)
Klasina Gerritsen (1883-1943)
Jacob van Moppes (1920-1943)
Levie van Oss (1917-1942)
Rosalina Nathan Frank (1912-1942)
Mozes Morpurgo (1893-1943)
Matheus Claeszn Cranenburgh (1930-1943)
Mordechai Morpurgo (1885-1942)
Anna Morpurgo (1922-1943)
Eliazer Morpurgo (1888-1942)
Johanna van Gelder (1881-1943)
Jacob Hartog Morpurgo (1934-1944)
Claes Willemszn Cranenburgh (1927-1943)
Carla Celina Morpurgo (1930-1944)
Jacob Morpurgo (1910-1942)
Cornelis Meesz Cranenburgh (1884-1943)
Roosje Morpurgo (1867-1943)
Marianne Morpurgo (1887-1943)
Wolf Morpurgo (1879-1943)
Vogelina Morpurgo (1925-1944)
Izaäk de la Fuente Morpurgo/ (1901-1944)
Aäron Morpurgo (1885-1942)
Jansje Moscoviter (1887-1942)
Samuel Moses (1890-1942)
Louis Moses (1912-1943)
Eva Moses (1886-1942)
Samuel Moses (1890-1942)
Simon Moses (1890-1943)
Simon Moses (1890-1943)
Eva Moses (1886-1942)
Louis Moses (1912-1943)
Samuel Moses (1861-1942)
Nathan Moses (1882-1942)
Eva Moses (1886-1942)
Eva Moses (1886-1942)
Samuel Moses (1890-1942)
Nathan Moses (1882-1942)
Simon Moses (1890-1943)
David Mossel (1878-1942)
Salmina Mossel (1908-1942)
Alida Mossel (1916-1943)
Abraham Mossel (1903-1943)
David Mossel (1878-1942)
Rudolf Victor Mossel (1943-1943)
Simon Mossel (1912-1942)
Salima Mossel (1908-1942)
Joseph Jacob Rodriguez (1896-1943)
Elisabeth Mot (1896-1943)
Jerry Tertaas (1896-1943)
Simon Mouwes (1888-1942)
Willem Tabakspinder (1888-1942)
Mozes Mozes (1867-1942)
Hendrikje Minzes van den Berg (1882-1943)
Abraham Mozes (1880-1942)
Fokkien Israëls Mozes (1882-1943)
Mozes Mozes (1884-1942)
Fokje Mozes (1909-1942)
Rachel Mozes (1905-1942)
Mozes Schnitzler (1868-1943)
Philip Abraham Mug (1885-1942)
Mietje Muijs (1901-1942)
Gerrit Mulder (1889-1943)
Marie Mulder (1882-1942)
Celine Mulder (1920-1942)
Sara Mulder (1902-1942)
Samuel Mullem (1904-1942)
Liefman Muller (1903-1943)
Marianne Munnikendam (1936-1943)
Henriëtte Mutsemaker (1891-1944)
Helena Mutsemaker (1887-1942)
Mietje Mutsemaker (1899-1942)
Elisabeth Mutsemaker (1899-1942)
Selma Nabarro (1927-1942)
Anna Nabarro (1896-1944)
Jacques Nabarro (1920-1942)
Abraham Nabarro (1889-1943)
Jacob Nabarro (1921-1943)
Anton Nabarro (1934-1943)
Anna Nabarro (1914-1942)
Abraham Nabarro (1868-1943)
Eva Nabarro (1895-1942)
Mozes Nabarro (1888-1942)
Debora Nabarro (1916-1943)
Kaatje Nabarro (1915-1942)
Emanuel Nabarro (1889-1942)
Joseph Emanuel Nabarro (1928-1942)
Salomon Nabarro (1894-1943)
Isaäc Nabarro (1899-1942)
Rolien Bep Nabarro (1935-1942)
Rika Nathans (1900-1944)
Anna Natkiel (1919-1943)
Rosette Natkiel (1887-1943)
Benjamin Nebbig (1886-1943)
Sara Nebig (1921-1942)
Mozes Nebig (1909-1943)
Vrouwtje Neeter (1897-1942)
Rebecca Neter (1938-1942)
Aaltje Neter (1933-1942)
Hartog Neuburger (1876-1942)
Hannah Neugarten (1918-1942)
Henriette Neugarten (1887-1943)
Martha Nieweg (1917-1942)
Kaatje Nijkerk (1887-1942)
Salomon Nijkerk (1889-1942)
Jeanne Nijkerk (1894-1942)
Eliazer Nijkerk (1888-1943)
Espérance Alida Nijkerk (1921-1942)
Gabriel Nijkerk (1860-1943)
Kaatje Willems van 'T Hoff (1872-1943)
Helena Nijstad (1896-1944)
Betje Nikkelsberg (1925-1943)
Esther Nikkelsberg (1921-1944)
Femmina Nikkelsberg (1922-1944)
Isaak Noach (1908-1943)
Samuel Abraham Noach (1882-1942)
Lion Simon Noach (1936-1943)
Eddy Catharina Noach (1942-1944)
Lion Noach (1878-1943)
Philip Noach (1940-1944)
Johanna Noach (1909-1942)
Sara Noach (1934-1944)
Sophia Noach (1906-1943)
Elizabeth Noach (1891-1943)
Samuel Noach (1882-1942)
Cilia Noach (1871-1943)
Jacob Nol (1883-1942)
Bertha Machiels Noort (1881-1942)
Geertjen Herms (1885-1942)
Mozes Foyer (Foijer) (1868-1944)
Judic Hartog Lissa (also- Lussa) (1865-1942)
Hartog Noot (1910-1941)
Sarah Noot (1887-1942)
Batseba Noot (1865-1942)
Hermanus Hoogland (1865-1942)
Philip Noot (1873-1943)
Judith Noot (1885-1942)
Hendrik van der Wel (1943-1944)
Richard Albertus Hoogland (1873-1943)
Henriette Noot (1873-1943)
Bathseba Noot (1889-1943)
Rieky Holtman (1887-1942)
David Nord (1918-1944)
Isaak Joseph Nord (1903-1944)
Rebecca Nord (1911-1943)
Rebecca Nord (1911-1943)
Mietje Nord (1908-1944)
Mietje Nord (1908-1944)
Elisabeth Nord (1917-1942)
Nannij Eva Norden (1895-1943)
Haskel Nort (1877-1943)
Mietje Nort (1870-1943)
Dina Northeimer (1885-1942)
Abigael Nunes Nabarro (1886-1943)
Sophia Nunes Vas (1901-1943)
Mordechai Nunes Vaz (1876-1943)
Judith Nunes Vaz (1872-1944)
Hans Joachim Nussbaum (1935-1944)
Benedix Nussbaum (1876-1944)
Gretel Nussbaum (1911-1944)
Grietje Oesterman (1883-1942)
Elizabeth Oesterman (1875-1942)
Jet Offenbach (1885-1943)
Peeter die Wuest (van Peelt) (1889-1943)
Clara Dina Okker (1915-1942)
Rachel Okker (1880-1943)
Henriette Okker (1916-1942)
Sara Okker (1883-1943)
Simon Okker (1882-1942)
Rebekka Okker (1885-1942)
Adolphe Okker (1886-1942)
Rebecca d'oliveijera (1882-1943)
Rebecca d'Oliveijera (1882-1943)
Rebecca d'Oliveijra (1882-1943)
Jacques d'Oliveijra (1901-1942)
Henri d'Oliveijra (1939-1942)
Raphael d'Oliveijra (1885-1942)
Maria de Oliveira (1901-1943)
Abraham van Oosten (1898-1943)
Jonas van Oosten (1865-1942)
Jonas van Oosten (1865-1942)
Abraham van Oosten (1898-1943)
Marianne Orgelist (1885-1943)
Abraham Ortje (1873-1943)
Gerdina Os (1894-1942)
Gerdina Os (1894-1942)
Duifje van Os (1898-1944)
Andries van Os (1917-1944)
Vogelina van Os (1941-1944)
Rachel van Os (1899-1942)
Neftalie van Os (1911-1944)
Vogeline van Os (1931-1944)
Joseph van Os (1936-1944)
Mina van Os (1935-1942)
Truitje van Os (1915-1942)
Nathan van Os (1924-1942)
Nathan van Os (1907-1943)
Duifje van Os (1860-1943)
Betje van Os (1906-1942)
Esther van Os (1901-1943)
Salomon van Os (1922-1944)

Dina Workum (1872-1943)
Francisca Jacobina van Oss (1872-1943)
Aaltje Ossedrijver (1874-1943)
Jonas Ossedrijver (1885-1942)
Moses Eliazer Ossendrijver (1921-1942)
Judith Ossendrijver (1923-1942)
Jansje Ossendrijver (1910-1942)
Grietje Roeper (1910-1942)
Anna Ossendrijver (1871-1942)
Leendert Ossendrijver (1886-1942)
Marcus Ossendrijver (1869-1942)
Mietje Oudkerk (1879-1943)
Treesje Ourhaan (1906-1942)
Rosa Ourhaan (1900-1943)
Johanna Outs (1911-1944)
Rika Overste (1933-1942)
Samuel Overste (1919-1942)
Simon Overste (1898-1943)
Samuel Overste (1871-1942)
Ezechiel Salomon Slijper (1897-1944)
Alexander Pach (1913-1942)
Barend Pach (1917-1942)
Anna Pach (1915-1942)
Annetje Pach (1896-1943)
Anna Pach (1882-1943)
Anna Pach (1882-1943)
Helena Paes (1918-1943)
Jacob Leenaard Pagrach (1939-1942)
Jacob Leenaard Pagrach (1939-1942)
Isidoor Pagrach (1937-1942)
Helena Pagrach (1903-1942)
Benjamin Pagrach (1902-1942)
Benjamin Pagrach (1902-1942)
Isidoor Pagrach (1937-1942)
Hendrikus Lucas Pakker (1923-1945)
Sariena Palm (1916-1944)
Schoontje Pampel (1880-1942)
Joseph Papegaai (1887-1942)
Bloeme Papegaai (1864-1942)
Wolf Pappie (1897-1942)
Salomon Pappie (1929-1942)
David Paraira (1897-1942)
Debora Estella Parijs (1935-1944)
Isaac Parijs (1906-1944)
Willy Parijs (1936-1944)
Hartog Park (1889-1942)
Marinus Alfred de la Parra (1878-1944)
Sophia Parser (1875-1942)
Eva Parser (1862-1943)
Salomon Hijman Parser (1908-1944)
Mietje Parser (1921-1942)
Hester Parser (1912-1942)
Anna Adriana Parser (1921-1942)
Meijer Joseph Parser (1897-1942)
Mozes Schreeuwer (1912-1942)
George Parser (1900-1943)
Esther Peekel (1900-1944)
Abraham Peekel (1926-1942)
Bloeme Peekel (1921-1942)
Michel Harry Peekel (1930-1942)
Mozes Peekel (1894-1942)
Machiel Simon Peekel (1858-1942)
Marianna Peeper (1901-1942)
Cato Peeper (1916-1942)
Jacob Christiaan Reijnders (1916-1942)
Cato Peeper (1916-1942)
Henriëtte Peeper (1905-1942)
Rosetta Peeper (1866-1942)
Flora Peereboom (1938-1942)
Jacques Franklin Peereboom (1941-1942)
Flora Peereboom (1926-1944)
Mozes Peereboom (1887-1943)
Margaretha Peereboom (1894-1943)
Margaretha Pekel (1892-1942)
Eva Pekel (1892-1942)
Vrouwtje Pekel (1891-1942)
Esther Pekel (1897-1942)
Francina xx2xx Pekel (1903-1942)
Esther Pekel (1867-1942)
Nathan Pekel (1896-1943)
Juliette Penha (1921-1942)
Esther Penha (1866-1943)
Gabriel Penha (1889-1942)
Joseph de la Penha (1879-1942)
Geertjen Lensink (1866-1943)
Grietje Pens (1866-1943)
Grietje Pens (1866-1943)
Grietje Pens (1866-1943)
Philip Peper (1878-1942)
Levie Peper (1905-1942)
Abraham peperwortel (1885-1942)
Sientje Peperwortel (1898-1942)
Naatje Peperwortel (1908-1942)
Naatje Peperwortel (1908-1942)
Jacob 'Joseph' Peperwortel (1862-1942)
Hersch Pfeffer (1880-1942)
Judith Philip (1867-1943)
Joseph Philips (1884-1942)
Clara Philips (1873-1942)
Amon Mozes Philips (1886-1943)
Mozes Philips (1915-1942)
Nelly Natalie Philips (1913-1943)
Susanna Philips (1938-1942)
Anna Elisabeth Pienas (1891-1943)
Elizabeth Pierot (1887-1942)
Elizabeth Pierot (1887-1942)
Boas Pijnappel (1868-1943)
Marianne Pijnappel (1893-1943)
Estella Pijnappel (1931-1943)
Philip Pijpeman (1872-1942)
Levie Piller (1867-1943)
Sara Piller (1910-1943)
Mietje Piller (1906-1942)
Marianne Piller (1875-1942)
Gerrit Piller (1902-1943)
Jacob Piller (1890-1944)
Henderika Piller (1915-1943)
Heintje Piller (1903-1942)
Sara Piller (1910-1943)
Marianne Piller (1875-1942)
Abraham Piller (1870-1942)
Mozes Pimpentel (1893-1943)
Jacques Issak Pinheiro (1930-1942)
Hendrina Pinheiro (1932-1942)
Herman Pinheiro (1908-1942)
Asser Pinto (1896-1941)
Matje Marens Courant (1912-1942)
Isaäc Plas (1886-1942)
Engelina van Praag (1903-1944)
Mirjam Plas (1912-1942)
Sara Plas (1919-????)
David Solomon Kropveld (1912-1942)
Kaatje Plas (1881-1942)
Heintje Plas (1869-1943)
Maurits Mozes Plas (1908-1944)
Bennie van Essen (1908-1944)
Judith Plas (1903-1944)
Levie Plas (1881-1940)
Marco Wielinga (1903-1944)
Joseph Plas (1870-1942)
Mozes Plas (1908-1944)
Joseph Plas (1871-1942)
Judith Jetty Plas (1908-1944)
Elviere Maria Josepha Platz (1891-1942)
Rebecca Sophia van Ploeg (1888-1943)
Betje Plotske (1914-1942)
Jacob Plotske (1911-1943)
Benedictus Plotske (1884-1942)
Eva Plukker (1891-1944)
Willem Frederik Poerstamper (1914-1945)
Dina Polack (1898-1942)
Felix Polack (1879-1942)
Geertruida Polak (1892-1943)
Heintje Polak (1892-1943)
Isidore Polak (1890-1942)
Helena Polak (1894-1942)
Betje Polak (1885-1943)
Rachel Polak (1911-1942)
Geertje Kooij (1892-1942)
Sophia Hartog Polak (1893-1942)
Reintje Polak (1891-1944)
Mozes Polak (1897-1942)
David Polak (1871-1942)
Caroline Polak (1889-1942)
Rachel Salomon Blitz (1893-1942)
Mijntje Vlug (1881-1942)
Simon Polak (1878-1942)
Albert Hartog Polak (1886-1944)
Joseph Polak (1885-1942)
Salomon Polak (1899-1943)
Rijntje Polak (1900-1942)
Emanuel Polak (1882-1942)
Elisabeth Polak (1866-1943)
Hannchen Polak (1884-1942)
Aaron Adam Koe (1889-1944)
Salomon Hartog Polak (1887-1942)
Lena Polak (1905-1943)
Kalmon Polak (1869-1942)
Sara Raphael Leitsan (1893-1942)
Giesbert Veenhuis (Veenhuizen) (1876-1942)
Reina Polak (1914-1942)
Duifje Polak (1904-1943)
Ganna Sameline Polak (1893-1942)
Antje Polak (1897-1942)
Eva Polak (1922-1942)
Johanna Polak (1919-1942)
David Salomon Polak (1882-1943)
Dina Kitty Polak (1938-1944)
Jonas Mozes Polak (1914-1943)
Esther Polak (1892-1943)
Levie Turfrijer (1886-1942)
Rosa Polak (1886-1942)
Rachel Polak (1888-1942)
Salomon Hartog Polak (1887-1942)
Saartje Polak (????-1942)
Elisabeth Polak (1891-1943)
Maurits Polak (1892-1943)
Lottij Dora Polak (1907-1944)
Flora Polak (1888-1942)
Francisca Polak (1899-1943)
Isaac Kalmon Polak (1899-1942)
Regina van Emden (1938-1944)
Rosa Polak (1886-1942)
Johanna Polk (1904-1942)
David Polk (1872-1942)
Salomon Polk (1867-1941)
Jacques Leon du Pont (1943-1943)
Sophie Pool (1881-1942)
Sophie Pool (1881-1942)
Simon Hartog Poons (1876-1942)
Meyer Eduard Frits Poons (1942-1943)
Meijer Poons (1888-1942)
Simonetta Ezechiël Poons (1895-1943)
Meyer Eduard Frits Poons (1942-1943)
Aaron Poons (1879-1943)
Meijer Poons (1888-1942)
Mozes Poons (1917-1943)
Mozes Poons (1917-1943)
Mozes Poons (1917-1943)
Meijer Poons (1888-1942)
Meyer Eduard Frits Poons (1942-1943)
Levie Michiel Yechiel Rosen Kopenhagen (1922-1943)
Jeannette Poppegaai (1915-1942)
Sophie Regina Poppelsdorf (1920-1944)
Salomon Poppelsdorf (1906-1942)
Salomon Poppelsdorf (1906-1942)
Esther Poppelsdorf (1888-1942)
Louis Poppers (1886-1942)
Sophia Poppers (1882-1943)
Esther Porcelijn (1903-1942)
Helena Porcelijn (1922-1942)
Hartog Porcelijn (1914-1943)
Bloeme Porcelijn (1940-1942)
Abraham Porcelijn (1887-1942)
Elisabeth Porcelijn (1915-1942)
Mietje Porcelijn (1897-1942)
Jeannette Porcelijn (1907-1942)
Salomon Porcelijn (1883-1943)
Betje Porcelijn (1886-1942)
Rika Porcelijn (1940-1942)
Elias Porcelijn (1899-1943)
Simona Porcelijn (1934-1942)
Rachel Porcelijn (1901-1942)
Clara Porcelijn (1916-1942)
Stella Porcelijn (1925-1942)
Rachel Porcelijn (1921-1944)
David Porcelijn (1927-1942)
Esther Posener (1872-1942)
Rosa Posener (1914-1942)
Rachel Posener (1895-1942)
Esther Posener (1872-1942)
Frits Leendert Posener (1940-1944)
Abraham Posner (1889-1942)
Hanna Posner (1874-1942)
Emma Posner (1898-1943)
Abraham Posner (1889-1942)
Mozes Post (1865-1943)
Mozes Post (1925-1942)
Sara Post (1918-1942)
Dina Post (1891-1942)
Simon Post (1924-1942)
Esther Post (1891-1942)
Elias van Praag (1880-1942)
Jacob Roeper (1889-1942)
Jan Bos (1888-1942)
Gerrit 'Nathaniel' van Praag (1895-1942)
Joël van Praag (1919-1943)
Rebecca Roeper (1889-1942)
Clara van Praag (1892-1942)
Samuel van Praag (1899-1944)
Ezechiël (Gerrit) van Praag (1906-1944)
Juda van Praag (1916-1942)
Meijer van Praag (1916-1944)
Salomon 'Nathaniel' van Praag (1903-1942)
Mozes 'Nathaniel' van Praag (1897-1943)
Salomon van Praag (1889-1942)
Michel van Praag (1904-1943)
Izaac Nathan Roeper (1889-1942)
Aaltje van Praag (1874-1942)
Isaac Benedictus Arbeid (1889-1942)
Samson Roeper (1889-1942)
Hartog Simon van Praag (1873-1943)
Jacob van Praag (1895-1943)
Elias van Praag (1880-1942)
Marietje van Praag (1901-1942)
Joseph van Praag (1889-1942)
Rebecca van Praag (1890-1943)
Rebecca van Praag (1888-1942)
Marianne van Praagh (1911-1942)
Elly Premsela (1914-1943)
Bendictus Premsela (1889-1944)
Hendrika Gesina Frederika Funke (1928-1943)
Aaron Premselaar (1928-1943)
Friedrich Conrad Stähle (1920-1944)
Jacob Premselaar (1897-1943)
Abraham Premselaar (1920-1944)
Elisabeth Premseler (1889-1942)
Stella Pressburger (1903-1945)
Emanuel Presser (1932-1944)
Isaac Presser (1916-1943)
Naatje Presser (1904-1942)
Maurits Presser (1916-1942)
Bloeme Presser (1892-1942)
Isaac Presser (1916-1943)
Salomon Presser (1904-1942)
Anna Presser (1910-1942)
Salomon Presser (1904-1942)
Kato Presser (1928-1942)
Maurits Presser (1916-1942)
Salomon Presser (1891-1943)
Anca Presser (1941-1942)
Keetje Presser (1925-1942)
Sippora Presser (1933-1944)
Maurits Presser (1916-1942)
Sipora Presser (1924-1942)
Anna Presser (1910-1942)
Levie Presser (1922-1945)
Rachel Prince (1870-1942)
Emanuel Prins (1897-1943)
Cecilia Prins (1935-1942)
Mietje Prins (1898-1942)
David Prins (1934-1942)
Mozes Liepman Prins (1941-1942)
Cato Prins (1881-1943)
Mathilda Prins (1916-1943)
Mozes Matthijs Prins (1911-1944)
Sophia Prins (1911-1943)
Charlotte Hermina Prins (1923-1944)
Eduard Philip Prins (1902-1944)
Levie Prins (1888-1944)
Anna Prins (1913-1942)
Clara Prins (1938-1942)
Isaac Prins (1872-1943)
Lodewijk Rudolf Prins Swiatopolk-Czetwertynski (1877-1941)
Living (1877-1941)
Betje Pronk (1881-1942)
Henriette-Jette Pronk (1890-1942)
Marcella Hendrika Hildisheim (1878-1943)
Jeanette Pront (1893-1942)
Rosalina Pront (1906-1943)
Willem Pront (1903-1943)
Rachel Pront (1875-1942)
Jeannette Pront (1893-1942)
Marius Charles Proville (1893-1942)
Chane Ptasznik (1885-1942)
Vrouwtje Isaac Godfried (1882-1944)
Isaac Querido (1905-1942)
Abraham Querido (1919-1942)
Simon Querido (1907-1942)
Godschalk Elyakim-Getschlig Abraham (1876-1942)
Judith Querido (1873-1943)
David Querido (1909-1942)
Gerson Querido (1924-1942)
Israel Querido (1923-1942)
Elias Querido (1884-1942)
Sara Querido (1876-1942)
Ijda Helena van Wijlen (1884-1942)
Rosa de Raaij (1892-1942)
Abraham de Raaij (1885-1942)
Betsy Bruinette van Raalte (1880-1943)
Isaac Jacobs van Raalte (1873-1942)
Jozef Jacob van Raalte (1880-1942)
Mathilde van Raalte (1868-1944)
Henri van Raalte (1912-1942)
Henri Lodewijk van Raalte (1875-1942)
(2) Marianne van Raap (1882-1944)
Jeannette van Raap (1867-1942)
Henrij van Raap (1890-1942)
Josephine van Raap (1881-1943)
Henriëtte van Raap (1884-1944)
Helena Rabbie (1925-1942)
Frederika Rabbie (1908-1942)
Salomon Rabbie (1899-1942)
Frederika Rabbie (1908-1942)
Deliana Huiberdina Rademakers (1923-1942)
Henri Raphalowiz (1895-1942)
Marcel Philip Raphalowiz (1925-1942)
Isaäc Rebi (1879-1942)
Debora de Reeder (1874-1942)
Elizabeth de Reeder (1902-1942)
Flora Reens (1894-1942)
Joseph Reicher (1877-1942)
Joshua Rodriguez (1877-1942)
Mietje Reimer (1883-1942)
Geertje Jans Landman (1919-1943)
Netje Bosboom (1730-????)
Nathan Buijtekant (1730-????)
Mietje Lakmaker (1730-????)
Salomon Buijtekant (1730-????)
Herman Reindorp (1911-1942)
Gonda Anna Marie Reindorp (1941-1942)
Gonne Reindorp (1876-1943)
Henderina van der Reis (1876-1942)
Gesina Reist (1936-1944)
Benedictus Reist (1906-1944)
Benjamin Max Reist (1939-1944)
Jozef Reist (1904-1944)
Max Benjamin Reist (1939-1944)
Geertruida Regina van Rhijn (1897-1942)
Ida van Rhijn (1903-1942)
Meijer Emanuel van Rhijn (1896-1943)
Henriette van Rhijn (1895-1943)
Rozalina van Rhijn (1908-1942)
Hartog van Rhijn (1862-1942)
Abraham van Rhijn (1868-1943)
Elias van Rhijn (1933-1942)
Henrietta van Rhijn (1888-1942)
Simon van Rhijn (1871-1943)
Elly Seraphine van Rhijn (1931-1944)
Benjamin Ricardo (1872-1944)
Greta Ricardo (1923-1942)
Lena Rijksman (1915-1942)
Hijman Salomon van der Rijn (1883-1942)
Hendrika Marianna van der Rijn (1917-1943)
Schoontje Rijne (1875-1942)
Esther Rijne (1880-1942)
Esther Rijne (1880-1942)
Rika Rimini (1922-1942)
Meijer Rimini (1894-1942)
Sara Isaac Lewijt (1900-1942)
Joseph Rine (1893-1943)
Mozes Rine (1875-1942)
Rachel Rine (1920-1942)
Abraham de Vries (1900-1942)
Jacoba Johanna Rintel (1904-1942)
Branca Ritmeester (1920-1942)
Jeannette Robles (1904-1942)
Ascher Sterner (1868-1943)
Vrouwtje Rodrigues (1890-1944)
Dina Rodrigues (1899-1942)
Rosa Rodrigues (1892-1944)
Jacobus Rodrigues (1899-1944)
Maurits Rodrigues (1925-1942)
Sara Rodrigues de Miranda (1881-1943)
Henriëtte Rodrigues de Miranda (1900-1942)
Benjamin Rodrigues Lopes de Lara (1881-1942)
Leentje Roe (1878-1943)
Maria Roe (1880-1942)
Margaretha Roe (1891-1942)
Hartog Roe (1919-1943)
Isaac Roeg (1929-1943)
Elisabeth Roeg (1926-1943)
Betje (Beppie) Roeg (1917-1943)
Schoontje Roeg (1865-1942)
Samuel Roeg (1911-1942)
Duifje Roeg (1937-1942)
Hartog Roeg (1903-1942)
Aron Roeg (1916-1942)
Meijer Nathan Roeg (1872-1942)
Samuel Roeg (1917-1942)
Rachel Roeper (1907-1942)
Margaretha Roeper (1904-1943)
Sara Roeper (1935-1942)
Brad Cohenno (1924-1942)
Alida Passenier (1892-1943)
Jacob Roeper (1927-1943)
Abraham Roeper (1916-1942)
Max Jacques Roeper (1901-1945)
Jacob Roeper (1890-1943)
Anna Alida Passenier (1895-1942)
Emanuel Roeper (1921-1943)
Rachel Roeper (1924-1942)
Betje Isaac Roeper (1916-1942)
Pieter Lubertus Passenier (1895-1942)
Benjamin Roeper (1895-1943)
Susanna Roeper (1924-1942)
Jacques Roeper (1901-1945)
Maurits Mok (1895-1943)
Martin G. Jr. - Martin Cohenno (1921-1942)
Schoentje Peper (1927-1943)
Jacob Isaak Roeper (1910-1942)
Catharina Maria Herders (1895-1942)
Salomon Roeper (1936-1942)
Josua Roeper (1936-1942)
Samuel Roeper (1924-1942)
Hijman Roeper (1909-1943)
Lena de Rood (1884-1942)
Vogelina Turksma (1873-1942)
Andrew Cohenno (1925-1942)
Marcus Isaac Roeper (1936-1942)
Isaäc Roeper (1910-1942)
Siegfried Jacques Roeper (1901-1945)
Hartog Roeper (1892-1943)
Benjamin Isaac Roeper (1925-1942)
Emanuel Roeper (1927-1943)
Esther Roeper (1884-1942)
Max Roeper (1936-1942)
Frieda Heléne Roeper (1907-1943)
Elisabeth Passenier (1927-1943)
Saartje Roeper (1891-1942)
Engelina Sara Roeper (1910-1943)
Hendrina Roeper (1939-1942)
Phyllis I. Bradbury (1935-1942)
Regina Sara Roeper (1927-1942)
Heiman Salomon Roeper (1910-1942)
Louise Piekema (1870-1942)
Fritz Roeper (1901-1945)
Henriette Judith Roeper (1921-1942)
Samuel Roeper (1885-1942)
Henriette Judith Roeper (1921-1942)

Richard Cohenno - Simmons (1921-1942)
Majorie L. Brigham Cohenno (1921-1942)
Joël Roeper (1909-1943)
Chantal Roeper (1916-1942)
Isaac Roeper (1910-1942)
Izak Hartog Lewijt (1924-1942)
Lammert Roeper (1873-1942)
Fijtje Mok (1884-1942)
Donald (Don) Roeper (1916-1942)
Esther Roeper (1916-1943)
Betje Joël Minden (1926-1943)
Samuel Mozes Lewijt (1859-????)
Aron Roeper (1936-1942)
Scott Cohenno (1927-1942)
Rachel Rokkestikker (1877-1943)
Grietje Rood (1868-1942)
Izak Rood (1911-1944)
Mathilda van Rood (1876-1943)
Rebecca de Roode (1916-1942)
Jan Geerts Oosten (1907-1944)
Judith Koopmans (1907-1944)
David Mozes Roodenburg (1907-1944)
Abraham Roodenburg (1904-1944)
Henri Roodenburg (1929-1944)
Abelia Roodfeld (1884-1942)
Jacob Emanuel Roodfeld (1889-1942)
Samson Roodfeld (1893-1943)
Anna Roodfeld (1891-1942)
Isaäc Roodfeld (1872-1942)
Johan Frederich Koolmoes (1886-1942)
Sara Salomon Roodveldt (1915-????)
Abraham Roodveldt (1915-1943)
Celine Roodveldt (1919-1942)
Israël Roodveldt (1920-1942)
Aaltje Isaac Emanuel Roodveldt (1888-1942)
Judic Isaac Roodveldt (1892-1943)
Isaäc Roodveldt (1919-1943)
Grietje de Rooij (1874-1942)
Saartje de Rooij (1907-1944)
Anna de Rooij (1918-1944)
Joseph de Rooij (1868-1942)
Mozes de Rooij (1899-1943)
Grietje de Rooij (1874-1942)
Salomon de Rooij (1911-1942)
Heintje de Rooij (1904-1943)
Hartog de Jong (1874-1943)
Anna de Rooij (1918-1944)
Johnny Henry de Rooij (1906-1942)
Saartje de Rooij (1907-1944)
Abraham de Jong (1874-1943)
Gretha Rooselaar (1874-1943)
Cornelia Put (1907-1943)
Gracia van Rooijen (1912-1942)
Selma Roos (1920-1942)
Antje Paap (1922-1944)
Abraham Roos (1900-1942)
Margaretha Roos (1929-1942)
Abraham Roos (1922-1944)
Aäron Roos (1939-1942)
Levie Roos (1883-1942)
Jacob Roosnek (1880-1942)
Alexander Leon Root (1892-????)
Abraham Rootdveldt (1921-1942)
Elisabeth Roozelaar (1856-1943)
Henriëtte Roozendaal (1911-1944)
Perle Feile Gerrit (Cohen) Getschlik (1890-1942)
Nn (Mietje?) Wolf (1890-1942)
Isidor Roozendaal (1890-1942)
Johanna Adeleida Roozendaal (1917-1942)
Rachel de Rosa (1876-1943)
Mozes Roselaar (1887-1943)
Anna Roselaar (1907-1944)
Margarete Rosen (1896-1943)
Margarete Rosen (1896-1943)
Julius Rosen (1900-1943)
Margarethe Rosen (1896-1943)
Julius Rosen (1900-1943)
Rosa Rosenbach (1874-1943)
Sophia Rosenberg (1885-1942)
Johanna Rosendaal (1891-1942)
Hans Rosin (1910-1942)
Malvin Roth (1898-1944)
Maurice Rothschild (1875-1943)
Jettje Jacobs Rozendal (1882-1942)
Rosetta Rozenthal (1913-1943)
Lea Rozetta (1874-1944)
Rebecca Rozetta (1870-1943)
Schoontje Rozette (1899-1942)
Esther Rubens (1922-1942)
Henriette Rubens (1852-1942)
Käthe Rübner (1924-1943)
Elisabeth Rudelsheim (1878-1942)
Jacob Rudelsheim (1880-1942)
Herman Sabelson (1890-1942)
Herman Sabelson (1890-1942)
Hendrika Sacksioni (1893-1942)
Louis Sacksioni (1913-1943)
Jacob Sacksioni (1891-1943)
Hartog Sacksionie (1883-1942)
Marianne Sajet (1914-1942)
Wilhelmina ( Mina ) Sajet (1904-1943)
Maurits Sajet (1874-1942)
Hendri Salomons (1923-1943)
Engeltje Salomons (1882-1942)
Eva Salomons (1889-1942)
Esther Salomons (1937-1943)
Bertha Hendriena Salomons (1921-1942)
Dora Salomons (1892-1942)
Lientje Salomons (1908-1944)
Nanette Salomons (1892-1942)
Maurits Salomons (1906-1944)
Margaretha Salomons (1902-1942)
Johanna Sophia Salomonson (1888-1943)
Henriëtte Julia Salomonson (1855-1943)
Izaäc Salzedo (1879-1943)
Herman Samuel (1876-1942)
Salomon David Samuel (1911-1943)
Esther sanders (1921-1943)
Mozes sanders (1892-1943)
Eduard Sanders (1886-1942)
Jacob van Hoorn (1887-1942)
Sientje Sanders (1878-1942)
Judik Sanders (1865-1942)
Henriëtte Sanders (1892-1942)
Samsom Abraham Sanders (1887-1942)
Hartog Sanders (1881-1942)
Bernard Arend Sanders (1943-1944)
Willem Sanders (1919-1944)
Rachel Sanders (1892-1942)
Sander Sanders (1890-1943)
Bernard Arend Sanders (1943-1944)
Wolf Sanders (1898-1942)
Josua Jacob Sanders (1873-1942)
Antje Sanders (1862-1942)
Froukje (Froemet) Sanders (1874-1942)
Judith Sanders (1880-1942)
Froukje Sanders (1874-1942)
Sientje Sanders (1903-1942)
Willem Sanders (1919-1944)
Naatje Sanders (1914-1942)
Rachel Sanders (1892-1942)
Wolf Sanders (1898-1942)
Bernard Arend Sanders (1943-1944)
Eduard Sanders (1886-1942)
Naatje Sanders (1914-1942)
Antje Sanders (1862-1942)
Josua Jacob Sanders (1873-1942)
Joannes Naus (1898-1942)
Reintje Santen (1909-1942)
Esther Sarlui (1896-1942)
Amalia Sassen (1892-1944)
Louis Tertaas (1892-1944)
Jonas Schaap (1895-1945)
Betsy Judith Schaap (1896-1944)
Marie Schaap (1893-1942)
David Levie Schaap (1874-1943)
Anna Schaap (1904-1943)
Evelina ( Eveline ) Schaap (1893-1943)
Abraham Elias Schaap (1892-1942)
Wolf Schaap (1882-1942)
David Levie Schaap (1874-1943)
Marie Schaap (1893-1942)
Wolf Schaap (1882-1942)
Rosette de Schaap (1907-1942)
Meijer Scharis (1890-1942)
Isodore Scharis (1925-1943)
Rachel Schavrien (1933-1942)
Barend Schavrien (1926-1943)
Saul Schavrien (1879-1942)
Saul Schavrien (1927-1942)
Lena Schavrien (1937-1942)
Jetje Schavrien (1929-1942)
Asser Schavrien (1905-1943)
Nardus Schavrien (1940-1942)
Isaac Schavrien (1931-1942)
Willem Scheffer (1885-1942)
Grietje Scheffer (1875-1944)
Lina Scheffer (1920-1944)
Ezechiel Scheffer (1888-1942)
Leendert Schelvis (1906-1943)
Sophia Schelvis (1874-1943)
Mozes 'Nathan' Schelvis (1870-1943)
Jacob Schelvis (1910-1944)
Mozes Schelvis (1870-1943)
Naatje Schelvis (1881-1942)
Marianne Schenkkan (1883-1944)
Marianne Schenkkan (1885-1943)
Heintje Schenkkan (1888-1942)
Abraham Schenkkan (1895-1942)
Saartje Schielaar (1878-1942)
Jacob Schijveschuurder (1895-1942)
Jacob Schijveschuurder (1895-1942)
Louis Schilt (1934-1942)
Max Schimmel (1892-1943)
Emma Schlösser (1886-1942)
Salomon Schlosser (1890-1942)
Levie Schlosser (1918-1943)
Sara Schnitzler (1904-1944)
Joseph Schnitzler (1938-1942)
Sara Schnitzler (1904-1944)
Rebecca Schnitzler (1883-1942)
Joseph Schnitzler (1870-1942)
Sara Schnitzler (1904-1944)
Sara Schnitzler (1904-1944)
Cornelis Hendriksz Butterman (1904-1944)
Sara Schnitzler (1904-1944)
Mozes Schnitzler (1868-1943)
Alida Schnitzler (1934-1942)
Sara Schnitzler (1904-1944)
Sara Schnitzler (1904-1944)
Mozes Schnitzler (1868-1943)
Mozes Schnitzler (1868-1942)
Nathan Andreas Schnitzler (1887-1942)
Jansje Schnitzler (1889-1942)
Abraham Schnitzler (1872-1942)
Emanuela Emma Alscher (1889-1942)
Mozes Schnitzler (1899-1942)
Rebecca Scholte (1923-1942)
Gijsbertus, Everardus Cock (1894-1941)
Siegmund Schönthal (1903-1942)
Jacob Schouten (1924-1944)
Hilda Schraber (1908-1944)
Julianus Henricus Hubertus Henfling (1941-1942)
Mathis Munier (1936-1942)
Nathan Schreeuwer (1908-1943)
Meijer Schreuders (1921-1942)
Jacob Schreuders (1890-1942)
Elisabeth Schrijver (1907-1942)
Elisabeth Schrijver (1907-1942)
Elisabeth Schrijver (1907-1942)
Jacoba Schrijver (1915-1943)
Lea Schrijver (1921-1943)
Mietje Schrijver (1902-1942)
Jakob Schrijver (1877-1942)
Aaltje Schrijver (1881-1943)
Jacques Schrijver (1929-1942)
Joseph Schuit (1925-1944)
Rachel Schuitevoerder (1878-1942)
Louis Schulman (1884-1944)
Borbala Schwarcz (1885-1942)
Robert Schwarzkopf (1882-1942)
Rachel Sealtiel (1897-1942)
Erna Seemann (1895-1943)
Isaac Segal (1916-1942)
Betje Segal (1922-1942)
Sara Segal (1885-1942)
Sara Segal (1920-1942)
Abraham Segal (1890-1942)
Céline Seijffers (1919-1942)
Eggo Abbas (1882-1943)
Maurits Seijffers (1882-1943)
Selma Seijffers (1911-1942)
Betsy Marianna Seijffers (1921-1943)
Frederika Serlui (1893-1942)
Israel Silberstein (1912-1942)
Moses Hermann Silberstein (1877-1942)
Sara da Silva Rosa (1930-1942)
Henry da Silva Rosa (1931-1942)
Eliazer da Silva Rosa (1901-1943)
Hillel (Lelio) Silvera (1879-1943)
Augüsta Silversmit (1883-1943)
Aaltje Simmeren (1868-1942)
Mozes Simmeren (1891-1942)
Klaartje Simmeren (1904-1943)
Leentje Simmeren (1872-1942)
Leentje Simmeren (1916-1942)
Edouard Bonnem Simmeren (1934-1944)
Mietje Simmeren (1900-1942)
Aaltje Simmeren (1868-1942)
Bonnem Simmeren (1934-1942)
Henderina Simmeren (1875-1942)
Aron Simons (1917-1943)
Betje Sinaasappel (1865-1943)
Peter Harm Bruins (1865-1943)
Johanna Sinaasappel (1862-1942)
Johan Sinaasappel (1906-1944)
Hendrik Woldring (1865-1943)
Judic Bohemen (1862-1942)
Harm Harms Timmerman (1865-1943)
Rosaline van Sister (1941-1942)
Schoontje van Sister (1910-1942)
Sonja Martha van Sister (1939-1942)
Salomon Levie Sitters (1889-1942)
Nora Rika Sjouwerman (1918-1944)
Eleanora Polak (1880-1943)
Joël Philip Sijes (1880-1943)
Abraham Slager (1911-1943)
Benjamin Slager (1892-1944)
Abraham Slager (1862-1942)
Philip Slager (1912-1943)
Leentje Slager (1913-1943)
Gerrit Kramer (1912-1943)
Heiman Slager (1913-1944)
Henrij Slager (1881-1942)
Henriette Slagter (1906-1942)
Salmon Slagter (1899-1943)
Rebecca Slagter (1894-1942)
Henriëtte Slagter (1906-1942)
Marianne Slagter (1921-1942)
Rachel Blik (1916-1942)
Mirjam Slap (1908-1942)
Hijman Slap (1908-1942)
Isaac Slap (1873-1943)
Chabradj Mahadew (1903-1943)
Rebecca Slap (1916-1942)
Jansje Slap (1871-1942)
Grietje Israel Frank (1908-1942)
Eva Slap (1879-1943)
Nathaniel Blik (1916-1942)
Esther Slap (1905-1943)
Rachel Slap (1871-1942)
Isidoor - Isidor Slap (1922-1945)
Reintje Slap (1869-1943)
Mozes Slap (1892-1943)
Marcus (Mark) Slap (1890-1942)
Adolphina Slap (1887-1942)
Rachel Abrahams van der Horst (1906-1943)
Jansje Slap (1879-1942)
Levie Slap (1904-1943)
Grietje Kwetsie Wolder (1916-1942)
Sientje Slap (1871-1942)
Betje Slap (1892-1943)
Leentje Slier (1869-1943)
Jonas Slier (1886-1942)
Rebecca Slier (1862-1943)
Marcel Slomper (1936-1943)
Herman Slomper (1908-1942)
Betty Slomper (1934-1943)
Marcel Slomper (1936-1943)
Betty Slomper (1934-1943)
Herman Slomper (1908-1942)
Betje Slosser (1877-1942)
Helena Slosser (1916-1943)
Joseph Slösser (1873-1942)
Anna Slosser (1903-1943)
Isaak Slosser (1867-1942)
Abraham Slosser (1875-1943)
Abraham van der Sluijs (1909-1944)
Mozes Sluijser (1874-1942)
Mozes Sluijser (1874-1942)
Rozet Sluijter (1927-1944)
Willem Sluijter (1907-1942)
Willem Sluijter (1907-1942)
Willem Sluijter (1907-1942)
Mina Sluijter (1916-1942)
Mina Sluijter (1916-1942)
Mina Sluijter (1916-1942)
Marianne Sluijter (1876-1943)
Marianne Sluijter (1876-1943)
Marianne Sluijter (1876-1943)
Esther Sluijter (1917-1942)
Esther Sluijter (1917-1942)
Esther Sluijter (1917-1942)
Rozet Sluijter (1927-1944)
Rozet Sluijter (1927-1944)
Philip Sluis (1914-1942)
Margrieta de Ruiter (1914-1942)
Coenraad van der Sluis (1858-1942)
George Spee (1914-1942)
Jan Moerland (1914-1942)
Margrieta de Ruiter (1914-1942)
Wilhelmina Josephina van der Sluis (1914-1942)
Rosine Kleinkramer (1892-1942)
Gerrit van der Sluis (1890-1942)
Simon van der Sluis (1939-1942)
Mozes van der Sluis (1903-1942)
Joseph van der Sluis (1879-1942)
Gerrit van der Sluis (1890-1942)
Mozes van der Sluis (1909-1942)
Maurits van der Sluis (1892-1942)
Gerrit van der Sluis (1890-1942)
Sara Smeer (1881-1943)
Meijer Smeer (1886-1944)
Meijer Smeer (1900-1942)
Maurice Leonard Smit (1930-1943)
Hijman 'Isaac' Smit (1862-1943)
Bernard Smit (1925-1943)
Fetje Zijlstra (1862-1943)
Louis Smit (1889-1942)
Louis Smit (1894-1943)
Eliazer van de Giessen (1889-1942)
Joseph Smit (1889-1942)
Abraham Snatager (1913-1942)
Caroline Hendrika Lucia Temming (1912-1945)
Flora Sophia Snatager (1912-1943)
Marianne Snijders (1893-1943)
Salomon Snijders (1862-1942)
Sientje Snijders (1890-1942)
Izak Snijders (1911-1944)
Sara Snijders (1896-1944)
Jacques Snijders (1925-1942)
Schoontje Snijders (1886-1942)
Erich Striem (1911-1944)
Elsina Snijders (1915-1942)
Jetje Snijders (1876-1943)
Marcus Snijders (1875-1943)
Jozef Snijders (1923-1942)
Vogelina Snijders (1901-1942)
Elisabeth Snijders (1883-1942)
Nathan Snoeck (1878-1944)
Elisabeth Snoek (1912-1942)
Isaac Snoek (1870-1943)
Isaac Snoek (1870-1943)
Ernestine Snoek (1879-1943)
Abraham Snoek (1870-1942)
Louisa Snuijf (1910-1943)
Sophia Snuijf (1874-1942)
Mozes Moses ( Maurits ) Philip Snuijf/ (1880-1943)
Philip Snuijf (1903-1943)
Isaac Elias Snuijf (1896-1943)
Judith Snuijf (1873-1942)
Simon Snuijf (1881-1942)
Rebecca Hortence Snuijf (1918-1943)
Hartog Snuijf (1885-1942)
Nathan Soep (1880-1942)
Debora Soesan (1882-1942)
Anna Soesan (1883-1942)
Margaretha Soesan (1886-1944)
Debora Soesan (1882-1942)
Hanna Reina Soester (1919-1942)
Hermann Sommerfeld (1897-1944)
Dina Sondervan (1902-1942)
Dina Sondervan (1902-1942)
Joannes Willemsz. Ruveld (1878-1942)
Anna Sons (1901-1943)
Abraham Sons (1906-1943)
Elisabeth Sons (1884-1943)
Rachel Amalia Sons (1923-1943)
Andries Sons (1878-1942)
Maria Anna van Damme (1901-1943)
Louis Sons (1891-1944)
Gerardus van Loon (1878-1942)
Abraham Sons (1877-1942)
Gretha Sons (1919-1942)
Rebecca Catharina Sons (1875-1942)
Abraham Sons (1892-1942)
Isaac Sons (1912-1943)
Susanna Sons (1863-1942)
Elisabeth Sons (1884-1943)
Anna Sons (1880-1943)
Rebecca Catharina Sons (1875-1942)
Louis Sons (1925-1943)
Vrouwtje Sons (1862-1943)
Isaac Sons (1881-1942)
Rachel Amalia Sons (1923-1943)
Judith Souget (1918-1943)
Caroline Souget (1879-1943)
Jacob Emanuel Souget (1921-1942)
Juda Souget (1888-1943)
Lea Hannah Souget (1925-1943)
Betsy Souget (1920-1943)
Gabriël Souget (1931-1943)
Jet Souget (1920-1943)
Sophia -Isidoor- Souweine (1871-1941)
Sara Spaanbroek (1858-1942)
Eva Henriëtte Spanjaard (1900-1942)
Natalia Spanjaard (1865-1942)
Sara Spanjar (1904-1942)
Sara Speelman (1886-1942)
Sellij Speelman (1885-1942)
Sellij Speelman (1885-1942)
Isaac Alfred Speier (1935-1944)
Leo Speier (1905-1944)
Nanette Speijer (1895-1943)
Jansje Speijer (1887-1943)
Rebecca Speijer (1904-1943)
Reina Speijer (1897-1942)
Bertha Speijer (1887-1942)
Izaäk Speijer (1887-1942)
Isaac Speijer (1890-1944)
Rachel Speijer (1885-1942)
Grietje Speijer (1880-1943)
Elisabeth Speijer (1890-1943)
Elisabeth Speijer (1889-1942)
Joseph Speijer (1892-1942)
Jacob Speijer (1883-1942)
Maurice Speijer (1891-1943)
Helene Marguerite Speijer (1918-1944)
Sara Speijer (1882-1943)
Roselina Speijer (1904-1942)
Emanuel Spetter (1924-1942)
Maria Sels (1892-1942)
Barend Emanuel Spetter (1898-1943)
Salomon Spetter (1924-1942)
Anna Saartje Spetter (1892-1942)
Emanuel Spetter (1871-1942)
Johannes Hendricus Aloijsius Lammers (1894-1942)
Maurits Spetter (1874-1944)
Roosje Spetter (1894-1943)
Hendrika Spetter (1894-1942)
Zacharias Gundelach (1865-1941)
Emanuel Spetter (1871-1942)
Roosje Spetter (1894-1943)
Frederik Wilhelm Lammers (1896-1942)
Salomon Spetter (1924-1942)
Roosje Spetter (1894-1943)
Siphra Pregers (1898-1942)
Emanuel Spetter (1924-1942)
Sophia Spetter (1920-1942)
Josua Spetter (1865-1941)

Barend Emanuel Spetter (1898-1943)
Lina Spiegel (1875-1942)
Henry (Henri) van Spiegel (1927-1945)
Marcus van Spiegel (1889-1944)
Saartje van Spiegel (1893-1944)
Barbara - Barbera Spier (1896-1944)
Esther Spier (1881-1942)
Johanna Spier (1910-1942)
Leo Jacques Spier (1902-1942)
Levie Abraham Spier (1903-1943)
Barbara - Barbera Spier (1896-1944)
Esther Spier (1881-1942)
Levi Abraham (Heiman) Spier (1903-1943)
Jacob van Spier (1871-1942)
Rozette Spiero (1888-1942)
Eva Spiers (1875-1942)
Saartje Spijer (1880-1943)
Leonard Spijer (1914-1944)
Leah Spijer (1877-1943)
Bertha Spiro (1902-1944)
Rosalia Spits (1872-1944)
Elias Spreekmeester (1898-1944)
Sientje Spreekmeester (1913-1943)
Eliazer Spreekmeester (1900-1944)
Jacob Spreekmeester (1895-1942)
Anna Spreekmeester (1899-1943)
Alida Spreekmeester (1899-1944)
Berend (Bob) Barend Spreekmeester (1923-1945)
Floor Spreekmeester (1931-1942)
Jacob Spreekmeester (1895-1942)
Emanuel Spreekmeester (1897-1942)
Rosa Springer (1925-1944)
Bloeme Springer (1900-1942)
Debora Springer (1905-1942)
Eliazer Springer (1901-1943)
Jacob Springer (1878-1942)
Jacob Springer (1928-1942)
Sara Springer (1905-1942)
Sara Springer (1905-1942)
Regina Springer (1935-1942)
Hijman Springer (1931-1942)
Heintje Springer (1907-1942)
Esther Springer (1911-1943)
Eliazer Springer (1903-1942)
Philip Springer (1913-1943)
Julia Springer (1919-1942)
Naatje Springer (1905-1942)
Debora Springer (1905-1942)
Rachel Springer (1935-1942)
Alida Springer (1896-1944)
Eliazer Springer (1903-1942)
Rachel Springer (1936-1942)
Barend Springer (1909-1943)
Wessel van der Staal (1881-1942)
Jacob van der Staal (1907-1943)
Leentje van der Staal (1882-1943)
Marianne Mietje van der Staal (1915-1942)
Mozes Alexander van der Staal (1910-1943)
Abraham Stad (1909-1943)
Jacob Stad (1874-1942)
Guurtruida Maria Kuijs (1874-1942)
Mathilde Stad (1916-1942)
Andries Jacob Stad (1936-1943)
Hendrik van den Kommer (1909-1943)
Isaac Stad (1898-1942)
Aaltje van der Stam (1871-1942)
Aaltje van der Stam (1871-1942)
Jenetta van der Stam (1902-1944)
Joseph van der Star (1886-1942)
Sara van der Star (1876-1943)
Mietje van der Star (1899-1944)
Femmetje van der Star (1892-1943)
Rebecca van Staveren (1890-1942)
Miryam Marianne van Stedum (1889-1943)
Elka van Stedum (1901-1943)
Shlomo Salomon van Stedum/ (1895-1944)
Mechlie Steigmann (1909-1942)
Rosa Steilberger (1883-1942)
Henriëtte Steilberger (1885-1942)
Marie Stein (1897-1942)
Adolph Stein (1872-1944)
Olga Steiner (1886-1944)
Samson Stelloo (1931-1943)
Lucas Stelloo (1928-1943)
Reine Stempel (1901-1942)
(2) Femmetje Sterk (1884-1942)
Saartje Salomon Stern (1886-1943)
Aron Stern (1887-1943)
Paulina Salomon Stern (1893-1944)
Antonetta Sternfeld (1894-1942)
Besselink (1880-1942)
Wilhelmina Frederika Stibbe (1868-1944)
David Philip Aaron Stibbe (1890-1942)
David Philip Aaron Stibbe (1890-1942)
Cornelis Johannes Soeurt (1890-1942)
Julia Stibbe (1893-1942)
Abraham Stodel (1874-1942)
Aäron Stodel (1879-1942)
Branca Stodel (1889-1942)
Hijman Levie Stodel (1873-1943)
Cientje Stofkooper (1907-1943)
Saartje Stofkooper (1884-1942)
Amalia Stofkooper (1888-1943)
Rosa Stofkooper (1885-1942)
Rosa Stofkooper (1886-1943)
Simon Stofkooper (1881-1942)
Betsy Stofkooper (1880-1942)
Betsy Stofkooper (1899-1942)
Izak Stofkooper (1871-1942)
Martijn (Martin) Stofkooper (1887-1944)
Betje Stofkooper (1872-1942)
Dorothea Stofkooper (1910-1942)
Levis Paphael Stokvis (1888-1942)
Mina Stokvis (1906-1942)
Rebecca Stokvis (1903-1942)
Salomon Stokvis (1878-1942)
Ellen Stokvis (1906-1944)
Johanna Maria van den Bos (1888-1942)
Elias Stokvisch (1893-1942)
Meijer Stokvisch (1904-1943)
Vrouwtje Stokvisch (1900-1942)
Sara Stokvisch (1908-1942)
Meijer Stoller (1909-1943)
Eliazer Stoller (1935-1942)
Michael Stoller (1938-1942)
Michael Stoller (1938-1942)
Meijer Stoller (1909-1943)
Eliazer Stoller (1935-1942)
Hendrietta Stoppelman (1897-1942)
Moritz Stoppelman (1888-1942)
Anna Stoppelman (1906-1944)
Elisabeth Stork (1871-1943)
Evalina Johanna Stork (1917-1942)
Elisabeth Stork (1940-1942)
Mozes Stork (1878-1943)
Rozetta Esther Stork (1920-1943)
Elisabeth Stork (1909-1943)
Rebecca Stork (1891-1942)
Aaron Stork (1897-1943)
Sara Stork (1890-1943)
Branca Stork (1889-1943)
Esther Stork (1888-1943)
Louis Stork (1934-1942)
Salomon Stork (1876-1942)
Isaschar Stork (1890-1943)
Jonas Stork (1897-1943)
Hermanus Stork (1938-1942)
Mozes Stork (1878-1943)
Abraham Stork (1875-1942)
Aaron Stork (1897-1943)
Leentje Stork (1878-1942)
Jetta Stork (1889-1943)
Gompel Stork (1880-1942)
Jeanette Milly Stork (1935-1942)
Jack Stork (1928-1943)
Jacob Stork (1910-1943)
Elisabeth Stork (1871-1943)
Heintje Stork (1895-1943)
Lodewijk Joseph Stork (1919-1943)
Mozes Stork (1885-1944)
Kitty Marja Stork (1936-1942)
Hermanus Stork (1938-1942)
Louis Stork (1934-1942)
Serah Stork (1933-1942)
Isaschar Stork (1890-1943)
Levie Philip Stork (1913-1943)
Dina Stork (1887-1943)
Levie Philip Stork (1913-1943)
Jetta Stork (1889-1943)
Meta Else Stork (1939-1942)
Elisabeth Stork (1903-1942)
Marianne Stork (1884-1942)
Abraham Stork (1942-1943)
Serah Stork (1933-1942)
Lea Stork (1942-1942)
Tobias Stork (1876-1942)
Jeanette Milly Stork (1935-1942)
Abraham Stork (1883-1942)
Heintje Stork (1895-1943)
Meta Else Stork (1939-1942)
Rebecca Stork (1891-1942)
Salomon Stork (1876-1942)
Joseph Stork (1901-1943)
Branca Stork (1889-1943)
Kitty Marja Stork (1936-1942)
Leenjte Stork (1878-1942)
Jonas Stork (1897-1943)
Elisabeth Stork (1903-1942)
Rachel Stork (1909-1942)
Rachel Stork (1909-1942)
Lodewijk Joseph Stork (1919-1943)
Meijer Stork (1932-1942)
Joseph Stork (1901-1943)
Jonas Stork (1922-1942)
Meijer Stork (1932-1942)
Tobias Stork (1876-1942)
Frederika Stork (1883-1944)
Gompel Stork (1880-1942)
Levie Philip Stork (1913-1943)
Leentje Stork (1894-1942)
Eva Stork (1892-1942)
Evalina Johanna Stork (1917-1942)
Leentje Stork (1894-1942)
Lea Stork (1942-1942)
Elisabeth Stork (1909-1943)
Rozetta Esther Stork (1920-1943)
Elisabeth Stork (1940-1942)
Eva Stork (1892-1942)
Abraham Stork (1875-1942)
Leentje Stouwer (1935-1942)
Nathan Stouwer (1912-1943)
Jacob Stouwer (1931-1942)
Mozes Stouwer (1928-1942)
Johanna van Straaten (1879-1942)
Marcus Philippus van der Laan (1889-1942)
Willem Breg (1908-1944)
Aron van Straten (1906-1942)
Henriette Catharina Endlich (1879-1943)
Barend Groen (1891-1942)
Betsie van Straten (1907-1944)
Hijman Michel van Straten (1885-1942)
Eugénie Sara van Straten (1867-1943)
Aron van Straten (1906-1942)
Jacobje Beekman (1875-1942)
Emanuel Hartog van Straten (1871-1942)
Sina van Stratum (1885-1942)
Esther van Stratum (1880-1942)
Salomon Wegloop (1880-1942)
Jantje van Stratum (1920-1942)
Sina van Stratum (1885-1942)
Martha van Stratum (1916-1943)
Sina van Stratum (1885-1942)
Martha van Stratum (1916-1943)
Martha van Stratum (1916-1943)
Hans Joachim Straus (1938-1944)
Jean-Pierre Rassam (1893-1944)
Manfred Studzinsky (1936-1944)
Salomon Suiskind (1905-1942)
Meta Süsskind (1888-1943)
Lilly Süsskind (1888-1943)
Sophia Dorothea Elkan Sutro (1896-1943)
Sophia Dorothea Elkan Sutro (1896-1942)
Salomon Levie Swaab (1861-1943)
Leo Samuel Swaab (1925-1942)
Joseph Swaab (1935-1944)
Betje Swaab (1859-1942)
Judik Swaab (1863-1942)
David Swaab (1889-1942)
Mozes Swaab (1904-1943)
Jacob Swaab (1925-1942)
Clara Swaab (1885-1943)
Mietje Swaab (1877-1943)
Jacob Swaab (1927-1943)
Rachel Swaab (1888-1942)
Cato Swaab (1884-1942)
Louis Swaab (1922-1942)
Ruben Salomon Swaab (1895-1944)
Joseph Swaab (1878-1942)
Alexander Swaab (1880-1944)
Elizabeth Swaab (1868-1942)
Sara Swaab (1916-1942)
Maurits Louis Swaab (1943-1944)
Aaltje Swaab (1878-1943)
Mozes Swaab (1866-1942)
Benjamin de Swaan (1895-1943)
Antoon Swaan (1899-1944)
Rika de Swaan (1937-1942)
Hartog Swaap (1876-1942)
Helena Swaap (1897-1942)
Meijer Swabe (1864-1942)
Juda Swart (1908-1944)
Marcus Swart (1878-1942)
Isaac Swart (1914-1944)
Frouwke Swart (1916-1942)
Mathilda Swart (1907-1942)
Hartog Swart (1911-1942)
Mathilda Swart (1907-1942)
Margaretha Swart (1926-1943)
Marcus Swart (1878-1942)
Izak Jacob Swart (1928-1942)
Frouwke Swart (1916-1942)
Izak Jacob Swart (1928-1942)
Isaac Swart (1914-1944)
Hartog Swart (1911-1942)
Juda Swart (1908-1944)
Mathilda Swart (1907-1942)
Judith Josephine Swartberg (1941-1942)
Margaretha Beatrice Swartberg (1939-1942)
Margaretha de Swarte (1882-????)
Abraham Lion de Swarte (1882-1942)
Hesje van Swede (1870-1943)
Simon van Swede (1866-1942)
Rosette van Sweeden (1903-1942)
Esther van Sweeden (1861-1943)
Sara van Sweeden (1867-1943)
Vrouwtje van Sweeden (1927-1942)
Leentje van Sweeden (1875-1943)
Jansje van Sweeden (1892-1942)
Jeannete Swijt (1884-1944)
Jozef Szklarczik (1890-1944)
Mozes Tak (1922-1942)
Jacob Tak (1920-1944)
Anna Tas (1914-1943)
Pauline Benjamins (1857-1942)
Wolf Soesman (1857-1942)
Isaac Tas (1875-1942)
Levie Tas (1857-1942)
Isaac Tas (1875-1942)
Jacob Tas (1892-1942)
David Tas (1910-1944)
Kaatje Leisen (1892-1942)
Frederika Tas (1894-1942)
Perla Ruchla Taub (1908-1944)
Vrouwtje Teeboom (1869-1943)
Sara Teixeira de Mattos (1896-1944)
Anna Tertaas (1862-1943)
Jozeph Tertaas (1940-1942)
Sara Tertaas (1881-1943)
Johanna Tertaas (1892-1943)
Isaäc Busnach (1929-1944)
Rebecca Tertaas (1881-1943)
Mozes Tertaas (1922-1942)
Barend Abraham Waas (1926-1943)
Eva Tertaas (1917-1943)
Mietje Nathan Kartoef (1909-1942)
Machiel Tertaas (1881-1943)
Jacomina Tertaas (1926-1943)
Sientje Roeper (1929-1943)
Betje Tertaas (1891-1942)
Anna Tertaas (1909-1942)
Rebecca Roeper (1940-1942)
Anna Catharina van Jelgerhuis (1892-1943)
Rachel Tertaas (1929-1943)
Jacob Tertaas (1901-1944)
Anna Tertaas (1909-1942)
Elisabeth Tertaas (1940-1942)
Philip Tertaas (1920-1943)
Hartog Tertaas (1873-1943)
Hartog Tertaas (1940-1943)
Sophia Tertaas (1903-1943)
Bertha Tertaas (1926-1942)
Philip Tertaas (1896-1943)
Hartog Tertaas (1891-1942)
Sophia Velleman (1894-1942)
Philip Tertaas (1899-1943)
Wilhelmina Helena Paulina Maria Tertaas (1896-1943)
Sophia Louise Tertaas (1940-1942)
Hartog Isaac Tertaas (1891-1942)
Sara Theeboom (1894-1944)
Antje Themans (1879-1943)
Clara Themans (1868-1942)
Mozes van Thijn (1900-1942)
Sanne van Tijn (1866-1944)
Sanne van Tijn (1866-1944)
Vogelina van Tijn (1915-1942)
Rika Tokkie (1910-1942)
Aaron Tokkie (1882-1942)
Lion Tokkie (1884-1942)
David Barend Tokkie (1916-1944)
David Tokkie (1885-1942)
Roelfina Tokkie (1912-1943)
Barend Ben Tokkie (1943-1943)
Vogeltje Tokkie (1908-1942)
Emanuel Tokkie (1878-1942)
Sientje Tokkie (1910-1942)
Abraham Tokkie (1877-1942)
Judith van der Tonge (1873-1942)
Beletje Tonninge (1890-1942)
Mathilda Trautmann (1871-1943)
Hartog Trijtel (1923-1944)
Joseph Trijtel (1912-1943)
Aäron Troeder (1896-1943)
Rebecca Tromp (1886-1942)
Abraham Tromp (1893-1944)
Helena Trompetter (1908-1944)
David Trompetter (1879-1942)
Gerson Trompetter (1924-1944)
Rebecca Trompetter (1923-1943)
Rosette Trompetter (1907-1944)
Johan Sigfried Trompetter (1927-1942)
Mozes Trompetter (1926-1942)
Levie Trompetter (1873-1942)
Hijman Gerson Trompetter (1897-1942)
Rosette Trompetter (1907-1944)
Rebecca Trompetter (1923-1943)
Johan Sigfried Trompetter (1927-1942)
Meyer Jacob (1879-1944)
Judik Troostwijk (1874-1942)
Cosman Troostwijk (1885-1942)
Marianne Arnold Troostwijk (1904-1944)
Cosman Troostwijk (1885-1942)
Hendrina Julia Troostwijk (1924-1942)
Sophia Troostwijk (1905-1944)
Willempje Bros (1905-1944)
Hendrina Julia Troostwijk (1924-1942)
Evert Hendriks Holtman (1907-1943)
Kaatje Arnold Troostwijk (1901-1944)
Jonas Troostwijk (1907-1943)
Hijman Troulder (1894-1942)
Esther Tunninge (1881-1942)
Elisabeth Turfreijer (1915-1943)
Jeannette Turfrijer (1921-1942)
Duifje Turfrijer (1889-1942)
Rebecca Duifje Schreeuwer (1922-1942)
Dina Turfrijer (1922-1942)
Schoontje Turfrijer (1884-1942)
Petronella Toonen (1878-1943)
Esther Turksma (1871-1943)
Aron Turteltaub (1886-1942)
Elisabeth Uienkruijer (1895-1942)
Germaine Anita Ulmann (1890-1943)
Salomon Urbach (1917-1943)
Frans Urbach (1919-1942)
Mina Urbach (1896-1942)
Izak Valk (1882-1942)
Bertha Valk (1916-1943)
Filippus Valk (1879-1942)
Roosje Valk (1890-1942)
Levie Valk (1898-1943)
Rebekka Valk (1885-1942)
Philippus Jacobs Valk (1880-1943)
Roosje Jetta Valk (1891-1942)
Willem Joseph Christiaan Valk (1897-1943)
Jetta Alida Valk (1907-1942)
Aaltje Valk (1880-1942)
Jozeph del Valle (1875-1943)
Lodewijk (Lody) Lopes de Leao Laguna (1872-1942)
Mordechai (Maurits) del Valle (1872-1942)
Naatje Nebig (1872-1942)
Jack Joseph van Dal (1927-1942)
Eva van Dal (1878-1943)
Andries Vas Dias (1921-1942)
Aäron Vaz Dias (1924-1943)
Debora Rebecca Vaz Dias (1931-1944)
Rachel Greta Vaz Nunes (1921-1943)
Mannus van der Veen (1906-1942)
Sophia van der Veen (1904-1942)
Joël van der Veen (1905-1943)
Johannes Gerard van der Veen (1910-1943)
Roosje van der Veen (1873-1942)
Salomon van der Veen (1940-1942)
Izak van der Veen (1916-1942)
Leentje Veffer (1888-1942)
Frederika Veffer (1919-1942)
Henrietta Veffer (1914-1942)
Carel Veffer (1912-1942)
Grietje Veffer (1883-1942)
Rachel Veffer (1878-1942)
Flora Clara Veffer (1930-1942)
Meijer Veffer (1881-1942)
Gompel Veffer (1877-1942)
Philip Veffer (1927-1942)
Elisabeth Veffer (1895-1942)
Sara Veffer (1885-1942)
Kitty Veffer (1926-1943)
Charlotte Krijger (1923-1942)
Grietje Vega (1897-1942)
Rosaline Vega (1892-1942)
Sonja Franciska Jeanette Vega (1923-1942)
Isaak Vega (1862-1942)
Rosaline Vega (1892-1942)
Isaak Vega (1862-1942)
Rosaline Vega (1892-1942)
Hartog Vegt (1890-1944)
Mina Veldman (1919-1943)
Harm Bronts (1894-1942)
Jan Jans Landman (1919-1943)
Wendelke Hindriks (1894-1942)
Esther Salomon Velleman (1885-1942)
Salomon Velleman (1887-1942)
Roosje Velleman (1927-1942)
Barend Velleman (1886-1944)
Leida Velleman (1905-1943)
Frederik Velleman (1908-1943)
Henriette Velleman (1914-1943)
Samuel (Salomon) Velleman (1876-1942)
Joseph Salomon Velleman (1891-1943)
Mozes Velleman (1897-1942)
Leentje Velleman (1883-1943)
Benedictus Velleman (1882-1942)
Mirjam Velleman (1939-1942)
Josephina Velleman (1899-1942)
Esther Velleman (1889-1942)
Dina Velleman (1895-1943)
Leida Velleman (1905-1943)
Eva Velleman (1893-1944)
Bardina Velleman (1898-1943)
Trientje Velleman (1869-1943)
Johanna Velleman (1919-1942)
Barend Velleman (1886-1944)
Samuel Velleman (1902-1944)
Johanna Velleman (1900-1944)
Sientje Velleman (1900-1942)
Flora Velleman (1895-1942)
Hester Velleman (1903-1942)
Jozef Velleman (1878-1942)
Samuel (Salomon) Velleman (1876-1942)
Marcus Velleman (1890-1943)
Sara Velleman (1916-1942)
Leentje Velleman (1883-1943)

Grietje Velleman (1905-1943)
Benedictus Velleman (1882-1942)
Henriette Velleman (1914-1943)
Herman Velleman (1904-1943)
Jacobus Velleman (1890-1943)
Roosje Velleman (1927-1942)
Regina Velleman (1880-1942)
Esther Salomon Velleman (1885-1942)
Vrouwtje Velleman (1888-1943)
Isaac Velleman (1899-1943)
Esther Velleman (1882-1942)
Frouke Leentje Velleman (1928-1942)
Willem Hartog Velleman (1927-1942)
Michel Velleman (1903-1944)
Jacob Velleman (1894-1942)
Mietje Velleman (1879-1942)
Emanuel Velleman (1919-1942)
Hartog Velleman (1926-1942)
Leentje Velmans (1874-1943)
Joseph Velmans (1921-1944)
Rica Velt (1890-1943)
Adolf Velt (1904-1942)
Judith Velt (1881-1943)
Vrouwtje van Velzen (1904-1943)
Sientje van Velzen (1902-1942)
Mozes Verdoner (1914-1942)
Hendrika Verdoner (1902-1942)
Sara Verdoner (1926-1942)
Meijer Verdoner (1903-1942)
Isaac Verdoner (1910-1942)
Judith Verdoner (1907-1943)
Joël Verdoner (1928-1942)
Judith Verdoner (1919-1942)
Izaak Verdoner (1905-1942)
Sara Verdoner (1890-1942)
Barend Willem Verdoner (1872-1942)
Joël Verdoner (1874-1942)
Alida Verdoner (1902-1942)
Abraham Verdoner (1871-1942)
Esther Verdoner (1925-1942)
Louis Verdoner (1912-1942)
Meijer Verdoner (1888-1942)
Eliazar Verdoner (1892-1943)
Alida Verdoner (1916-1942)
Isaäc Verdoner (1921-1942)
Sara Verdooner (1874-1942)
David Verdooner (1881-1942)
Sara Verdooner (1874-1942)
Heintje Verdooner (1887-1944)
Jesaias Verdooner (1878-1942)
Elisabeth Verduin (1943-1943)
Jeannette Emeilia Verkozen (1866-1943)
Isaac Verveer (1890-1942)
Henri Leonardus Verveer (1873-1942)
Henri Leonardus Verveer (1873-1942)
Henri Leonardus Verveer (1873-1942)
Mathilda Verveer (1878-1942)
Mathilda Verveer (1878-1942)
Henri Leonardus Verveer (1873-1942)
Izaak Vet (1874-1942)
Maurice Vieijra (1938-1942)
David Vieijra (1909-1942)
Esther Vieijra (1936-1942)
Femmetje Vierlier (1876-1942)
Rachel Vijevano (1872-1943)
Engeltje Viool (1897-1942)
Meijer Viool (1879-1942)
Willem Vischschoonmaker (1931-1944)
Jacob Vischschoonmaker (1909-1942)
Jacob Vischschoonmaker (1909-1942)
Helena Vischschoonmaker (1905-1942)
Simon Vischschoonmaker (1903-1942)
Meijer Vischschoonmaker (1910-1943)
Greta Vischschoonmaker (1924-1943)
Sophie Vischschoonmaker (1899-1942)
Willem Vischschoonmaker (1931-1944)
Simon Vischschoonmaker (1903-1942)
Dina Vischschoonmaker (1918-1943)
Marcus Vischschoonmaker (1913-1944)
Helena Vischschoonmaker (1905-1942)
Sara Vischschoonmaker (1906-1942)
Philip Vischschoonmaker (1911-1944)
Benjamin Vischschoonmaker (1941-1942)
Bloeme Vischschoonmaker (1940-1943)
Meijer Vischschoonmaker (1910-1943)
Roosje Isaac Soester (1917-1943)
Sara Geertruida Vischschraper (1908-1942)
Irene Anna Vischschraper (1914-1942)
Bernard Vischschraper (1913-1943)
Rebecca Vischschraper (1899-1942)
Simon Benjamins Vischschraper (1870-1943)
Esther Visjager (1912-1942)
Rachel Visjager (1893-1942)
Hartog Visjager (1916-1942)
Rachel Visjager (1893-1942)
Benjamin Visser (1892-1943)
Elisabeth Visser (1886-1942)
Isaac Visser (1918-1943)
Naatje Visser (1903-1942)
Sara Israel Visser (1882-1943)
Jacob Visser (1920-1945)
Fredrik Visser (1926-1942)
Mietje Visser (1907-1944)
Bernard Israel Visser (1886-1942)
Samuël Visser (1880-1942)
Duifje Visser (1890-1943)
Asser Benjamin Visser (1898-1945)
Samuël Visser (1880-1942)
Abigael Visser (1919-1943)
Samuel Visser (1880-1942)
Betje Visser (1884-1942)
Joseph de Jong (1934-1942)
Jacob Vleeschhouwer (1919-1943)
Betty Vleeschhouwer (1920-1942)
Sophia Vleeschhouwer (1882-1942)
Rozetta Nooteboom (1929-1942)
David Vleeschhouwer (1880-1942)
Leo Vleeschhouwer (1917-1942)
Simon de Haas (1901-1942)
Jacob Vleeschhouwer (1883-1942)
Sophia Vleeschhouwer (1882-1942)
Jacob Vleeschhouwer (1883-1942)
Leo Vleeschhouwer (1917-1942)
Bernard Frank (1928-1942)
Lea Vleesdrager (1879-1942)
Judik Vlessing (1909-1943)
Rebecca van Vliet (1898-1944)
Duifje Vogel (1906-1942)
Antje van Straten (1906-1943)
Victorine Wilhelmine van Vollenhoven (1884-1944)
Benjamin Voltijn (1898-1943)
Abraham Voltijn (1885-1942)
Salomon Voltijn (1899-1943)
Helena van Voolen (1907-1943)
Jacob Voorzanger (1884-1942)
Abraham Voorzanger (1866-1943)
Selina Voorzanger (1895-1942)
Mozes Benjamin Voorzanger (1912-1942)
Philip Vos (1862-1943)
Elisabeth Vos (1884-1944)
Rachel Vos (1908-1942)
Heijman Davids Heijmans (1914-1945)
Gracia Rodrigues de Mercado (1863-1943)
Elisabeth Vos (1884-1944)
Abraham Vos (1887-1942)
Marjanna Meijer (1911-1942)
Hendrik Vos (1862-1942)
Hartog Vos (1889-1943)
Bloeme Vreeland (1895-1943)
Machiel Vreeland (1866-1943)
Salomon Vreeland (1874-1942)
David Vreeland (1936-1943)
Maurits Vreeland (1903-1944)
Louis Vreeland (1940-1943)
Alida Vreeland (1900-1942)
David Vrengel (1881-1942)
Jantje Vrengel (1879-1942)
Eva de Vries (1894-1942)
Matje Joseph Prins-Verdoner (1898-1943)
Rachel Aron Reubens (1925-1942)
Jacob Izaak Kets de Vries (1901-1943)
Aron de Vries (1917-1943)
Rachel Aron Reubens (1925-1942)
Israël de Vries (1895-1943)
Chaya Simon van Gelder Rofe (1895-1942)
Josephina de Vries (1933-1942)
Hanna de Vries (1872-1942)
Bernard Izaaks de Vries (1884-1943)
Emanuel Mendele Simon Simcha Cohen (1887-1942)
Rozette de Vries (1886-1943)
Margaretha Sophia de Vries (1883-1943)
Aaltje de Vries (1905-1944)
Joseph de Vries (1897-1942)
Harmanus (Hermanus) Masselink (1913-1944)
Izaak Jacob Kets de Vries (1870-1943)
Bernard Henri de Vries (1871-1943)
Esther de Vries (1915-1942)
Mozes de Vries (1891-1942)
Henriette Louise Gerarda Velthuijse (1880-1942)
Vrouwtje de Vries (1886-1944)
Rebekka Roeper (1895-1943)
Klaartje de Vries (1878-1943)
Henriette Louise Gerarda Velthuijse (1880-1942)
Sara Barend Polak (1880-1942)
Salomon de Vries (1918-1943)
Bernard Henri de Vries (1871-1943)
Alida Versteeg (1890-1942)
Emanuel Mendele Simon Simcha Cohen (1887-1942)
Betje de Vries (1884-1943)
Harmanus (Hermanus) Masselink (1913-1944)
Ganna de Vries (1930-1942)
Lena de Vries (1894-1944)
Mozes de Vries (1891-1942)
Clara Keile Joseph Pijpeman Witzenhausen (1891-1944)
Izaac - Izaäk de Vries (1890-1942)
Jeannette Kets de Vries (1886-1942)
Vrouwtje de Vries (1886-1944)
Josephina de Vries (1933-1942)
Alexander de Vries (1920-1942)
Willem Loopuit (1888-1942)
Jacob Izaak Kets de Vries (1901-1943)
Mozes Jacob Kets de Vries (1867-1942)
Aaltje de Vries (1905-1944)
Lazarus de Vries (1889-1942)
Izaak Jacob Kets de Vries (1870-1943)
Aron de Vries (1913-1942)
Louis de Vries (1914-1944)
Josef de Vries (1891-1942)
Aron de Vries (1917-1943)
Clara Johanna Suzanna de Vries (1915-1943)
Margaretha Sophia de Vries (1883-1943)
Serah Johanna Kets de Vries (1895-1942)
Ella de Vries (1924-1942)
Simon de Vries (1898-1943)
Philip Feibel(Man)Hartog Hirts Doesburg (1889-1942)
Jacob Kets de Vries (1896-1942)
Chaya Simon van Gelder Rofe (1895-1942)
Joseph de Vries (1897-1942)
Mietje Vromen (1859-1943)
Hartog Salomon Vromen (1923-1942)
Benjamin Vromen (1884-1944)
Sophie Naatje Vromen (1923-1944)
Roosje Vuisje (1942-1943)
Levie Vuisje (1911-1943)
Emanuel Waas (1890-1944)
Isaäc Waas (1923-1942)
Emanuel Waas (1892-1942)
Esther Waas (1934-1942)
Joachim Naus (1860-1944)
Betje Waas (1927-1942)
Rosetta Waas (1885-1942)
Barend Waas (1900-1942)
Marie Waas (1933-1942)
Maurits Waas (1936-1942)
Judith Waas (1881-1943)
Elisabeth Wagenaar (1899-1942)
Isaäc Wagenhuis (1883-1942)
Rebecca Wagenhuis (1876-1943)
John Sidney Waisvisz (1930-1943)
Hendrika Christina Jacobs (1908-1942)
Benjamin Waisvisz (1901-1943)
Sidney John Waisvisz (1928-1943)
Bertha Wallage (1903-1942)
Harm Geerts Schrik (1893-1943)
Lea Wallage (1893-1943)
Lea Wallage (1903-1942)
Mozes Wallega (1875-1942)
Julie Wallerstein (1881-1943)
Michel Walvis (1924-1942)
Heintje Walvis (1914-1943)
Jetje Salomon Walvis (1898-1942)
Michel 'Salomon' Walvis (1889-1942)
Sophia Walvis (1914-1942)
Salomon Walvis (1904-1944)
Zacharias Walvis (1911-1944)
Dina Mozes Walvis (1881-1943)
Salomon Walvis (1904-1944)
Marcus Walvis (1922-1943)
Betje Walvis Grivasher (1923-1942)
Mozes Wans (1907-1942)
Jozef Wans (1936-1942)
Henriette Wans (1937-1942)
Aleksandr Ivanovich Golovine (1889-1944)
Vrouwtje Esther (1864-1942)
Abraham Waterman (1926-1942)
Neeltje Baron (1917-1944)
Dirkje Baron (1902-1943)
Cornelis Baron (1917-1944)
Samuel Waterman (1864-1942)
Herman Waterman (1914-1944)
Nathan Waterman (1885-1942)
Mozes Waterman (1916-1943)
Maria Baron (1902-1943)
Adrianus Baron (1917-1944)
Barend Waterman (1882-1944)
Jaapje van Katwijk (1902-1943)
Sientje Waterman (1918-1943)
Jacob Baron (1897-1942)
Cornelis Baron (1902-1943)
Herman Waterman (1914-1944)
Maria van Meenen (1897-1942)
Abraham Waterman (1888-1943)
Dirk Pietersz Baron (1917-1944)
Samuel Waterman (1864-1942)
Barend Waterman (1882-1944)
Sara Waterman (1906-1942)
Esther Viskoper (1864-1942)
Abraham Blom (1864-1942)
Herman Waterman (1929-1942)
Lodewijk Julius Waterman (1890-1943)
Rosa Weber (1903-1943)
Frederika Weening (1931-1942)
Sara Weening (1922-1942)
Joseph Weening (1872-1942)
Samson Weening (1922-1944)
Mozes van Weezel (1879-1943)
Israël Wegloop (1936-1942)
Nathan Wegloop (1878-1942)
Hartog Wegloop (1908-1943)
Jane Wegloop (1878-1942)
Henriette Wegloop (1925-1942)
Mietje Wegloop (1912-1943)
Sijntje Jacob Pens (1942-1942)
Salomon Hijman Wegloop (1942-1942)
Philip Wegloop (1878-1942)
Betje Wegloop (1942-1942)
Gretha Wegloop (1933-1942)
Levie Wegloop (1888-1940)
Nathan Wegloop (1882-1942)
Abraham Slap (1886-1943)
Jonas Wegloop (1891-1942)
Sientje Wegloop (1878-1942)
Sally Wegloop (1928-1942)
Rebecca Wegloop (1904-1943)
Hijman Wegloop (1911-1942)
Rachel Wegloop (1929-1942)
Lea Wegloop (1922-1942)
Salomon Wegloop (1904-1943)
Sippora Wegloop (1909-1942)
Esther Wegloop (1925-1942)
Philip Wegloop (1942-1942)
Samuel Scheermes (1923-1942)
Marcus Wegloop (1895-1943)
Betje Wegloop (1886-1943)
Carel Wegloop (1929-1942)
Judith Wegloop (1920-1942)
Belia Wegloop (1897-1944)
Marie Wegloop (1901-1942)
Duifje Breemer (1942-1942)
Femmetje Wegloop (1886-1943)
Levie Wegloop (1886-1942)
Philip Wegloop (1897-1944)
Hijman Wegloop (1882-1942)
Salomon Wegloop (1922-1943)
Joseph van der Bijl (1912-1943)
Abraham Wegloop (1888-1940)
Selma Wegloop (1931-1942)
Nn Wegloop (1878-1942)
Johanna Josephina Weijand (1895-1944)
Aaron Weiman (1868-1942)
Fenna Weinberg (1875-1942)
Mietje Weinberg (1880-1942)
Fanny Weinlaub (1878-1942)
Sientje 'Emanuel' Weinperle (1855-1943)
Géza Weisz (1904-1944)
Mendel Menashe Weisz (1894-1944)
Natan Ignac Weisz (1892-1944)
Julia Wennik (1927-1942)
Esperance van Weren (1929-1942)
Sara van Weren (1927-1942)
Levie van Weren (1898-1942)
Sal van Weren (1934-1942)
Johanna Werkendam (1879-1943)
Esther Eveline Werkendam (1933-1942)
Nathan (Nanny) Werkendam (1909-1942)
Samuel Werkendam (1920-1944)
Johanna Werkendam (1879-1943)
Salomon Werkendam (1935-1942)
Johan Koolmoes (1880-1942)
Zadok Werkendam (1881-1944)
Dora Werkendam (1922-1943)
Esther Werkendam (1888-1942)
Leentje Werkendam (1906-1942)
Mozes Werkheim (1885-1943)
Jacob Werkheim (1931-1942)
Levie Werkheim (1936-1942)
Elisabeth Werkheim (1928-1942)
Isaac Werkheim (1891-1942)
Israël Werkheim (1918-1943)
Klaartje Werkheim (1897-1942)
Emanuel Werkheim (1920-1943)
Isaac Werkheim (1891-1942)
Rachel Wertheijm (1911-1944)
Machiel Wertheim (1867-1943)
Elkan Wertheim (1924-1942)
Jonas Wertheim (1873-1942)
Herman Wertheim (1912-1944)
Sipoa Wertheim (1901-1942)
Robert Martin Wertheim (1935-1943)
Bertil Eduard Wertheim (1940-1943)
Joseph Wertheim (1894-1942)
Michel Wertheim (1928-1942)
Anna Wertheim (1913-1942)
Clara Wertheim (1900-1943)
Hanna van Dijk (1904-1944)
Jozef Wessel (1904-1944)
Estella Wessel (1880-1944)
Margaretha van West (1891-1942)
Esther van West (1872-1942)
Leentje van West (1877-1942)
Henriette van West (1884-1942)
Reina van West (1912-1942)
Tobias van West (1870-1942)
Barend van West (1882-1942)
Esther van West (1872-1942)
Daniel Klein (1874-1942)
Louis van der Wiek (1922-1942)
Salomon Jacob van der Wiek (1941-1943)
Isaac van der Wiek (1889-1942)
David van der Wiek (1914-1944)
Louis van der Wiek (1922-1942)
David van der Wiek (1914-1944)
Betty Debora Lewijt (1874-1942)
Allagonda van der Wielen (1874-1942)
Johanna van Wien (1917-1942)
Sally van Wien (1879-1944)
Samuel van der Wijk (1904-1942)
Engelina van der Wijk (1903-1942)
Henriette Johanna Baruch (1866-1943)
Betje van der Wijk (1866-1943)
Jansje van der Wijk (1909-1943)
Helena Cohen (1866-1943)
Meijer van der Wijk (1902-1943)
Louise Wijnberg (1885-1942)
Samuel Wijnberg (1864-1942)
Lion Wijnberg (1881-1942)
Betje Wijnberg (1887-1943)
Sippora Wijnberg (1886-1942)
Henri Abraham Wijngaard (1943-1943)
Flora Wijngaard (1883-1942)
Richard Wijngaard (1909-1943)
Henriette Anna Wijngaard (1877-1942)
Karl Wijngaard (1874-1942)
Michel Wijngaard (1889-1942)
Flora Wijngaard (1883-1942)
Henri Abraham Wijngaard (1943-1943)
Gustaaf Wijngaard (1897-1942)
Mozes Wijnschenk (1911-1944)
Sophia Wijnschenk (1873-1943)
Eva Wijnschenk (1890-1942)
Rachel Wijnschenk (1886-1942)
Koopman Wijnschenk (1884-1942)
Esther Wijnschenk (1880-1943)
Simon Israel Wijnschenk (1896-1943)
Hendrijntje Hester Saartje Wijzenbeek (1901-1942)
Mey Franssen? (1901-1942)
Hendrika Wijzenhausen (1915-1944)
Abraham de Wilde (1875-1942)
Emil Markus (1902-1942)
Mozes Wilkens (1902-1942)
Mozes Wilkens (1902-1942)
Salomon Content (1902-1942)
Adelheid de Wind (1924-1942)
Augusta Windmüller (1904-1942)
Jonas Winkel (1905-1942)
Elisabeth Winnik (1917-1942)
Catharina de Kadt (1925-1943)
Judik Mozes Kinsbergen (1929-1943)
Chawa Siskowna Winnikowa (1906-1942)
Levie Winter (1890-1942)
Salomon de Winter (1900-1942)
Johanna de Winter (1913-1944)
Grietje de Winter (1937-1942)
Roelof Danenberg (1926-1943)
Anton Danenberg (1934-1942)
Jacob Meijer (1900-1942)
Elisabeth de Winter (1890-1942)
Josef Hubert Demuth (1925-1942)
Hertog de Winter (1867-1944)
Israël Levi de Winter (1908-1942)
Elisabeth de Winter (1890-1942)
Chaja Rywka Wisniewski (1901-1944)
Eva de Wit (1890-1942)
Betje de Wit (1893-1944)
Günter Witepski (1910-1944)
Suzanna Witsenhuijsen (1907-1944)
Celine Witsenhuijsen (1905-1942)
Theodora Witstein (1888-1942)
Theodora Witstein (1888-1942)
Theodora Witstein (1888-1942)
Hermine de Witte (1914-1943)
Elisabeth Witteboon (1897-1944)
Emanuel. Wittenburg (1907-1942)
Vogie Wittenburg (1899-1942)
Izak Wittenburg (1905-1942)
Duifje van Wittene (1902-1942)
Rosa Wolder (1882-1942)
Martha Wolf (1897-1942)
Juda Wolf (1875-1942)
Johanna Wolf (1874-1942)
Joseph Wolf (1878-1944)
Margaretha Wolf (1885-1942)
Salomon de Wolf (1882-1942)
Salomon de Wolf (1882-1942)
Vrouwtje de Wolf (1907-1942)
Eduard de Wolf (1890-1942)
Levie de Wolf (1916-1943)
Kurt David Wolff (1921-1943)
David Isaak Wolff (1889-1943)
Hester Wolff (1865-1942)
Juda Wolff (1860-1943)
Abraham Wolff (1902-1943)
Marianne Wolff (1892-1944)
Machiel Wolff (1904-1943)
Rebekka Josephina Wolff (1894-1944)
David de Wolff (1883-1944)
David de Wolff (1881-1943)
Maurits Markus de Wolff (1876-1942)
Johanna de Wolff (1881-1944)
Hendrina Gesina de Wolff (1905-1944)
Amandus Wolfsbergen (1903-1944)
Levie Jacob Wonder (1887-1942)
Evaline da Costa Senior (1933-1943)
Evaline Workum (1906-1943)
Nathan Salomon de Leeuw (1928-1943)
Rozette Raadje Reichele van Helmstad (1933-1942)
Betje Brein Joseph Prins-Verdoner (1919-1942)
Hendrikje Hendriks Holtman (1937-1943)
Levie van Esso (1900-1944)
Israel Tobias Keesing (1935-1943)
Philip Peis Hartog Hirts Hertz (1902-1943)
Claartje Meyers (1904-1943)
Gretha Workum (1933-1942)
Judikje (Izak) Dwingersma (1876-1942)
Racheltje Eekan Polack (1930-1943)
Benjamin Isaac Graanboom (1906-1943)
Rosa Workum (1893-1943)
George Friedrich Ferdinand Schiller (1927-1943)
Adèle Workum (1935-1943)
Israel Louis Workum (1900-1943)
Salomon Hartog Workum (1890-1943)
Maria Allegonda Fletterman (1907-1943)
Rebecca Hanna Worms (1887-1942)
Elsje Worms (1877-1942)
Aron David Worms (1928-1942)
Hartog Worms (1926-1943)
Esther van der Woude (1904-1943)
Aaltje van der Woude (1912-1943)
Jacob Joachim Joseph van der Woude (1872-1943)
Mozes Samson van der Woude (1892-1943)
Carolina van der Woude (1903-1943)
Alexander van der Woude (1900-1944)
Lena Woudhuijsen (1888-1942)
Eva Woudhuijsen (1904-1942)
Rahfaël Isaäc Wrazlowskij (1885-1942)
Simon Wurms (1905-1944)
Elizabeth Wurms (1914-1942)
Alida Wurms (1904-1942)
Marianna Wurms (1914-1944)
Michel Zadick (1887-1942)
Leon Zadick (1915-1942)
Augusta (Guusje) Zadick (1922-1942)
Jet Zadick (1901-1943)
Eva Zak (1883-1943)
Israel Zante (1887-1942)
Cornelis van den Driest (1887-1942)
Jacoba Zavij (1864-1942)
Bertha Zeehandelaar (1922-1942)
Abraham Zeehandelaar (1880-1944)
Joseph Zeehandelaar (1870-1942)
Duifje Zegerius (1898-1943)
Duifje Zegerius (1898-1942)
Debora Zegerius (1885-1943)
Levie Zegerius (1879-1943)
Maria Catharina Zélander (1889-1943)
Emanuel Zeldenrust (1918-1943)
Gerard Zeldenrust (1893-1943)
Juda Abrahams (1881-1942)
Rosette Ziekenoppasser (1875-1943)
Hironymus van der Zijl (1884-1942)
Emanuel Zilverberg (1898-1943)
Cato Zilversmit (1890-1944)
Maurits Zilversmit (1881-1943)
Nathan Mozes (Moses Nathanni) Zilversmit (o.g. Silberschmidt) (1886-1942)
Sara Zinger (1870-1942)
Salomon Zomerplaag (1914-1943)
Jacob Zomerplaag (1884-1943)
Diena Zomerplaag (1899-1943)
Hendrina Zuidema (1884-1942)
Bernard van Zuiden (1892-1942)
Izaäk van Zuiden (1902-1945)
Jacob Abraham van Zuiden (1878-1942)
Robert van Zuiden (1934-1942)
Salomon Zuiden, van (1891-1942)
Yvonne Eveline Zuiden, van (1927-1942)
Milea Zuiden, van (1925-1943)
Salomon Zurel (1922-1945)
Levie Zwaaf (1889-1942)
Levie Zwaaf (1889-1942)
Grietje Zwaaf (1936-1942)
Betsie Zwaaf (1906-1942)
Jacob Zwaaf (1903-1943)
Hartog Zwaaf (1914-1944)
Grietje Zwaaf (1936-1942)
Sara Zwaaf (1921-1942)
Abraham Zwaaf (1938-1942)
Esther Zwaaf (1915-1943)
Siegfried van Zwaanenburgh (1937-1942)
Nico van Zwaanenburgh (1913-1942)
Kaatje Zwalf (1868-1942)
Kaatje Zwalf (1868-1942)
Naatje Zwalf (1873-1943)
Naatje Zwalf (1873-1943)
Jacob Zwarenstein (1886-1942)
Jacob Zwarenstein (1886-1942)
Rachel Selma Zwarenstein (1887-1943)
Rachel Selma Zwarenstein (1887-1943)
Marjo Zwarenstein (1931-1943)
Raphael Zwarenstein (1894-1944)
Berend Levie Konijn (1887-1943)
Marianne Levie Konijn (1894-1944)
Theodora Zwaan (1886-1942)
Casparus van Duuren (1910-1942)
Gerrit Berend Eikendal (1876-1942)
Roeberta van Zeijst (1870-1942)
Joseph Zwart (1893-1944)